In zee met de allergrootste
Een levende legende. Een van de grootste modefotografen ter wereld. Een soort vader voor Campbell, Crawford & co. De magische hand achter een hele stapel Vogue-covers. Peter Lindbergh krijgt dit najaar, op zijn 71ste, een grote overzichtsexpo in Rotterdam en dat is helemaal terecht. De Morgen Magazine mocht inschepen op zijn privéjacht in Ibiza, en ervaren dat De Grootste tegelijk ook De Warmste is gebleven.
Bam! Met een doffe knal landt onze zodiac keer op keer op het water. We stuiteren door de golven terwijl het piepkleine witte strandje in de baai achter ons nóg kleiner wordt. Het maakt plaats voor een vergezicht met beboste heuvels, een strakblauwe lucht en een even blauwe zee. We mogen dan op Ibiza zijn, op dit stuk eiland lijken party's en discotheken verder weg dan ooit. Je kunt hier in alle rust genieten van het natuurschoon. Maar dat is buiten modefotograaf Peter Lindbergh gerekend. Die staat aan het roer van de opblaasbare rubberboot en hij haalt enthousiast de gashendel over. Volle kracht vooruit. De motor raast en het water klotst net niet over de rand. Lindberghs jacht, La Fenice, ligt in de verte op ons te wachten. Hoe dichter we bij het imposante antracietgrijze schip komen, hoe meer Lindbergh gaat stralen. "Dit voorjaar was het zotste seizoen dat ik ooit heb gehad. De opdrachten stróómden binnen. En dat terwijl ik me net had voorgenomen om minder te gaan werken. Het is dus al sinds vorige zomer geleden dat ik op de boot was. Ik kan haast niet wachten. Op het water zitten, is voor mij eigenlijk de enige manier om écht te ontspannen. Als ik op de boot stap, ben ik tien minuten later alles vergeten", pleit de fotograaf terwijl hij de trossen uitwerpt naar de bemanning aan boord.
Geroutineerd springt Lindbergh van het rubberbootje op het jacht. Zijn vrouw, fotografe Petra Sedlaczek, wacht ons op, samen met hun veertienjarige zoon, wat vrienden en de vijfkoppige bemanning van het schip. Allemaal op blote voeten. "Sorry, aan boord geen schoenen", oppert Petra als ze ons ziet fronsen. "Gooi ze maar in die mand. Dat doen wij ook." Mister Lindbergh heeft zijn loafers al uitgetrapt. Terwijl hij wat kersen naar binnen speelt, brengt stewardess Monica hem een pastis. "De enige gewoonte die ik van de Fransen heb overgenomen", lacht de Duitse fotograaf die al bijna veertig jaar in Parijs woont. Dat de zee hem rustig maakt, was niet gelogen. In de auto onderweg naar het strandje waar de zodiac ons oppikte, was Lindbergh nog de haastige chauffeur die door de bochten scheurde. Nu is hij de rust zelve. Hij kletst met de bemanning, hangt onderuit op het dek en tuurt naar de einder. Alsof hij met zijn schoenen ook al zijn zorgen heeft uitgeschopt.
Even twee uur terugspoelen. We zitten te wachten op een aftands terrasje in het dorpje Es Cubells. We hebben een fabelachtig uitzicht over de woeste rotskust. Maar Peter Lindbergh is nergens te bespeuren. We vermoeden sterallures, wanneer hij meer dan een uur te laat komt aangezoefd in een patserige zwarte Range Rover. "Sorry, sorry, sorry, sorry dat ik je zo lang liet wachten. Ik dacht dat onze afspraak pas morgen was. Ik wilde je uitnodigen voor een barbecue bij mij thuis. Vandaag had ik een rustig familiedagje gepland op mijn boot. Toen je me belde waar ik bleef, stond ik letterlijk al met één been in de zodiac", biecht Lindbergh op met gulle, maar schuldbewuste glimlach. Hij overlaadt ons met excuses en een spontane omhelzing. We vinden hem op slag sympathiek. "Om het goed te maken, nodig ik je uit op mijn jacht. Het is perfect weer om te varen. We maken er een dagtripje van naar Formentera. Daar vind je prachtige stranden."
