AchtergrondZomer
Kunnen we weer terrasjes doen? En wat met reizen? Zo zal onze zomer er volgens experten uitzien
We snakken met z’n allen naar het rijk der vrijheid en een leven zonder belemmeringen. Zal de zomer ons die vrijheid, op z’n minst al deels, kunnen bieden? Wanneer mogen we weer terrasjes doen? Wordt het een vakantie in eigen land? En wat met kampen en evenementen? Uw vragen over de zomer beantwoord.
Zal de zomer van 2021 er vrijer uitzien dan die van 2020?
Marc Van Ranst (viroloog, UZ Leuven): “Het leven gaat vrijer zijn dan het op dit moment is. Dat heeft met twee dingen te maken: de vaccinaties en het feit dat de zomer ook vorig jaar het moment was met het laagste aantal besmettingen. Maar om nu te zeggen dat alle maatregelen onmiddellijk weg gaan: neen, dat gaat niet lukken. Dat zie je in andere landen ook niet gebeuren. Kijk maar naar de Verenigde Staten: in bepaalde staten waar het al wat beter gaat verdwijnen wel wat maatregelen, maar niet allemaal. Mondmaskers zie ik nog niet zo snel verdwijnen”.
Dirk Devroey (professor huisartsgeneeskunde, VUB): “We moeten blij zijn als deze zomer zo vrij zal zijn als die van 2020. En ik verwacht dat ook wel. Buiten gaan we heel veel kunnen doen. Mini-concertjes met 200 of 400 mensen zullen mogelijk zijn. De terrassen zullen open kunnen. Ik verwacht dat we zullen gaan en staan waar we willen in Europa, en dat we elkaar in grotere groepen kunnen ontmoeten. Ik zie het echt wel positief in.”
Piet Maes (viroloog, KU Leuven): “Dat is een moeilijke vraag. Het zal afhangen van hoe de vaccinatiecampagne vooruit gaat en hoeveel mensen bereid zijn om zich te laten vaccineren. Maar het blijft moeilijk om ver vooruit te kijken. Laten we niet vergeten dat het een virus is dat muteert. Kijk maar wat er rond Kerstmis is gebeurd: de Britse variant heeft toen stevig voet aan wal gekregen, en er zijn andere varianten bijgekomen. Zoalng we onvoldoende immuniteit hebben, kan dat nog gebeuren.”
“Ik ben misschien een pessimist, maar kijk eens naar het aantal nieuwe gevallen per dag van de voorbije maanden. Dit jaar zijn we nog niet op het punt gekomen dat we kunnen zeggen: nu gaat het de goede kant uit. Internationaal doen we het nog vrij goed, maar het blijft vechten. We kunnen ons wel optrekken aan Israël, waar niemand nog op intensieve ligt. Daar is de helft van de bevolking gevaccineerd, en hier zitten we aan bijna 20 procent met een eerste prik. Tussen nu en het begin van de zomer moet dat toch verdubbeld zijn. In dat geval gaan we een redelijk goede zomer tegemoet.”
Matthias De Caluwe (Horeca Vlaanderen): “Ik denk dat we daar allemaal naar verlangen, want de afgelopen maanden hebben we gemerkt wat vrijheidsbeperkingen ook buiten de zomer met mensen doen. Het zal uiteraard nog altijd anders zijn dan die van 2019, maar anders is nog altijd beter dan wat we nu hebben. Vorige zomer zijn we ook opnieuw kunnen opstarten, maar het grote verschil is dat we nu de vaccins als bondgenoot hebben.”
Wouter Beke (Vlaams minister van Volksgezondheid, CD&V): “Ik denk dat we allemaal wel een glazen bol zouden willen hebben. Maar ik heb altijd gezegd dat 2021 het jaar van de vaccinaties, verbondenheid én voorzichtigheid wordt. Dus het zal nog geen gewone zomer worden.”
Jan Jambon (Vlaams minister-president, N-VA): “Welk soort evenementen zullen plaatsvinden en in welke vorm, is nog moeilijk in te schatten. Ik hoop dat de cijfers, vooral dan die van de ziekenhuisopnames, snel beter worden. Maar het grote verschil met vorig jaar is dat we nu volop aan het vaccineren zijn. Op het ogenblik dat de 65-plussers en mensen met een onderliggende aandoening een prik hebben gekregen, komt er hoe dan ook ruimte om te versoepelen.”
