Iran overtreedt nucleair akkoord met verrijken van uranium

In het nucleair akkoord kreeg Iran een limiet opgelegd van 3,67 procent. Een woordvoerder van de Europese Commissie zei dat dit “ernstige gevolgen wat betreft non-proliferatie” zou hebben. “Laat me in herinnering brengen hoe belangrijk het is om te vermijden dat er stappen gezet worden die het behoud van de nucleaire deal kunnen ondermijnen”, aldus de Commissie-woordvoerder.

“De technische procedures startten enkele uren geleden” in de ondergrondse nucleaire faciliteit Fordow, ten zuiden van de hoofdstad. Volgens de woordvoerder zijn deze processen in lijn met de wet die onlangs goedgekeurd werd in het Iraanse parlement. Die wet maakt het mogelijk om jaarlijks 120 kilogram uranium te produceren dat tot 20 procent verrijkt werd. Daarnaast kan het Iraanse nucleaire agentschap elke maand 500 kilogram minder verrijkt uranium produceren.

Het nucleair akkoord dat Iran sloot legde het land op om enkel laag verrijkt uranium te produceren, voor civiele doeleinden. Uranium moet een proces ondergaan om geschikt te worden gemaakt voor kernenergie, of voor kernwapens. Een verrijking van 20 procent is over het algemeen onvoldoende voor het maken van kernwapens. Voor kernenergie kan 3 procent genoeg zijn. In ruil voor de beperkingen in het akkoord werden de internationale sancties tegen Iran opgeheven.

De Amerikaanse terugtrekking uit het akkoord in mei 2018, onder impuls van president Donald Trump, leidde Iran ertoe om zich niet langer door dat akkoord gebonden te voelen. Sindsdien zijn de bepalingen van het akkoord al verschillende keren geschonden.

Op 31 december had het regime in Teheran al laten weten aan het Internationaal Atoomagentschap (IAEA) dat het van plan was om uranium tot 20 procent te verrijken.

De IAEA-topman zal de lidstaten later vandaag nog briefen over deze recente beslissingen uit Teheran, aldus nog de woordvoerder van de Europese Commissie. Pas na die briefing komt er een mogelijke Europese actie.

Olietanker aan de ketting gelegd

Intussen meldt het Iraanse persagentschap Isna dat de Iraanse Revolutionaire Garde een olietanker die onder Zuid-Koreaanse vlag vaart, aan de ketting heeft gelegd omdat die in de Perzische Golf olie lekt. Het schip werd naar de haven van Bandar Abbas geleid. De bemanningsleden, afkomstig uit Indonesië, Myanmar en Vietnam, zijn opgesloten. Er is een onderzoek gestart.

Volgens de onlinedienst MarineTraffic was de ‘Hankuk Chemi’ met een lading ethanol op weg van Saoedi-Arabië naar het emiraat Fujairah in de Verenigde Arabische Emiraten. De koers van het schip is veranderd en het bevindt zich nu in Iraanse wateren, klinkt het daar.

De Golf is al een tijdlang het centrum van een smeulend conflict tussen Iran en verschillende westerse staten, vooral dan de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Zeker in de strategische Straat van Hormuz, tussen de Perzische Golf en de Golf van Oman, zijn er al diverse incidenten geweest. Tot een derde van de olieproductie in de wereld gaat door de Straat van Hormuz.