Zijn aanbod klinkt aanlokkelijk, maar we zijn op onze hoede. Uitgenodigd worden op het privéjacht van een fotograaf met een grote voorkeur voor bloot vel, is dat wel zo'n goed idee? Gaan we onze kleren wel mogen aanhouden? Een zorg voor niets, blijkt al snel. Lindbergh is van het type sympathieke opa. Dat hij in de mode werkt, zou je totaal niet zeggen. Met een ordinair zwart T-shirt, kaki broek en fijn brilmontuur op het puntje va zijn neus lijkt stijlgevoel hem vreemd. "De creativiteit van de modeontwerpers vind ik fantastisch. Maar het circus eromheen laat ik liever links liggen. Naar modeshows ga ik nooit. Zelfs niet als ik de campagne heb geshoot of wanneer de ontwerpers goede vrienden zijn, zoals John Galliano en Alber Elbaz. Ik bewaar liever een gezonde afstand. Bovendien zijn het nooit de kledingstukken zelf die me inspireren voor een fotoreeks. Ik vind mijn ideeën overal, behalve in de mode", oppert Lindbergh. Kleren zijn voor hem niet meer dan props. De hoofdrol krijgen ze nooit in zijn foto's. "Het gros van de modefotografie vind ik dan ook totaal oninteressant, een belediging voor vrouwen zelfs. Slechts vijf procent is de moeite waard."
Lindbergh mag de modekliek het liefst negeren, zonder de fashionwereld zou hij droog brood moeten eten. Alle grote modebladen en merken kloppen bij hem aan en hebben veel geld veil voor zijn beelden. "Vraag me niet hoeveel ik verdien per jaar. Ik weet dat het veel is, maar of dat nu twee, vier of zes miljoen is? Werkelijk geen idee. Het maakt me ook niks uit, want ik ben geen spaarder. Als ik geld heb, koop ik iets." Dat kan kloppen. Naast zijn Parijse appartement in Saint-Germain-des-Prés heeft hij een huis in de Zuid-Franse Camargue en eentje op Ibiza. En natuurlijk ook La Fenice, zijn jacht. "Ach, wie een boot en een huis koopt, moet werken om ze te betalen. En heeft geen tijd om erheen te gaan", merkt Lindbergh fijntjes op.
Mode ABC
Een veel belangrijkere luxe voor Lindbergh is zijn artistieke vrijheid, waardoor hij toch goed in de modewereld gedijt. "Carte blanche krijg ik zelden, maar mijn klanten laten me tegenwoordig wel vrij om mijn ding te doen", vertelt hij. Vandaar ook de titel van zijn overzichtstentoonstelling in de Kunsthal in Rotterdam: A different vision on fashion photography. Zo heet ook de 500 pagina dikke catalogus die verschijnt bij Taschen. "Curator Thierry Loriot is een wandelende mode-encyclopedie. Het idee om al mijn foto's in het boek te rangschikken op ontwerper kwam dan ook van hem. Klein probleempje: in mijn archief noteer ik van elke foto de locatie, de opdrachtgever, de datum en de modellen. Maar nooit de ontwerper van de kleding. Gewoon omdat dat me niet interesseert. Gelukkig herkent Thierry alles. Ronduit indrukwekkend. Eerst had ik moeite met zijn invalshoek, maar nu vind ik het heel interessant. Omdat het mijn werk toont in een context. Mijn enige voorwaarde: de mode mocht de fotografie nooit overheersen."
Overal in de boot hangen - hoe kan het ook anders - ingekaderde foto's van de meester zelve. Zijn zwart-witte nonchalante, maar elegante stijl is superherkenbaar. De modellen lijken zelden echt te poseren. Ze dragen simpele kleding en weinig make-up. Alles oogt naturel en spontaan. Lindbergh zoekt nooit naar perfectie, juist naar imperfectie. Dat is altijd al zo geweest. Toen in 1988 Alexander Liberman, de legendarische redactiedirecteur van tijdschriftenuitgeverij Condé Nast, hem vroeg voor Vogue te shooten, weigerde hij. "Het soort vrouwen dat jullie tonen, inspireert me niet", zei hij, doelend op de chique, rijke en perfect ogende vrouwen die toen de Vogue sierden. Een ronduit gewaagde repliek, want als jonge snaak was Condé Nast een droomklant voor Lindbergh. "Toon me dan het type vrouwen dat jij wilt laten zien", antwoordde Liberman. Peter Lindbergh belde zijn zes lievelingsmodellen, kocht evenveel witte mannenhemden en trok met hen naar het strand. Maar de intussen iconische foto werd niet gepubliceerd. "De toenmalige Vogue-hoofdredactrice Grace Mirabella was woedend. Dat ik zoiets zelfs durfde op te sturen naar haar. Waardeloos, vond ze het", herinnert Lindberg zich nog. "Toen een halfjaar later Anna Wintour aan het roer kwam, vond ze de foto's in een lade. Ze belde me op en zei: ik had je de cover en 20 pagina's gegeven. Het is nieuw en fris. Dit is de toekomst."