Benjamin Dalle (Vlaams minister van Jeugd, CD&V): “Tegen de zomer zullen veel mensen gevaccineerd zijn en zal het coronavirus hopelijk veel minder aanwezig zijn. Tegen dan zullen versoepelingen ook mogelijk zijn, met meer mogelijkheden voor kinderen en jongeren.”
Elke Vlaming een eerste prik op 11 juli, zoals minister Wouter Beke als doel stelde: is dat haalbaar?
Devroey: “Als ik zie aan welk hoog tempo we in mei gaan beginnen vaccineren, en als we dat kunnen doortrekken in juni, dan denk ik dat juli haalbaar is, en hebben misschien op 1 juli alle volwassenen al een eerste prik gehad. In ons vaccinatiecentrum in Overijse (Devroey is er coördinator, red.) loopt het alvast heel goed. Als ik zie wat ons beloofd is aan vaccins, dan ben ik wel optimistisch. Mochten we er nog meer krijgen, dan ben ik zeker dat we ook mensen gemotiveerd krijgen om ’s nachts te komen werken.”
Maes: “Ik ben niet de specialist op vlak van vaccinaties, maar ik voel toch ook wat optimisme. In het begin werd er nogal smalend gedaan over die uitspraak, maar ik heb wel het gevoel dat die datum haalbaar moet zijn.”
Beke: “De leveringen zullen altijd de grootste struikelblok blijven. We proberen onze vaccins zo snel mogelijk toe te dienen, zo willen we er de komende maand 1 miljoen vaccins zetten. Gisteren (woensdag, red.) hebben we ook een belangrijke beslissing genomen voor de komende vier weken. We blijven onze campagne verderzetten en volgen de evoluties van nabij op. Ik hoop dat 11 juli nog haalbaar blijft, maar dat zal de komende weken duidelijker worden.”
Jambon: “Ondanks alle moeilijkheden, onder meer met AstraZeneca, loopt de vaccinatiecampagne in Vlaanderen vlot. In mei en juni willen we het tempo gevoelig opdrijven. Maar, zoals we vanaf dag één hebben gezegd: alles hangt af van de mate waarin de producenten ons de beloofde vaccins kunnen leveren. Dat hebben we zelf niet in de hand. Onze vaccinatiecentra zijn helemaal up and running om de grote volumes aan te kunnen.”
Reizen: heel Europa wordt mogelijk
Naar welke landen zullen we deze zomer kunnen reizen?
Van Ranst: “Dat zal niet alleen van ons land afhangen, maar ook van de andere landen. België kan daar niet autonoom over beslissen. Tegen de zomervakantie gaan hopelijk alle Europese landen met hun cijfers op hetzelfde lage niveau zitten. Wanneer er dan geen grote uitbraken van varianten zijn in de landen, dan heb je heel weinig redenen om de grenzen te sluiten en moet je binnen Europa kunnen reizen. Er wordt veel gepraat over een vaccinatiepas, en waarschijnlijk zal die er wel komen. In dat geval moeten we afwachten of veel landen de toegang tot hun land daarvan afhankelijk maken.”
Piet Demeyere (reisorganisatie TUI): “Eerlijk gezegd zou ik heel Europa als mogelijk reisdoel beschouwen. Ik zie het wel goed komen tegen de grote vakantie. De twee belangrijkste landen, Spanje en Griekenland, zullen een voorsprong hebben. Zij zijn het best voorbereid met hun sneltesten op de luchthavens. Wie het land binnenkomt, zal negatief moeten zijn. Ze hebben er alle belang bij dat ze niet de stempel krijgen van onveilig land. In de ons omringende landen heb je veel meer autovakanties: dan is het een stuk moeilijker om te controleren - je kan niet alle auto’s aan de grens tegenhouden en een negatieve test vragen. Daar moeten we rekenen dat de vaccinaties behoorlijk zijn vooruit gegaan.”
