Late excuses voor vroege exoten
Madi Diali was zijn naam. Een Senegalees die samen met 120 andere Afrikanen in 1913 'tentoon werd gesteld' in Gent. Hij stierf er. Nu, honderd jaar later, werken theatermakers Chokri en Zouzou Ben Chikha aan een waarheidscommissie. Met hen ook de erfgenamen van Diali. 'Onze familie, als in een dierentuin? Monsieur, j'étais choquée.'
Zowat driekwart naakte bruine kerels, die een mengselprodukt leken van apen en Mongolen. Zij wierpen met speren en schoten met pijlen en gilden daarbij geweldig, zoals men van wilden verwacht. Hun vrouwen zaten op het primitieve weefgetouw en hadden niet zelden een klein kind, als een worst gebonden op de rug. Zij rookten allen flink en spuugden, klaar en verre."
Het zijn de woorden van Cyriel Buysse, in 1915, twee jaar na de Wereldtentoonstelling in Gent. Die apen en Mongolen waren Senegalezen en Filippijnen. Ze waren met meer dan 180. In groep tentoongesteld, met aambeeld en sikkel. 'Het leven zoals het is.' De zogenaamde zoos humains. Een mens als dier, achter een hek. Bananen en beukennootjes. Die mensentuin was er ook op Expo 58, met Congolezen als objecten. Zie ze bezig.
Een van de Senegalezen uit 1913 was Madi Diali. Hij stierf in Gent. Aan wat is niet geweten. De man kreeg een klein graf, in de wijk de Brugse Poort. Diali viel tussen de plooien van het bestaan. Verdampt in koloniale dadendrang. Van mens naar relict, in een expo met veel volk.
"Weten de Gentenaars dat? Kent het volk de mensentuin van 1913?" Op de trappen van het oud gerechtsgebouw smoort Chokri Ben Chikha met de tip van zijn schoen een smeulende peuk. "Neen, dat weten de mensen niet. De geschiedenis is ondergesneeuwd. Daarom: dit project."
iPad en iPhone
Ben Chikha is gebiologeerd door de mensenzoo. Dat het meer zei, en nog altijd zegt, over ons, dan over hen, die tuin. Aapjes kijken. Ben Chikha bouwt samen met broer Zouzou aan een voorstelling, een waarheidscommissie. Eentje met dans, woord, beeld, helemaal in het teken van de waarheid. Hoe diep die ook zit. Een voorstelling, maar toch vooral een zitting.
Chokri Ben Chikha wil een antwoord op drie vragen: Wat is er precies gebeurd? Welke sporen dragen wij hier nog van? Wat kunnen we eruit leren? Met Zouzou trok hij in 2010 naar Senegal, naar de familie van Diali. Ter voorbereiding op.
Wat verderop in het gerechtsgebouw leunt Maimouna Diao over de statige, houten bank van meneer de voorzitter. Waar recht geschiedde wordt straks naar waarheid gezocht.
Maimouna: "Chokri vertelde ons over de tentoonstelling van 1913. Onze familie, als in een dierentuin? Choquée monsieur. J'étais choquée." Het dorp wist het toen niet, maar weet het nu wel. De bruine en zwarte naakte kerels, het mengselproduct. "Niet te geloven dat zoiets is gebeurd. Zijn wij kwaad? Ja en nee. Soms wel. Soms niet. Maar excuses voor het verleden, die zijn echt wel op hun plaats. Dat de Gentse burgemeester 'sorry' zegt, doet deugd."
Maimouna trok samen met Moussa Nambé N'Diayé en Ousmane N'Diaye naar België. Om mee te werken met de broers Ben Chikha aan de speciale commissie. Ze zijn alledrie artiesten en zingen en dansen bij Youssou N'Dour. Maar ankerpunten, dat zijn het ook, handvaten van een bestoft verleden. Straks gaan ze zingen, dansen en drummen. En luisteren. Naar de waslijst aan getuigen die in de commissie hun verhaal zullen doen. Over die zoo van toen en de polarisering van nu. Mensen werden bekeken. Niet om wat ze deden, maar om wat ze waren.
Ben Chikha zelf spreekt van propaganda, in 1913. Van stereotypering over exotische mensen. Van een eng referentiekader om de eigen identiteit te vormen: 'Wij' zijn wat 'zij' niet zijn. Hoe rassenhiërachie werd gelegitimeerd. Hoe denkbeelden werden verankerd. Hoe Europeanen hun angsten en verlangens projecteerden op Afrikanen. Want ze rookten flink en spuugden verre.
Chokri: "Hoe dat alles van 100 jaar geleden ervoor zorgt dat het anno 2013 nog altijd fout loopt. Integratie? Het is tijd voor een Marshallplan. Want we praten naast elkaar. Ofwel lossen we het op. Ofwel leven we allemaal in onze eigen zoo humain. De stereotypering bestaat nog altijd. Ook op tv. Toast Kannibaal, Groeten uit de Rimboe. Ach."
Ousmane N'Diaye: "Het is voor ons echt belangrijk om te weten wat er in 1913 precies gebeurd is. Ja, we willen het weten. Want het verleden is niet ver weg."
Maimouna: "Nu is het omgekeerd. Vroeger werden de Afrikanen aan Europa 'getoond'. Nu komen de blanken naar ons. Mensen die met hun iPad en iPhone foto's van ons nemen. Zomaar. En met ons lachen. Kun je dat begrijpen? Wij niet. Moeilijk althans. Dat doe je niet."
Beenderen
De waarheidscommissie van de Ben Chikha's wordt geruggensteund door het maatschappelijk middenveld. Academici scharen zich achter het project (onder anderen Johan Braeckman, UGent), maar ook de culturele wereld. Er is actrice Marijke Pinoy, er zijn studenten van het KASK. En er is Herman Balthazar, de eregouverneur, die het project zal leiden. Chokri lacht: "Balthazar, de Desmond Tutu van Oost-Vlaanderen." Zijn ook gevraagd: kardinaal Danneels, koning Albert en N-VA-minister Geert Bourgeois. Want de waarheid geldt voor iedereen.
Als eerbetoon aan wijlen Diali krijgen de Senegalese erfgenamen het stoffelijk overschot straks terug. Wat er van de man rest. Zijn beenderen zijn opgegraven in de Brugse Poort. Of hij het echt is? Niet te onderzoeken. Wat telt is de symboliek.
"Want", zegt Moussa N'Diayé, "dan hebben we hem terug. Dan keren we terug naar Senegal en laten het weten aan de president en het volk. Dan is iedereen content. We keren terug met Diali, en met excuses. Zeg gewoon sorry."