'Ik ben geen burn-outgoeroe'
Geen verbittering om wat was, en spijt houdt ze alleen over voor wat misschien niet komt. 'Nooit meer iets in de media kunnen doen, zou ik heel jammer vinden', zegt Erika Van Tielen (30), een jaar na haar getuigenis over burn-out. Maar afstand en het moeder-schap brachten mildheid.
'Hangt dat daar nog?" De verwondering klinkt oprecht als je Erika Van Tielen vertelt dat je haar eigenlijk nog elke dag ziet. Dat zit zo: al jaren hangen drie foto's van haar op een gevel van een beautycenter in Kessel-Lo. Een muur die overigens op eigen wijze meegaat met de BV-tijd. Ooit werd hij volledig ingepalmd door Kim Gevaert. Erika Van Tielen moet vandaag tevreden zijn met een bijrol: het grootste zeil nu is voor Elodie Ouedraogo.
In haar tuin in Schilde, waar ze sinds anderhalf jaar woont, twijfelt het weer tussen warm genoeg en kiekenvlees. Woensdag wordt ze 31, piepjong is dat eigenlijk voor haar cv. Ketnet, VTM, Studio Brussel, Vlaanderen vakantieland, acteer- en presentatiewerk: het staat er allemaal op.
Maar toen verscheen haar foto op 10 oktober 2013 in De Morgen,niet op de tv-pagina's maar bij een opiniestuk: 'Beste baas, doe iets aan de heersende burn-outboom.' Met een 'o' minder had het ook gekund: dat Erika Van Tielen aangaf dat we ons kapot werken en dat niet geld, maar feedback van bovenaf van het grootste belang was, had toch iets van een bom.
"Dat stuk werkt door tot vandaag. Ik heb er overwegend positieve reacties op gekregen, maar het is wel een eigen leven gaan leiden. Werd eruit gehaald: 'Erika Van Tielen had een burn-out'. Terwijl ik dat niet schreef omdat ik zo graag over mijn eigen burn-out wilde vertellen - ik realiseerde me zelf pas achteraf dat ik tekenen van een burn-out vertoonde - maar wel omdat ik na mijn ontslag bij de VRT van alles in mijn hoofd had en omdat ik door gesprekken merkte dat dát aspect van burn-out in het debat nog nooit ter sprake was gekomen. Natuurlijk werkte het schrijven ervan allicht therapeutisch. Maar het moest toch vooral een maatschappelijk belang hebben."
Twee weken terug belde Reyers laat, "voor de vijfde keer", maar ze ging niet. "Ik had op 37 bedrijfscongressen kunnen gaan praten en had als de 'burn-outgirl' geld kunnen slaan uit mijn getuigenis. Daar had ik allemaal geen zin in. Maar je wilt niet weten hoeveel mails ik gekregen heb van mensen die blij waren omdat ze zich in mijn verhaal herkenden. Ze deden hun verhaal en het was leuk om te horen dat het hen troostte. Al ben ik natuurlijk geen therapeute. Tegelijk ging dat stuk soms tegen me werken.
"Eigenlijk stond alles wat ik wilde vertellen in dat ene verhaal, maar in elk interview (ze lacht, want u leest de zinnen, ook dit gesprek dus, RVP) gaat het er nu over. Op een bepaalde manier is dat super, het is goed dat het debat er is, maar het mag niet verengen tot mijn verhaal. Ik wil me niet tot burn-outgoeroe opwerpen."
Dat Reyers laat haar vroeg, had te maken met die nieuwe wet die bedrijven sinds 1 september verplicht maatregelen te nemen om te voorkomen dat werknemers slachtoffer worden van een burn-out. Al moet dat personeel dan toch vooral zélf een informeel verzoek indienen tot psychosociale interventie. "Al is er geen pasklare oplossing, het is goed dat politici en wetteksten erkennen dat mensen hulp nodig hebben. Zelfs al komt het in negen op tien gevallen te laat en moeten bedrijven vooral een klimaat scheppen om de kans tégen te gaan.
"Ik lees dat de Netflixen en de Googles daar goed mee bezig zijn en misschien moet het zo ver niet gaan. De VRT is bijvoorbeeld een tanker en dat is moeilijk. Maar berusten en zeggen 'dat het nu zo is', daar moet je je niet bij neerleggen. Zien dat werknemers meer zijn dan vervangbare nummers en een ploegbaas die feedback geeft: dat is al iets. Helaas: wie hoog in de hiërarchie opklimt, vergeet gemakkelijk hoe het daar beneden was."