“We merken wel dat er een grotere vraag is naar bungalows en plaatsen waar mensen de vakantie in eigen bubbel kunnen doorbrengen. We hopen alleszins dat de situatie er beter zal uitzien dan de zomer van 2020. We gaan de mensen niet aansporen om nu te boeken. Eén ding moet men wel beseffen: als enkel Europese bestemmingen open zullen zijn en alle Europeanen naar die bestemmingen willen, dan hoef je geen interessante last minutes te verwachten. Mocht de hele wereld weer opengaan, heb je een groter aanbod. Dan kan het interessanter zijn om te wachten.”
Zullen zomerkampen voor jongeren mogelijk zijn?
Van Ranst: “Die moeten kunnen doorgaan. We hebben vorig jaar samen met de jeugdverenigingen en Benjamin Dalle hard gewerkt om dat te doen slagen, en dat is ook goed afgelopen. Als de cijfers vergelijkbaar zijn met die van vorige zomer, moet het minstens op dezelfde manier mogelijk zijn en misschien zelfs met grotere groepen. Maar het is op dit moment onmogelijk om daar iets zinnigs over te zeggen. Buitenlandse kampen? Dat is uiteindelijk een politieke beslissing. Vorig jaar hebben we daarvoor een formule gevonden, die inhield dat ze mochten doorgaan op een afstand waarbij het mogelijk was dat ouders hun zieke kind nog konden ophalen. Misschien is het een optie om het opnieuw zo te doen.”
Dalle: “Ik vertrouw erop dat de zomerkampen en jeugdactiviteiten kunnen doorgaan. Vorige zomer is dat bijzonder goed verlopen, met groepjes van 50 en strikte protocollen die we samen met de jeugdsector en virologen hebben uitgewerkt. Dat moet nu minstens even goed opnieuw lukken. Voor het buitenland moeten we afwachten wat zal worden beslist rond internationale reizen.”
Vanaf wanneer gaat de horeca weer open?
Van Ranst: “Geen idee. Op dit moment is 1 mei de streefdatum. Mathematisch kan dat nog, ik blijf dat zeggen. Het gaat afhangen van wat de cijfers nu zullen doen. We zitten momenteel op een daling van iets meer dan 10 procent per week. Aan die snelheid komen we er niet, want daarvoor moet je al naar de 30 procent per week gaan. Of de terrassen al vroeger kunnen opengaan? In de buitenlucht is er minder kans op overdracht. Maar er zijn een paar angels daar, zoals het klimaat. Je hebt geen oplossing wanneer het begint te regenen en je wilt als uitbater ook niet dat al die mensen ineens naar alle windstreken verdwijnen zonder hun consumpties te betalen. Men heeft het aan de sector gevraagd en zij zeggen: het is gewoon niet rendabel.”
Maes: “Ik volg Marc Van Ranst: mathematisch wel, maar als we realistisch zijn en naar de cijfers kijken, vrees ik ervoor. Want 1 mei is niet lang meer. Ik denk dat we gemakkelijk een maandje moeten bijtellen. Het is nog meer dan twee maanden tot juli. Ik hoop echt dat het tegen dan lukt.”
De Caluwe: “Dat is een vraag voor het overlegcomité, al is het wel zo dat we tegen 1 mei zesenhalve maand gesloten zijn. Er moet snel duidelijkheid komen: we hebben nood aan minstens twee weken voorbereidingstijd, want bijvoorbeeld ook de leveranciers moeten heropstarten. Het is belangrijk te beseffen dat we kunnen helpen bij het organiseren van een gecontroleerde omgeving. Dat hebben we bewezen. En het is nodig, want de horeca is het vaccin tegen de grimmigheid die zeker nu sterk aanwezig is in de samenleving.”
Jambon: “Op dit ogenblik is de druk op de ziekenhuizen, vooral op intensieve zorgen, nog zeer hoog. Ik hoop dat dit dankzij de strenge maatregelen die nu nog gelden, snel verandert. Volgende week evalueren we de situatie in het overlegcomité. Maar ik ben voorstander om, zo snel het kan, terrassen te openen. Ik zie dat niet als een versoepelingsmaatregel, maar als een manier om de publieke ruimte beter te kunnen beheren. Straks is het mooi weer en komen er massaal veel mensen op straat. Je kan dan beter veilige terrasjes hebben, dan hot spots waar iedereen ongecontroleerd samentroept.”
