Bellen metDimitri Thijskens
Inflatie over hoogtepunt heen: ‘Maar het leven zal ook volgend jaar heel duur blijven’
We hebben het hoogtepunt van de inflatie bereikt, zegt het Planbureau. Maar het einde is nog niet in zicht. ‘Zelfs voor volgend jaar zal de inflatie nog steeds op een torenhoge 5 à 6 procent uitkomen’, legt economiejournalist Dimitri Thijskens uit.
Wat zegt het Planbureau precies? Zal het leven eindelijk weer wat goedkoper worden?
“Het Planbureau voorspelt de komende maanden een daling van de inflatie, zij het dat die op een hoog niveau blijft. Vanaf volgende maand zou ze wel met 2 procentpunt zakken naar 10 procent om eind volgend jaar rond de 3 procent te landen. Dat komt toch eindelijk dichtbij het streefcijfer van 2 procent, dat algemeen als aanvaardbaar wordt beschouwd voor de economie. Dat doet het beste verhopen voor 2024. Maar het leven zal dus ook volgend jaar heel duur blijven: het Planbureau voorspelt voor 2023 een inflatiecijfer van 5,4 procent, dit jaar stevenen we af op 9,5 procent. Vorig jaar was het amper 2,1 procent en in coronajaar 2020 zelfs maar 0,74 procent. We zijn dus zeker nog niet uit deze koopkrachtcrisis.”
Hoe komen ze eigenlijk aan die cijfers?
“Het Planbureau doet elke maand op basis van allerlei economische modellen een voorspelling van hoe het het inflatiecijfer ziet evolueren. Het is eigenlijk op een wetenschappelijke manier in een glazen bol kijken en dus zeker geen exacte wetenschap. De afgelopen maanden hebben ze hun cijfers bijna elke keer naar boven moeten bijsturen, ook in oktober nog. Zij houden onder meer rekening met de wisselkoers van de euro en de termijnmarktnoteringen van olie en gas.”
Wat betekent dat nu concreet voor onze lonen?
“Zoals intussen bijna iedereen weet, kent België een systeem waarbij de lonen automatisch worden aangepast aan de levensduurte. Met andere woorden, de salarissen van alle werknemers en ook de uitkeringen stijgen mee met de inflatie. Dat gebeurt van sector tot sector wel op verschillende manieren. Voor de overheid en in enkele andere sectoren wordt de zogenaamde spilindex gebruikt: telkens als het inflatiecijfer met 2 procent stijgt, stijgen ook de lonen van de ambtenaren en de uitkeringen met 2 procent. We hebben er pas eentje achter de rug en ook de volgende zes maanden worden er nog twee overschrijdingen voorspeld. Met andere woorden: tegen juli 2023 zullen de ambtenarenlonen en de uitkeringen nog eens met 6 procent stijgen.”
“Voor de meeste bedienden wordt de inflatie één keer per jaar in januari doorgevoerd. Zoals het er nu naar uitziet zullen hun lonen in januari 2023 met meer dan 10 procent stijgen, volgens de huidige voorspellingen zou er in januari 2024 nog eens 5 à 6 procent bijkomen. Dat lijkt veel, maar eigenlijk zijn zij in het nadeel ten opzichte van degenen wiens loon het hele jaar door met telkens 2 procent gestegen is. De bedienden hebben enerzijds heel erg lang moeten wachten op hun indexering en anderzijds krijgen ze ook iets minder omdat de 10 procent bij hen berekend wordt op het loon van een jaar eerder. De lonen die volgens de spilindex geïndexeerd worden, krijgen elke keer 2 procent op het telkens verhoogde loon.”
Waarom blijft de inflatie zo hoog? De energieprijzen zijn toch in dalende lijn?
“De prijzen van gas en elektriciteit worden elke maand door Statbel vastgelegd op basis van alle nieuwe vaste en variabele contracten die afgesloten kunnen worden. Maar lang niet iedereen heeft op hetzelfde moment een nieuw contract met een nieuwe prijs. Dat leidt bij sterk stijgende prijzen tot een overschatting van de inflatie en bij sterk dalende prijzen tot een onderschatting. Op dit ogenblik zitten we dus in het eerste geval. Er gaan dan ook stemmen op om voor een andere berekening te kiezen. Maar dat kan niet van vandaag op morgen. Bovendien wordt dat effect binnenkort dus gecompenseerd als de prijzen opnieuw fors zouden dalen.”
Hoe zit het eigenlijk in de andere landen? Hebben zij dezelfde problemen?
“In Nederland bedraagt de inflatie momenteel 14,3 procent, in Duitsland 9,99 procent en er zijn nog negen andere Europese landen waar de inflatie in de dubbele cijfers zit. België is dus zeker niet alleen. Zelfs in de Verenigde Staten ontsnappen ze er niet aan met 8,2 procent. Een van de Europese uitzonderingen op de regel is Frankrijk, dat de schade met 5,6 procent nog enigszins kan beperken. De reden ligt voor de hand: de energiebedrijven zijn er grotendeels in handen van de overheid en die heeft de energieprijzen geblokkeerd. Daarom is het daar ook goedkoper om te winkelen.”