Toch zou het nog twee jaar duren voordat Lindbergh écht op de cover van Vogue zou belanden. In 1990 prijkte zijn foto van vijf modellen in een New Yorkse straat op de voorkant van de Britse editie. Dat beeld wordt vaak de geboorteakte van de supermodellen genoemd. Voor het eerst waren fotomodellen meer dan wandelende paspoppen. Het waren sterke vrouwen die zich profileerden als een groep, onder wie Cindy Crawford, Naomi Campbell, Christy Turlington, Claudia Schiffer en Linda Evangelista. Die laatste knipte op aanraden van Lindbergh haar haar kort. Totaal tegen alle moderegels in, maar ze katapulteerde daarmee haar carrière.
Missionaris
Vorig jaar, 25 jaar na het fameuze beeld, deed Lindbergh nog eens een reünie-shoot. "Fantastisch en pathetisch tegelijk. We hebben de hele dag zitten huilen met zijn allen. Zo blij waren we om weer allemaal samen te zijn. De meeste modellen waren nog mooier dan vroeger, doordat ze meer levenservaring hebben. En dat wilde ik tonen. De commercie legt ons een heel dogmatisch schoonheidsideaal op. Denk maar aan hoge hakken waar vrouwen niet op kunnen lopen. Of een gezicht zonder sporen van het leven. Geef mij maar een model met gemakkelijke Repetto-ballerina's of gewoon op haar blote voeten. Ik zie het als mijn taak - en die van alle andere fotografen - om vrouwen te bevrijden van die terreur van jeugd en perfectie."
Die aversie tegen perfectie heeft Lindbergh altijd gehad. Zijn beelden voor Comme des Garçons uit de vroege jaren 80 zijn een mooi voorbeeld. Het is een van de eerste commerciële campagnes die hij ooit schoot. Als locatie koos hij voor een leegstaande, groezelige fabriek in Duisburg, de industriestad waar hij opgroeide. De modellen stonden gehuld in salopette tussen de rokende machines. En die aversie is nooit meer overgegaan. Lindbergh zet zijn modellen nog altijd het liefst voor de lens met een warrige strandcoupe en weinig make-up. Hij laat zijn klanten zelfs een contract tekenen waarin staat dat ze niets mogen retoucheren. "Cosmeticamerken hebben iedereen gebrainwashed. Retoucheren is de norm geworden. Maar ik doe daar niet aan mee", stelt Lindbergh fel.
Hij is haast een missionaris voor natuurlijke schoonheid. "Klanten zeggen me soms: 'Het model ziet er moe uit.' 'So what?', zeg ik dan. Moe én mooi. Vaak begin ik zelfs al te shooten als het model juist aankomt op de set, nog voordat haar make-up, haar en styling is gedaan. Zo heb ik eens een prachtige foto van Penelope Cruz gemaakt. Imperfectie is gewoon veel krachtiger en poëtischer dan een beeld waar niks op aan te merken is."
Daar heeft hij zeker een punt. Het is nobel dat hij een lans breekt voor imperfectie. Maar heeft hij eigenlijk wel recht van spreken? Bloedmooie topmodellen zien er ook zonder tussenstop bij de visagist en de kapper veelal fantastisch uit. Maar Lindbergh portretteert ook acteurs en andere beroemdheden en hij deinst er niet voor terug hen te 'vangen' op onflatteuze momenten. Zoals een roepende Linda Evangelista of een rokende Jeanne Moreau op leeftijd. Bij vlagen lijkt Lindbergh de glamoureuze versie van Stephan Vanfleteren. Ze delen de liefde voor rauwe, realistische portretten. Al zijn Lindberghs beelden eleganter en spontaner, soms bijna snapshots. Anders dan bij onze eigen zwart-witmeester. Zijn modellen zien we echt poseren.
