Marc Coucke, meer dan ooit de keizer van het vertier: zo ziet zijn ‘plezierportefeuille’ eruit

Het was de Coucke van de grote dagen gistermiddag in Durbuy, waar hij de nationale media had bijeengeroepen en als vanouds weer een handvol nieuwigheden en investeringen aankondigde. Met als meest in het oog springende attractie een indoorhal van 7 miljoen euro, waarin bowlingbanen, fasttag- en lasergames, karaokebars en zelfs een dinoskelet ondergebracht zullen worden.

Zo hoopt Coucke het hele jaar door voor vertier in het kleinste stadje van België te zorgen: “Nu is Durbuy nog een bestemming voor tijdens de schoolvakanties en met Kerstmis, maar met die indoorhal willen we nu 365 dagen per jaar een populaire trekpleister worden.”

Het stopt niet bij de attractiehal. Zo neemt Coucke ook het dichtbij gelegen wandellabyrint van Barvaux over, een 11 hectare groot maïsdoolhof dat maandelijks 20.000 bezoekers trekt, en dat hij binnen twee jaar in Durbuy zelf wil neerplanten: “Ze zijn nu aan het uitzoeken welke gewassen bruikbaar zijn om zo’n labyrint niet in enkel in de zomerperiode overeind te kunnen houden.”

Padel

Coucke springt ook op dé sporthype van het moment: padel. In Durbuy legt hij acht velden aan, maar dat is klein bier in vergelijking met zijn overige plannen. Met ‘PadelWorld’ hoopt hij tegen het einde van dit jaar “tussen 100 en 200 velden” aan te leggen in ons land, waarvan de meeste in Vlaanderen. “Het is de snelst groeiende sport”, aldus Coucke, “we willen kwalitatieve extra accomodaties bieden”. Al zal hij de sport — een kruising tussen tennis en squash — ongetwijfeld als rationale investering zien. Normaal is de aanleg van één padelveld, dat gemiddeld 50.000 euro kost, al na hoogstens twee jaar volledig terugverdiend, en betekent het vervolg dus pure winst.

▶ Bekijk: Marc Coucke richt Padelworld op

Eerder op de dag raakte al bekend dat Marc Coucke 9,87 miljoen euro toestopte aan de Franse Compagnie des Alpes, met 32 sites in zes landen één van de grootste themapark-groepen van Europa. Naast enkele Franse Alpenpistes in Tignes en La Plagne — waarmee de groep wereldleider in skidomeinen is — bezit de Compagnie ook populaire pretparken als Parc Astérix (bij Parijs) én Walibi en Bellewaerde op Belgische bodem. Hoewel hij voordien al 50.000 aandelen bezat - goed voor 0,2 procent - wordt Coucke nu voor 2 procent mede-eigenaar.

Timing

De juiste timing, meent hijzelf. “De groep is groot en bezit de meeste skistations in de Franse Alpen, net als heel wat pretparken. Maar het voorbije coronajaar heeft ze zwaar afgezien. De Compagnie had dringend extra kapitaal nodig en omdat één van de aandeelhouders daar niet in kon meegaan, ben ik ingestapt. Als kleine aandeelhouder, maar het is toch mooi dat we nu als Belgen deel uitmaken van zo’n Frans kroonjuweel. Al blijf ik dat tegelijk beursmatig ook als een opportuniteit zien.”

Anders gezegd: het moet opbrengen. “Waar Durbuy vooral een emotioneel project is en ik daarbij totaal niet mik naar maximaal rendement, ligt dat bij Compagnie des Alpes toch wat anders. Binnen drie jaar hoop en denk ik toch dat mensen zullen zeggen: ‘Wow, je had toen een goede timing om in te stappen.’”

