InterviewSmalltalk
Jana Elza Wuyts en Marnix Peeters over hun eerste jaar met Boef: ‘Het was superpittig en extreem vermoeiend’
Auteurs Jana Elza Wuyts en Marnix Peeters haalden een wilde Spaanse berghond in huis. Jana's boek Boef blikt terug op een jaar vol ups en downs.
Totaal onvoorbereid een wilde hond in huis nemen, dat klinkt als pure waanzin. Hoe kijk je erop terug?
“Het was een superpittig en extreem vermoeiend jaar. We hadden Boef gered uit een Spaans bergdorpje en wilden hem opvangen tot zijn adoptie, maar door de lockdown zaten we plots aan elkaar vast. We hadden geen idee welk ras of hoe oud hij was. Op basis van z’n gebit kunnen we afleiden dat hij ongeveer tweeënhalf jaar oud moet zijn. Intussen weten we dat hij een ondersoort van de podenco is, een jachthond met een eigenzinnig karakter.”
Wat was de grootste moeilijkheid bij de opvoeding?
“Alles! Boef is in de wildernis geboren en overleefde puur op instinct. Hij heeft zijn socialisatieperiode volledig gemist. Omgaan met mensen, leren wennen aan prikkels en geluiden, in de auto zitten... We moesten hem alles aanleren. We hadden bovendien geen enkele ervaring met honden opvoeden, laat staan een getraumatiseerde jachthond. Na een jaar trainen zetten we eindelijk kleine stapjes. Hij kan al meerijden zonder over te geven en maakt af en toe een subtiele kwispelbeweging.”
Waarom besloot je dit boek te schrijven?
“Ik wilde heel graag ons verhaal delen en ervaringen uitwisselen. Door dit boek heb ik de rollercoaster van emoties opnieuw beleefd, maar ook meer inzicht gekregen. Ik besef nu hoe beangstigend alles voor Boef geweest moet zijn. Mensen hebben de neiging om hun wereld op te dringen aan hun hond, terwijl wíj ons moeten aanpassen. Boef is op het juiste moment in ons leven gekomen. Hij was de beste afleiding tijdens de lockdown. In die zin heeft hij ons ook wel gered.”
Boef, Jana Elza Wuyts, Pottwal Publishers, 180 p., 19,99 euro. Per verkocht boek gaat 1 euro naar een organisatie voor hondenwelzijn, een project in samenwerking met Gumption.