Maandag 05/06/2023

ReportageVluchtelingen

In een gammel bootje maakte Pooyan de oversteek naar Engeland: ‘Na twee uur op zee voer plots de Franse kustwacht achter ons’

Pooyan langs de Theems in Londen. ‘Ik zat tot voorbij mijn borst in het water en probeerde mezelf in de boot te hijsen, maar ik kon moeilijk ademhalen.' Beeld Carlotta Cardana
Pooyan langs de Theems in Londen. ‘Ik zat tot voorbij mijn borst in het water en probeerde mezelf in de boot te hijsen, maar ik kon moeilijk ademhalen.'Beeld Carlotta Cardana

Een recordaantal van 40.000 migranten stak dit jaar het Kanaal over om Engeland te bereiken. Ook de 21-jarige Iraniër Pooyan stapte, met zijn broer en moeder, in een volle opblaasboot. Het zou de ergste ervaring uit zijn leven worden.

Wout Renders

“Het geluid van het water doet me denken aan de oversteek”, zegt Pooyan, terwijl hij bekijkt hoe golven van de Theems tegen de oever rollen. Zijn volle baard maakt het moeilijk emoties van zijn gezicht af te lezen. “Wat ik de afgelopen drie jaar heb ondernomen om in Londen te raken, had ik nooit kunnen bedenken. Maar het was een kwestie van overleven.”

Even later, weg van de wind en met een cappuccino voor zijn neus, vertelt Pooyan over wat hij de ergste ervaring uit zijn leven noemt. Het is bijna twee maanden geleden dat de 21-jarige Iraniër urenlang doorweekt in een afgeladen volle opblaasboot zat en op illegale wijze het Kanaal overstak.

“Na zonsopgang werden de golven hoger. Er sloeg water in de boot, ik schepte het eruit met een kapotte emmer en probeerde mijn hoofd leeg te maken. Maar ik maakte mij voortdurend zorgen om mijn moeder.” Zij (54) zat voor hem bij de boog van de boot, zijn oudere broer (28) achter hem.

Volgens de Britse overheid is dit jaar een recordaantal migranten illegaal het Kanaal overgestoken. Midden november stond de teller al op 40.000, ruim 10.000 meer dan vorig jaar. Die cijfers zetten de Conservatieve regering onder druk om een belangrijke brexitbelofte na te komen: de controle over het migratiebeleid ‘terugwinnen’.

‘Invasie’

Suella Braverman, de Britse minister van Binnenlandse Zaken, noemde de oversteek van migranten eind oktober nog een ‘invasie’ en kondigde een harder beleid aan. Ze sloot in november daarom een akkoord met haar Franse collega. Frankrijk ontvangt 72 miljoen euro van het Verenigd Koninkrijk om met meer politieagenten te patrouilleren op de stranden, meer boten tegen te houden en beter samen te werken met de Britten.

Enkele dagen na Bravermans uitspraken, op een grijze novemberdag, neemt Pooyan de trein naar de City. Het is de derde keer dat hij de treinrit van meer dan een uur naar het centrum van Londen aflegt. De vorige keer kwam hij demonstreren tegen het geweld dat het Iraanse regime gebruikt tijdens de protesten in het land. Als gevluchte Iraniër zet hij zich hevig af tegen de machthebbers: “Mensen worden op straat vermoord en het enige waar politici om geven is hun eigen macht behouden.”

Drie jaar geleden verliet Pooyan met zijn moeder en broer de Iraanse hoofdstad Teheran. Ze vreesden executie nadat ze zich hadden bekeerd tot het christendom. “Ik wilde niet langer moslim zijn en stomme regels volgen”, zegt hij rechtuit. “Waarom mogen mannen meerdere echtgenotes hebben en vrouwen niet? Waarom mogen vrouwen hun haren niet in het openbaar tonen?”