De ware kracht van Peter Lindbergh ligt erin dat hij de mensen voor zijn lens niet bekijkt als modellen, maar als vrouwen. Zijn liefde voor zwart-wit en het gebrek aan overheersende maquillage of gekke kapsels maken zijn foto's tijdloos. Het beste bewijs daarvan is de recente campagne van het Calvin Klein-parfum Eternity. Het beeld maakte Lindbergh 25 jaar geleden, maar dat is niemand opgevallen.
Met paard, kar en baby
Dat Lindbergh fotograaf zou worden, stond totaal niet in de sterren geschreven. Hij werd geboren als jongste van drie kinderen in Lissa, Polen. Toen de Russen de familie dwongen om te vluchten, was Peter slechts twee maanden oud. Met paard en kar trokken ze naar de Zuid-Duitse Alpen, 2.500 kilometer verderop. Uiteindelijk belandde het gezin in Duisburg: een deprimerende industriestad. Verder weg kon de mode niet zijn. "Lange tijd logeerden we met het hele gezin in een klein kamertje op de boerderij van mijn oom. We hadden echt niets en ik miste ook niets. Het was fantastisch. Maar voor cultuur was er geen plaats. Laat staan voor mode. Thuis hadden we welgeteld één boek: een encyclopedie. Toch kreeg ik later interesse voor kunst. Het toont aan hoe relatief de opvoeding is. Dat ik mijn kinderen elke zondag enthousiast meetorste naar het Louvre is wellicht dus voor niks geweest", grinnikt hij.
Op zijn 14de stopte Lindbergh met school. Hij begon te werken als etaleur in Karstadt, zeg maar de lokale Galeria Inno. Een paar jaar later verhuisde hij naar Berlijn: voor hem een grote revelatie. Lindbergh: "Ik was nog nooit in een museum geweest. Ik had nog nooit een tentoonstelling gezien of een kunstboek gelezen. Ik had zelfs nog nooit naar muziek geluisterd. Ik was als een droge handdoek die alles opzoog."
Hij schreef zich in voor de opleiding schilderkunst aan de kunstacademie. Vincent van Gogh was zijn grote idool. Hij ging zelfs in zijn voetsporen een jaar naar Arles. Het werd een zoektocht naar zichzelf. 's Ochtends werkte hij op een boerderij. 's Namiddags schilderde hij. Om wat extra geld te verdienen, verkocht hij zijn doeken op marktjes. Daarna zwierf hij al liftend nog een jaar door Europa en Afrika. Hij sliep op straat en rookte drugs. Dat maakte van hem een ander mens, zegt hij. "Ik was twee jaar onderweg. Dat is een hoop tijd om na te denken."
In '71 verhuisde Lindbergh uiteindelijk naar Düsseldorf. Daar ontdekte hij per ongeluk de fotografie. Hij wilde de kinderen van zijn oudere broer portretteren en kocht daarom zijn eerste camera. Een opleiding volgde hij niet. Hij leerde de stiel van een plaatselijke fotograaf, Hans Lux. "Een lieve man, maar een slechte fotograaf", aldus Lindbergh. "Maar dat geeft niet. Het is een verkeerd idee dat je stage moet doen bij een grote naam. Het enige wat je als assistent moet leren, is de technische kant. Het artistieke moet uit jezelf komen."
In 1973 opende hij zijn eigen studio en was hij vooral bezig met reclamewerk. Hij schoot bijvoorbeeld de eerste advertentiecampagne van de Volkswagen Golf. In 1978 publiceerde hij zijn eerste modeshoot in het prestigieuze Duitse blad Der Stern. In dat jaar verhuisde hij naar Parijs om daar te focussen op modefotografie.