Dat Coucke met zijn participatie in onder meer Walibi en Bellewaerde ook een neus naar Studio 100 zou zetten, wilde hij niet gezegd hebben. Het amusementsconcern van Gert Verhulst en Hans Bourlon wees Coucke begin vorig jaar nog als potentiële investeerder af en verkoos de 125 miljoen euro van silicoon- en lijmconcurrent Vic Swerts (Soudal): “Ik ben blij dat ook zij weer opstarten, want Studio 100 is een magnifiek bedrijf”, sust Coucke.

Al weten zijn vrienden beter: “Hij kan het moeilijk verkroppen als een concurrent hem te slim af is”, getuigde een vriend en collega-ondernemer in Het Laatste Nieuws. “Dat zie je bij veel succesvolle ondernemers, maar bij Marc is die drang om te slagen extra groot.” Maar zelfs dan zal Coucke het emotionele nooit de bovenhand laten nemen. Elke investering — in welke plezante sector dan ook — moet voor Coucke in de eerste plaats renderen: “Geld in een bodemloze put storten om iemand te plezieren of om tof gevonden te worden, vindt hij het domste wat er is.”

Coucke weet alles

Intussen mag het ook duidelijk zijn dat Couckes investeringsvehikel AlyChlo — genoemd naar zijn dochters Alysée en Chloé — meer dan ooit op volle toeren draait. Alleen al dit kalenderjaar 2021 zijn de participatie in Compagnie des Alpes en verdere uitbreidingsplannen voor Durbuy respectievelijk zijn elfde en twaalfde opvallende investering of - omgekeerd - verkoop. Waarbij alle investeringen samen tot 150 miljoen euro zouden bedragen, terwijl de verkoop hooguit 105 miljoen opbracht én Coucke dus duidelijk meer centen in een steeds groter imperium wil pompen. Want laten we niet vergeten dat hij intussen al enkele jaren (mede-)eigenaar is van onder meer voetbalclub RSC Anderlecht, het Henegouwse dierenpark Pairi Daiza en de Nederlands-Duitse indoorskipistes van SnowWorld.

Hoe hij zelf nog het overzicht kan behouden? “Door continu op de hoogte te blijven”, verklapte hij zelf in een recent interview met Trends. “Rapportering is daarbij zeer belangrijk. Ik weet elke dag hoeveel volk er in Pairi Daiza en SnowWorld is geweest, hoeveel dat is in vergelijking met het jaar ervoor, en hoeveel de mensen gespendeerd hebben. Ik weet ook elke dag alles van elk van onze deelelementen in Durbuy, tot en met hoeveel mensen er snoepjes kopen of mountainbikes gehuurd hebben.”

Dat waren er het voorbije coronajaar natuurlijk beduidend minder, maar zelf twijfelt Coucke er niet aan dat de normale tijden snel terugkeren. Wat op jaarbasis voor Pairi Daiza en SnowWorld respectievelijk 2 miljoen en 3 miljoen bezoekers betekenen en nog vele miljoenen meer voor alle parken van de Compagnie-groep samen. Om over zijn eigen Durbuy, waar in de zomermaanden dagelijks 20.000 toeristen passeren, nog te zwijgen. “Durbuy is natuurlijk het project van mijn leven en we zullen hier continu verder blijven gaan. Al zorgde corona natuurlijk voor een zware klap. Dat had geen vijf jaar meer moeten duren, zelfs geen jaar. Maar net daarom moeten we er nu een extra dimensie aan toevoegen.”

En daarom wordt ook de horecazaak Saint-Amour op het centrale plein omgetoverd tot een hotel met twintig kamers en een pizzeria op het gelijkvloers. Net zoals het potentiële sterrenrestaurant van Wout Bru intussen een officiële naam kreeg: ‘Le Grand Verre’: “Daar gaan we 48 couverts doen, waarbij ook voor het eerst mijn kunstcollectie van Marcel Duchamp zal worden getoond. En geloof mij: dat wordt top-top-top! Mensen die bijvoorbeeld hun huwelijksverjaardag in Durbuy komen vieren en Wout Bru op zijn best willen? Awel, ze gaan hem krijgen.”