Wanneer zullen we in eigen land weer naar het voetbal kunnen gaan?
Devroey: “Ook vorig jaar hebben we in de zomer publiek toegelaten bij het professionele voetbal, zeer beperkt en met respect voor de afstand. Ik verwacht wel dat we voor het nieuwe seizoen eind juli - als iedereen één keer gevaccineerd is - opnieuw naar het voetbal kunnen gaan. Zeker voor de buitensporten zal dat mogelijk zijn. De zaalsporten, dat is een ander paar mouwen.”
Jambon: “Professionele voetbalwedstrijden kan je vergelijken met grote evenementen zoals in de zomer. Er is – zo hoort het ook – veel ambiance, en net dat houdt veel risico’s in voor de verspreiding van het virus. We zullen dus nog even geduld moeten oefenen. Maar ik herhaal nog eens: de vaccinatiecampagne brengt licht aan het eind van de tunnel. Laten we ons daar aan optrekken.”
Zullen er evenementen mogelijk zijn in de zomer?
Beke: “Als de cijfers dalen en onze vaccinatiecampagne vlot blijft lopen. Voor grote evenementen is dat onzeker, maar kleinere activiteiten met specifieke maatregelen moeten hopelijk wel mogelijk zijn. Zeker als ze buiten kunnen doorgaan.”
Stijn Snaet (Event Confederation): “Wij denken van wel. Elke mogelijkheid om gecontroleerd een evenement te organiseren, moeten we grijpen. Of dat nu is met sneltesten, PCR-testen of een vaccinatiepaspoort - dat doet er voor ons niet toe. Elke tool is welkom. Er zijn organisatoren die aangeven dat een sneltest perfect integreerbaar is in hun evenement. Anderen geven aan dat dat moeilijk is. Maar als het middel er is, moeten we het maximaal aangrijpen. Het maakt niet uit langs welke weg we naar Rome gaan, als we er maar geraken.”
“Twee zaken zijn van belang: vertrouwen en solidariteit. De virologen hebben het vertrouwen gekregen om ons door deze crisis te leiden, en wij moeten nu het vertrouwen krijgen om het georganiseerde publieke leven terug in handen te kunnen nemen. Zo vermijden we dat er elke dag ergens in een gemeente La Boum wordt georganiseerd. Ook solidariteit speelt mee. We zijn meer dan een jaar solidair met de zorgsector. Dat is de evidentie zelf, maar vroeg of laat moet de maatschappij ook solidair zijn met de ondernemers. Hun levenswerk smelt als sneeuw voor de zon. Je kan die niet blijven wegstoppen.”
Hebben jullie zelf al plannen?
Van Ranst: “Neen. Op dit moment nog niet. Dat heb ik vorig jaar ook niet gedaan, en gelukkig maar. Blijven werken? Jazeker. Dat valt heus wel mee hoor, het is ook niet alsof ik in de mijnen werk.”
Devroey: “Wij huren begin juli een huisje in Frankrijk en ik plan dat ook dit jaar te doen. We blijven optimistisch en hopen dat dat mogelijk zal zijn.”
Maes: “Wij hebben geen plannen. We zijn nu drie dagen in een huisje van vrienden. Dat gaat onze enige vakantie zijn dit jaar.”
Beke: “Nog niet, nee. Vorig jaar wilden we een weekje rondtrekken met een mobilhome, maar dat is door de drukte van corona niet kunnen doorgaan.”
Dalle: “Wij hebben met het gezin, mijn vrouw en drie zoontjes, een kampeervakantie gepland in Frankrijk. We brengen ook enkele dagen door aan de Vlaamse kust, maar we zullen hopelijk vooral opnieuw kunnen genieten van een bruisend stadsleven in Brussel.”
Jambon: “Ik heb nog geen grote plannen gemaakt voor de zomer, maar net als de meeste Vlamingen hoop ik dat er toch ook een vakantie in zit.”
De Caluwe: “Sinds maart vorig jaar, toen de horeca voor het eerst haar deuren sloot, zat vakantie er niet in. Ik hoop nu toch dat ik in augustus met het gezin een week naar de kust kan gaan en daar van mosselen met frieten kan genieten op een terrasje. Gewoon Iets zorgelozer kunnen leven: daar hebben we allemaal nood aan.”