Tijdens zijn periode in Düsseldorf wisselde Lindbergh - die is geboren als Peter Brodbeck - van naam. Hij wilde niet geassocieerd worden met een collega-fotograaf met dezelfde achternaam: Walter Brodbeck, die toen ook in Düsseldorf werkte. "Een onuitstaanbare kerel die in zijn leven nog nooit een factuur betaald had. Als ik een fotolabo belde en mijn naam zei, hoorde ik 'Fuck you' en dan hingen ze op. Een slechte start als je je wilt lanceren als fotograaf. Dus besloot ik mijn naam te veranderen. Inspiratie vond ik bij luchtvaartpionier Charles Lindbergh. Dat klonk herkenbaar en Noord-Europees. Maar je achternaam veranderen, is niet zo gemakkelijk. Dus was het lange tijd mijn artiestennaam: Brodbeck dit Lindbergh. Nu staat het echt op mijn paspoort. Maar mijn zoons heten gewoon Brodbeck. Enkel mijn oudste zoon Benjamin die voor mij werkt, noemt zichzelf ook Lindbergh."
Vrienden onder elkaar
De kapitein loodst ons intussen rustig naar Formentera, onze bestemming. Als het eilandje langzaam in beeld komt, troont Lindbergh ons mee naar zijn favoriete plekje op het schip: vooraan op het bovendek, net naast de stuurhut. Het personeel heeft een kleine verrassing voor hem. Tijdens de wintermaanden gaven ze het jacht een flinke opknapbeurt. En speciaal voor Peter maakten ze op zijn favoriete spot een comfortabel zitje met een kussen en rugleuning. Als ze het hem voor het eerst tonen, is hij geëmotioneerd. "Deze crew is ronduit fantastisch," boft hij.
Maar dan komt de kapitein op de proppen met slecht nieuws. De jachthaven van Formentera is volzet. En hier voor anker gaan, mag niet omdat er kwetsbare zeegrassen groeien. Lindbergh laat het niet aan zijn hart komen. We zetten koers richting de Salinas: prachtige zoutbaden vlak bij de luchthaven van Ibiza. Lindbergh: "Eigenlijk kocht ik dit schip samen met drie vrienden. Maar eentje kreeg prompt ruzie met zijn echtgenote omdat zij de vrouw van de derde koper niet kon luchten. Hij haakte af, dus waren we nog met twee. Maar mijn compagnon had niet veel geld en er was continu discussie. Als ik de boot naar de Caraïben wilde brengen, wilde hij hem in de Middellandse Zee houden. En we wilden steevast tegelijkertijd op vakantie. Dus zette ik hem voor de keus: ofwel koop ik jouw 20 procent en is hij van mij. Ofwel betaal jij mij 80 procent en is het de jouwe. Sindsdien is het mijn boot."
Als Lindbergh ons rondleidt op La Fenice vallen we steil achterover. Het interieur is prachtig: gesofisticeerd en verre van protserig. Het werk van de bekende interieurarchitect Christian Liaigre, vertelt Lindberg. "Hij is één van mijn drie beste vrienden. De andere zijn regisseur Wim Wenders en mijn buurman. Met mijn buur kom ik eigenlijk totaal niet overeen, maar ik ken hem al 35 jaar en hij was er altijd als ik hem nodig had." Het 33 meter lange jacht van Lindbergh deed twintig jaar lang dienst als patrouilleschip van de Franse douane. Toen hij het kocht, was het oud, afgeleefd en niet geschikt voor recreatie. "Eerst deed ik een goedkope renovatie. Een bende Polen knapte het ding op. Maar Christian bleef aandringen, hij wilde per se de boot onder handen nemen. We spraken af dat hij wat zetels zou vervangen. Maar toen ik een paar maanden later naar mijn boot kwam kijken in het kustplaatsje La Rochelle, was enkel het stalen karkas nog over. Hij had alles eruit gesloopt. Dat was even slikken. Zeker toen bleek dat de totale renovatie 800.000 euro kostte. Maar ik ben superblij nu. Kijk, dit is, vind ik, een briljante vondst van Christian", grijnst Lindbergh als hij het toilet toont. "Een opklapbare lavabo boven de wc-pot, zodat je toch je handen kunt wassen."