Zijn vader, die in Iran bleef, verdiende goed met een eigen postorderbedrijf en bekostigde een deel van de reis naar Europa. Via Griekenland belandde het gezin in België. Daar aangekomen probeerden ze met valse paspoorten meteen naar Londen te vliegen. Bij de laatste controle voor het instappen werden ze onderschept. De politie stuurde de drie Iraniërs, die geen geldige papieren hadden, naar een aanmeldcentrum voor asielzoekers in Brussel. Zoals vele anderen belandden ze – mede door de coronacrisis – in een lange asielprocedure.

Pooyan bleef van Engeland dromen. “Kennissen in Iran hadden verteld dat Engeland de beste keuze was om naartoe te vluchten”, zegt hij. “Engeland is een veiliger en ontwikkelder land dan Iran. Ze spreken er Engels en geen moeilijke Europese taal zoals Nederlands. En ze zouden je er niet terugsturen.”

In België werd de asielaanvraag van de Iraniërs twee keer afgewezen. De Belgische overheid geloofde niet dat het gezin echt bekeerd was. “Ik was erg boos, omdat ze dachten dat wij logen.” De afwijzing deed het gezin besluiten een nieuwe poging te wagen Engeland te bereiken.

Koerdische smokkelaar

“Via het asielzoekerscentrum van Gent kwamen we in november 2021 in contact met een Koerdische smokkelaar”, vertelt Pooyan in een hip Londens café. Het gezin betaalde de man 8.000 euro cash om vanuit het Franse Calais het nauw van iets meer dan 30 kilometer te overbruggen in een gammele boot. Van de zeventig mensen die zich hadden verzameld in de zogeheten ‘jungle van Calais’ kon die avond slechts de helft de oversteek wagen, omdat de politie een boot in beslag had genomen.

“We bleven achter met veertig anderen”, aldus Pooyan. “Ik had alleen een jas en bibberde tot de ochtend van de kou. We hadden een hele dag niets gegeten of gedronken.” Het weer verslechterde en de volgende dagen zouden er geen boten vertrekken, lieten de smokkelaars weten. Ontgoocheld keerde het drietal terug naar België. In het asielcentrum vertelden ze dat ze met vakantie waren geweest.

Een paar dagen later vond het dodelijkste ongeluk ooit plaats met een migrantenboot op het Kanaal: voor Calais sloeg een boot om, 27 opvarenden kwamen om. Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie zijn de afgelopen twee jaar zeker 58 doden gevallen tijdens de oversteek naar het Verenigd Koninkrijk. Het ongeluk boezemde Pooyan en zijn familie angst in. “We beseften dat het te gevaarlijk was en besloten in België te blijven.”

De avond valt in Londen en een ober kondigt aan dat ze gaan sluiten. Pooyan trekt zijn iets te ruime zwarte winterjas aan en stelt voor naar een Iraans restaurant te gaan. Terwijl de kenmerkende rode bussen voorbijrazen, zoekt hij de route op zijn telefoon. Na het eten vertelt Pooyan verder in een slecht verlichte bar met een WK-wedstrijd op de achtergrond.

“Ik diende, beter voorbereid dan de eerste keer, een nieuwe asielaanvraag in, maar mijn dossier werd opnieuw afgewezen”, zegt hij verontwaardigd. “We gingen weer in beroep, maar de angst om teruggestuurd te worden groeide.” In die periode onderhield het Iraanse gezin contact met de smokkelaars om het geld dat ze hadden betaald terug te krijgen.

Ondanks herhaaldelijk aandringen van Pooyans broer weigerde de smokkelaar het bedrag terug te geven. Zonder andere opties vroeg het gezin of de Koerdische smokkelaar hen opnieuw kon overzetten. “Hij garandeerde een veilige en goede oversteek, zonder overnachting in de jungle”, zegt Pooyan met een grijns.

Duinkerke

Weer legde het Iraanse gezin al hun hoop en vertrouwen bij de smokkelaars. Ze wachtten zonder duidelijke instructies tot middernacht in Duinkerke – de mensensmokkelaars opereren niet langer vanuit Calais, verzekert Pooyan. Toen belde zijn broer de contactpersoon, die zei dat de boot al is vertrokken.

“We sliepen in de tent van een smokkelaar en kregen – in tegenstelling tot de vorige keer – eten, drinken en dekens”, vertelt Pooyan. “De volgende dag belemmerde slecht weer ons vertrek.”

