Verkeersveiligheid
Kruispunt zonder regels hoeft niet onveilig te zijn
In Amsterdam experimenteren ze met een regelvrije zone. Op een Shared Space-kruispunt moeten fietsers, voetgangers en andere weggebruikers zelf uitzoeken hoe ze elkaar kruisen. En dat werkt.
Speurend naar de antieke veerpont die hier ergens afgemeerd moet liggen, wandelt Ton vanuit het Amsterdamse Centraal Station richting de IJ-oever. Plotseling rijdt er vlak voor hem een fiets langs. Ton trekt geschrokken zijn beker met koffie in en wijst zijn vriendin Yvonne verwonderd op de stroom fietsers en brommers die door het publiek slingert. "Nergens lijnen of een stoplicht, dit is levensgevaarlijk."
Gek genoeg is het ook de bedoeling dat Ton en Yvonne een licht gevoel van onveiligheid ervaren. Net als de duizenden andere voetgangers, fietsers en bromfietsters die hier dagelijks kruisen met de tienduizenden forenzen en toeristen die met de pont het IJ oversteken. Juist door een ietwat onoverzichtelijke situatie willen de gemeentelijke planners dat de verkeersdeelnemers beter opletten en minder vaak ongelukken veroorzaken. Daarom is het gebied vorig jaar ingericht als 'een voetgangerszone waar fietsen is toegestaan'. Een vlakte van tegels waarop elke vorm van markering ontbreekt.
Volgens de stad is die keuze een groot succes. Vorig jaar werd gedurende 38 uur het aantal 'incidenten' geteld. Dat bleken er 24 te zijn, waarvan twee botsingen tussen fietsers en voetgangers, maar zonder dat iemand er letsels aan overhield. De rest ging om 'noodstoppen' of 'plotseling van richting veranderen'.
Hoewel er weinig cijfers zijn waarmee je het aantal van 24 incidenten zinnig kunt vergelijken, is het Amsterdamse stadsbestuur tevreden. "Het is weinig voor zo'n drukke plek", klinkt het. "Vooral als het druk is, gaat iedereen voorzichtig met elkaar om."
Smalle autoweg
Het idee achter de gedeelde ruimte - verkeersdeskundigen spreken liever van Shared Space - is afkomstig van de in 2008 overleden Friese 'verkeersfilosoof' Hans Monderman. Hij paste het begrip voor het eerst toe in het dorp Oudehaske, waar hij de autoweg die dwars door het dorp liep veiliger moest maken. In plaats van borden, fietspaden en obstakels op de weg koos Monderman voor een smalle autoweg, slechts gemarkeerd met goten en lage brede stoepen. Zo werd het dorp weer echt een dorp en zouden passerende auto's voorzichtiger worden, was zijn verwachting. Een idee dat zeer indruist tegen de gangbare opvatting in de verkeerskunde dat verkeersstromen zo veel mogelijk gescheiden moeten worden.
Maar het gevoel van Monderman bleek te kloppen: automobilisten gingen langzamer rijden en het aantal ongelukken nam sterk af. Sindsdien groeide het aantal pleinen en straten dat volgens Mondermans filosofie werd ingericht.
Verkeersdeskundige Sjoerd Nota is een van de erfgenamen van Mondermans gedachtegoed. Hij vindt het "zeer gewaagd" dat Amsterdam op de drukke plek achter het Centraal Station de fietspaden heeft laten doodlopen op een gedeelde ruimte. Maar hij stelt wel dat het plein niet helemaal een Shared Space is. "Omdat fietsers eerst met verkeersdrempels worden gewaarschuwd en afgeremd en omdat gedeelde ruimten eigenlijk ook ontmoetingsplaatsen moeten zijn, waar mensen ook willen vertoeven." Terwijl het pleintje nu nog te veel een plek is waar mensen zo snel mogelijk proberen weg te komen. "Maar het is mooi om te zien dat het ook hier lijkt te werken."
Blinden zijn boos
Nota ziet wel dat met de opkomst van het concept ook het verzet tegen gedeelde ruimten groeit. "Kwetsbare verkeersdeelnemers voelen zich er té onveilig. In Groot-Brittannië voeren de blinden zelfs actief campagne tegen Shared Spaces." Ook de Amsterdamse belangenorganisatie voor gehandicapten heeft al haar zorgen uitgesproken over de situatie. De stad stelt dat er voor mensen met een beperking een alternatieve route beschikbaar is en dat er voorlopig ook geen plannen zijn om meer gedeelde ruimtes te creëren.
Ton verwacht dat er op het plein uiteindelijk een groot zebrapad zal worden geschilderd, zegt hij, terwijl hij hoofdschuddend een scooter nakijkt. "Als hier een of andere directeur van de gemeente wordt aangereden, zullen ze wel ingrijpen."