Intussen wordt de lunch geserveerd en schuift iedereen aan tafel. Lindbergh is in zijn nopjes. Als een pater familias zit hij aan de kop van de tafel. Hij barst van de energie. Alleen zijn kalende haardos en zijn kraaienpootjes verraden zijn leeftijd: 71. "Mensen zijn soms verbaasd omdat ik nog aan het werk ben. Maar ik vind het nu leuker dan ooit. Ik weet precies wat ik wil en ik kan al mijn ervaring gebruiken. Ik ben nergens nog bang voor en ik voel me volledig vrij. Alles gaat veel gemakkelijker nu."
Dertig uur in een dag
Zijn topproject van afgelopen voorjaar is de Pirelli-kalender voor 2017. "Mijn agenda zat al bomvol toen Pirelli belde. Of ik voor de derde keer hun kalender wilde schieten. Eigenlijk heeft de Italiaanse bandenproducent een ijzeren wet: als fotograaf mag je dat maar twee keer doen. Maar speciaal voor mij hebben ze die regel aangepast. Dan zeg je geen nee", glundert de Duitse fotograaf. "Ik zie dit project echt een beetje als een magnum opus. Het moet een statement worden over hoe ik vrouwen zie. Ik ben er de halve wereld voor rondgevlogen. De eerste stop was Berlijn met het jonge model Alicia Vikander. Daarna naar Los Angeles voor Nicole Kidman. Op dat portret ben ik supertrots. Ze is prachtig naturel. Wie er verder nog op de kalender staan, hou ik nog eventjes geheim."
Zo veel succes, zo veel luxe, zo veel beroemde vrienden en toch zo veel bescheidenheid, een mens zou er jaloers van worden. Het perfecte moment om eens te polsen naar de schemerkant van zijn succes. Daar moet hij niet lang over nadenken: "Ik heb nergens tijd voor", zegt hij resoluut. "De helft van het jaar ben ik onderweg, de andere helft in Parijs. Maar ook als ik thuis ben, ben ik er niet echt. Vaak neem ik niet eens de tijd om samen met mijn gezin te eten. Dan duik ik meteen mijn bureau in, dat paalt aan de keuken. Het is daar net zo'n grote rotzooi als in mijn hoofd", grapt hij. "Op een gemiddelde dag ga ik er om tien uur 's avonds binnen en kom ik er om vijf uur 's nachts weer uit. Al mijn leven lang neem ik genoegen met drie uur slaap per nacht. Rond zes uur 's avonds krijg ik het vaak lastig. Dan doe ik soms wat microslaapjes van een paar seconden. Tijdens een meeting dommel ik heel even in. Iedereen die mij kent, weet dat en is er al aan gewend. Ik hou van mijn job, maar het zou echt fantastisch zijn als ik elke dag zes uur méér had."
Stewardess Monica serveert het chocoladedessert met koffie en bijpassend digestief: een gerijpte rum. Maar we moeten helaas passen. Ons vliegtuig wacht niet. We grabbelen onze schoenen uit de mand en springen na een laatste omhelzing met Mister Lindbergh in de zodiac. De hele familie zwaait ons uit terwijl wij opnieuw aan het stuiteren gaan. De jonge stuurman haalt al even enthousiast de gashendel over als zijn baas. Op een paar meter van de kust springen we uit de zodiac. Met een natte broek en een halve kilo zand in onze schoenen gaan we op zoek naar een taxi. Peter Lindbergh geniet intussen eventjes van een rustige vrijdagavond. Lang zal het niet duren. Na het weekend staat de campagneshoot voor Marc 'O Polo op de agenda met fotomodel Lara Stone en acteur Mads Mikkelsen. Maar zondag al post Lindbergh op zijn Instagram een selfie met Lara en Mads op La Fenice. Dat zal weer een korte nacht geweest zijn.
Peter Lindbergh: A different vision on fashion photography loopt van 10/9 tot 12/2 in de Kunsthal in Rotterdam. Het toont zijn werk van 1978 tot nu. De catalogus verschijnt bij Taschen en kost 59,99 euro. Meer info op kunsthal.nl
Best of Lindbergh
Je hoeft slechts een paar beelden van Peter Lindbergh onder ogen te krijgen om er de hand van een genie in te zien.
Onze De Morgen-fotografen spreken hun bewondering uit over vijf van zijn iconische foto's, zie p. 29.