“Na weer een paar dagen in Gent liet de Koerdische smokkelaar weten dat we de volgende nacht konden oversteken”, zegt Pooyan. “We arriveerden ’s ochtends in Duinkerke, zodat we de oversteek niet zouden missen. En we verzamelden op de plek waar we de vorige keer hadden geslapen, tussen struiken, modder en afval.” Een handlanger van de smokkelaar nam de leiding over een groep van vijftig mensen.

Na zonsondergang namen ze een bus naar een afgelegen plek. Om geen aandacht van de politie te trekken, moest de groep zich geregeld verstoppen achter struiken en bomen. Tijdens het wachten deed Pooyan geen oog dicht door de kou en de spanning. Na vijf uur droeg hij met dertig andere mannen de loodzware boot op zijn schouder door het mulle zand naar de zee.

Toen de boot in zee lag, mochten eerst de twaalf vrouwen aan boord. “Mijn moeder was zo vermoeid dat ze nog amper kon lopen”, vertelt Pooyan. “Mijn broer heeft haar moeten ondersteunen.” Daarna probeerde iedereen in het vaartuig te kruipen.

“Ik zat tot voorbij mijn borst in het water en probeerde mezelf in de boot te hijsen, maar ik kon moeilijk ademhalen. Ik verloor mijn broer uit het oog tot ik hem plots mijn naam hoorde schreeuwen. Hij hielp me aan boord.”

“Na twee uur op zee voer plots de Franse kustwacht achter ons. Ze toonden met felle lichten in welke richting we moesten varen”, zegt Pooyan. “Er vloog ook een drone boven de boot.”De Franse aanwezigheid gaf Pooyan, die nooit heeft leren zwemmen, een gevoel van veiligheid: “Ik wist dat de kustwacht ons niet zou laten verdrinken.”

Zodra ze in Britse wateren kwamen, was het Franse schip verdwenen. Zonder hulp van de kustwacht navigeerde de stuurman op een kaart via zijn telefoon. De Britse kustwacht haalde Pooyan, zijn gezin en 39 andere migranten uit het water.

Migrantenhotel

De Britten stuurden de 42 opvarenden naar een detentiecentrum dat volgens Pooyan leek op een gevangenis. Hij vertelt dat medewerkers hun persoonlijke spullen, zoals telefoons, medicatie en sieraden, in beslag namen. “Honderden mensen lagen hoestend in een gigantische tent op de grond”, zegt Pooyan terwijl hij zijn stem verheft. “We verbleven in het familiegedeelte met veel kinderen. Heel wat mensen waren ziek, ook ik.”

Zijn asielstatus is nog steeds onzeker, maar hij slaapt niet langer op de grond. Samen met zijn moeder en broer deelt hij sinds midden oktober een kamer in een van de migrantenhotels in een grauwe voorstad van Londen.

Een witte muur omringt het hotelgebouw, dat volgens Google Maps tijdelijk gesloten is. Pooyan knikt naar de bewaker die de toegangspoort voor hem opent. Bij de ingang staat een groep rokers en binnen schuift een rij mannen aan voor hun lunch. Elke bewoner kan drie keer per dag een maaltijd afhalen in een plastic bakje. Op weg naar zijn kamer kijkt Pooyan niet op van een kind dat door de gang fietst.

De opvang in hotels kost de Britse regering ruim 7 miljoen euro per dag, tot ongenoegen van een deel van de bevolking. Ondanks de kritiek voelt Pooyan zich welkom in Engeland. “De omvang en drukte van Londen doen me denken aan Teheran”, vertelt hij. “Door de diversiteit van de stad voel ik me ook minder een buitenstaander dan in Gent.”

Het ommuurde hotelgebouw dient als een gigantische wachtzaal en vormt het voorlopige eindpunt van Pooyans tocht. “Sinds we uit Teheran zijn vertrokken, voelt het alsof mijn leven op pauze staat. In Engeland hoop ik mijn leven weer in handen te nemen. Als ik papieren krijg, wil ik hier grafische vormgeving studeren en een leven beginnen.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234