Van de VRT, of toch van 'hen die zich aangesproken mochten voelen', hoorde ze niks. "Er was alleen maar stilte." Al haast ze zich: "Mijn opiniestuk was geen aanklacht tegen de VRT. Mijn ervaringen waren gewoon de insteek. Het is iets dat de mediasector overschrijdt." Maar natuurlijk had ze zes maanden eerder net bij die openbare omroep ontslag genomen. Omdat het zo aanvoelde. "Het is gek. Ik had de mooiste baan van de wereld, maar ik werd al een tijdje bijna misselijk wanneer ik door de slagbomen van de parking reed.Ik begon me af te sluiten van de collega's, zag overal complotten en beeldde me allerlei geroddel in. Alle goesting en drive was weg.
"Waarom was ik plots zo apathisch geworden? Ik die alles altijd juist té goed wilde doen? Ik werkte voor Studio Brussel en voor Vlaanderen vakantieland en dat is eigenlijk fantastisch. Maar ik wilde dat niet eeuwig doen, en de combinatie van ambitie en proberen als gezonde dertigjarige kijken welke andere mogelijkheden er waren, zadelde me met die vragen op."
Een gesprek dus met 'de bazen', van wie u in dit verhaal geen namen zal lezen. "Liever niet", zegt ze. "Toen ik in dat gesprek vertelde dat ik na vijf jaar Vlaanderen vakantieland wel eens iets anders wilde en dat ook preciseerde, werd het plots heel stil. Ik had niet de indruk dat er echt moeite gedaan werd en het leek alsof ik voor geen enkele andere baan in dat gigantische bedrijf geschikt was."
Sportjournalist Dingske
"Van het moment dat je op het scherm komt, zit je voor bepaalde mensen in een vakje. Alles is dan perceptie, op tv meer dan elders, en selffulfilling-prophecygewijs beslissen mensen die één beeld van je hebben maar je verder eigenlijk niet kennen, welke kansen je kunt krijgen. Ik vind het zelf lullig als ik het me hoor zeggen, maarin9 van de 10 gevallen bepaalt perceptie wat je doet en dat geldt zéker als je een vrouw bent."
Anders vertaald: wie Vlaanderen vakantieland presenteert, kan moeilijk 'verkocht' worden als ernstige journalist. Wim De Vilder, ook ooit bij Vlaanderen vakantieland, is een uitzondering en de make-over van Cara Van der Auwera van Spring naar Klara is dat. "Ik las vorige week in jullie krant het interview met Thomas Vanderveken en hij heeft dat gekund. Begonnen bij JIM en nu op Canvas: het kan. Maar het gaat over kansen krijgen. Ik moet niet klagen, ik heb die als student gekregen bij Ketnet. Maar nu ik weer andere dingen wil laten zien, waarvan ik weet dat ik het kan, mag het niet. Het is naast talent toch vooral een kwestie van timing en geluk. Met andere bazen had ik misschien een andere carrière kunnen uitbouwen. Maar misschien had ik ook nooit een kans gekregen."
Wat dat zou zijn? "Reporter zijn voor Vlaanderen vakantieland is fijn, maar is over tien jaar nog hetzelfde. Daarop voortbouwend zou ik heel graag reisreportages doen die iets meer zijn. Ooit deed ik er een over het IJzeren Gordijn, dat was heftig en met diepere interviews - wat op het randje was voor dat programma. Maar wel één van de boeiendste dingen die ik deed. Volgens mij wordt het publiek onderschat en bazen zijn heel behoudsgezind. Op de VRT nog meer dan op de commerciële omroep."
Nog zo'n idee: "Sportjournalist zou ik fijn vinden, maar je voelt ze meteen denken: 'Gaat dat dingske dat wel kunnen?' Terwijl ik al mijn hele leven met sport bezig ben, sportwetenschappen studeerde in het secundair en tijdens de Olympische Spelen van 2004 stage deed bij Sporza. Vandaag ken ik niet minder van sport dan toen. Mijn carrière liep anders en zonder wat nu mijn voorgeschiedenis is geworden, had niemand zich die vraag gesteld."
Hoe anders is dat? Ooit, denk aan het beautycenter in Kessel-Lo, was Erika Van Tielen overal. Vriendin van iedereen. Op de covers van Humo en P-Magazine. Hype door vier verschijningen in De slimste mens ter wereld, een programma dat wel meer mensen maakte. "Ik heb van niks spijt, behalve misschien dat ik er niks mee gedaan heb. Of meer van genoten. Ik heb die hype zoveel mogelijk willen downsizen en altijd gezegd: doe maar gewoon. Misschien heb ik toen te weinig uitgesproken wie ik ben."
"Maar De slimste mens werkte op den duur negatief. Er werd heel erg toegespitst op iets, ik weet zelfs niet wat, maar ik werd herleid tot een beeld dat mensen op me plakten. Dat is het contradictorische van dat programma. Het zou over kennis moeten gaan, maar ik werd herleid tot een popje. Tot een beeld, een iconisch beeld. Het grofste dat ik later hoorde, was van iemand op de VRT die toen ik zwanger was, zei: 'Dat gaat je misschien menselijker maken'. Ik was dus geen mens meer? Dat is angstaanjagend."
In zilver bengelt rond haar hals het woord 'mama' en het speelgoed in de tuin wijst op Finn, zoontje van bijna 3, en zijn broertje Rowen van zes maanden. Eigenlijk is ze bijna fulltime mama, dat is prachtig, alleen zou je dat negatief ook kunnen vertalen als 'werkloos'. Al leest ze als freelancer reclamespotjes en animatiefilms in. Eerst zag het ernaar uit dat ze deeltijds voor JUST ging werken, een digitale tv-zender van Think Media en Maurice De Velder. Ze zou er presenteren en coachen, maar plots kwam de boodschap dat er geen geld meer was en stierf het hele project een vroege dood.
Het is een ontgoocheling. "Daar moet je mee om kunnen in dit wereldje. Veel misschiens en veel beloftes. Pas als het op papier staat, ben je zeker." Nu 'hangt' er iets, maar dat doet het nog te hoog in de lucht om in de krant te lossen.
Heb je het gevoel dat dat opiniestuk deuren heeft dichtgedaan en dat het daardoor nu extra zwaar is om ergens aan de bak te komen?
"Het is niet zo dat het in die tien jaar altijd 'zomaar' lukte. Het was altijd een beetje een gevecht. Alleen had ik in het verleden op de juiste momenten wat meer chance, waardoor je je die vraag niet stelt: 'Gaat het slecht me me?'
"Natuurlijk denk ik nu wel eens: 'Damn, waarom belt niemand?'Omdat ik snak naar meer zekerheid. Tijdelijk zelfstandig zijn is oké, maar mijn vriend (cameraman die gisteren thuiskwam van een maand in Ierland op de set van Geoffrey Enthovens nieuwe film 'Winnipeg', RVP)is ook zelfstandig en met twee is dat niet ideaal. De vraag is nu: wacht ik er nog op? En hoe lang nog?
"Ik ben niet met slaande deuren bij de VRT vertrokken en ik denk niet dat ik er op mijn hoogtepunt ben weggegaan. Dus ik wil wel nog wat wachten, want ik zou het heel erg jammer vinden mocht ik niks meer op radio en tv kunnen doen. Omdat ik het gevoel heb dat er nog zoveel in zit. En ik die drive heb. Ik moet alleen de kans krijgen om dat te laten zien en net dat heb ik nu niet in de hand. Maar ik mag het ook niet te graag willen, want dat schrikt dan weer af, zegt men. Dus: het moét niet, maar het mág.
"Of het me verbittert? Er was een tijd dat ik er letterlijk wakker van lag en dat ik het dan altijd bij mezelf zocht. Maar you can't have it all, denk ik nu. Ik ben heel blij met mijn gezin en privé kan ik niet gelukkiger zijn. Alleen blijft die drive. Ik ben er in gesukkeld en, dju, ik doe het nog altijd zo graag. Het is een geweldige speeltuin en je komt op plekken en bij mensen waar je anders nooit kwam. Het is dus een cadeau en ja, dju, het zou jammer zijn als het niet meer zou kunnen."
"Tegelijk is er wel een plan B en een plan C. Het leven stopt niet bij radio en tv. Ik kan gaan schrijven of acteren.Ik heb communicatiewetenschappen gestudeerd, een baan als woordvoerder van een bedrijf zou dus kunnen. (lacht)Al kan die bekende kop dan voor of tegen je werken. Of communicatieverantwoordelijke van een ngo of een non-profitorganisatie. Waarom niet? Entertainment brengen, is heel fijn. Maar na een tijd ga je toch relativeren en je afvragen: wat stelt het voor? Ik red geen levens."
Of ze daarmee worstelt? "Ik ben er meer over gaan nadenken. Ik zeg niet dat brood en spelen nutteloos zijn, maar het is ook maar dat. Eén van de mensen die ik dankzij mijn job heb leren kennen, is Marc Herremans. Marc is een hele goede vriend geworden, een mens die me doet nadenken en elke dag leert relativeren. Moeder worden heeft me empathischer gemaakt. Je trekt je het lot van je kinderen aan, bij uitbreiding dat van kinderen in de hele wereld en dus van de hele wereld."
"Iemand als Marc ontmoeten, dat is zo één van die cadeaus waarvan ik daarnet sprak. In een andere baan was ik die nooit tegengekomen. Hetzelfde geldt voor reizen. Toen ik voor Ketnet werkte, was ik een tijdlang 'Vriendin van Unicef'. Daarvoor heb ik in Roemenië scholen en projecten van Roma bezocht en kon ik praten met meisjes van 14 - ze zouden mijn zussen kunnen zijn - die moésten trouwen met weinig aantrekkelijke mannen.
"Idem in India, waar ik met een vriendin naartoe reisde. Eerst zaten we in een open trein in de laagste klasse, dan een keer tussen rijke Indiërs in eerste klasse met een gast van onze leeftijd. Helemaal op de hoogte van de wereldproblematiek, maar ook hij werd uitgehuwelijkt. En daar berustte hij in."
Ze vertelt dit omdat het die eeuwige les in relativering is. Die je, weliswaar, snel vergeet als je thuiskomt. "We hebben de luxe om daar te gaan kijken en daar weer weg te kunnen. Maar ik weet wel dat ik dan geen recht heb om te zagen. Ik woon mooi, de rekeningen worden betaald, we krijgen kansen. Anderen met vergelijkbaar potentieel hebben die niet."
N-VA-bastion
"Afstand doet altijd deugd", zegt ze dan. "Zowel professioneel als persoonlijk. Toen ik opstapte bij de VRT, gingen we meteen op vakantie. (met een lachje:)Wel naar Ibiza, maar toch: op amper duizend kilometer van Brussel, werden alle problemen plots belachelijk klein. Het enige dat daar telde, waren de mensen die bij me waren en die ik graag zag. Zelfs hier in Schilde, ver van de stad en de ratrace, trek ik me alles minder aan.
"Schilde is een N-VA-bastion en misschien komt dat omdat hier het 'not in my backyard'-principe geldt. Zelf heb ik een zeer solidair gedachtegoed, ook dat leer je door op reis te gaan, en ik besef heel erg de verworvenheden van de welvaartsstaat en de sociale zekerheid. Alleen Scandinavië doet beter dan België. Maar mensen zijn steeds individualistischer gaan denken en we leven niet meer in de gemeenschappen van vroeger. Het is ieder voor zich. Je kan mensen dan niet kwalijk nemen dat ze zo stemmen. Je moet alleen hopen dat mensen beseffen welk vangnet er hier is, zelfs in vergelijking met landen als Amerika. En dat er uiteindelijk een tegenbeweging op gang komt."
Met Eels, zegt ze dan: 'Goddamn right, it's a beautiful day' en ze zegt dat omdat, in de vooravond van dit gesprek, het woord perfectionisme is gevallen. Toen ze op school 89/100 haalde, was ze niet tevreden: 90 had dat moeten zijn. Een boek lezen, kon niet gewoon: hij moest 'tegen dan' uit zijn. Vandaag 'moét' de strijk zo en niet anders. "De drang naar perfectionisme zit in mij en dat kan een sterk of een zwak punt zijn. In eender welke baan die ik ooit nog zal uitoefenen, ga ik daar moeten mee oppassen. Radio is zo'n momentum: wat je zegt, is voorbij. Maar als ik een vraag niét had gesteld of als ik struikelde in het Engels, kon ik daar vreselijk mee inzitten. Het is wel beter geworden. Waar ik vroeger vaker wakker lag, is dat nu minder. Ik probeer voor mezelf en voor mijn omgeving milder te zijn. Want die hoge eisen stel je ook aan de mensen rondom je. En daar moet ik mee oppassen."
"Wat heeft de wereld aan dergelijk perfectionisme? Ik vind perfecte mensen zélf niet interessant. Ze zijn griezelig en je kán niet perfect zijn. Dat zie ik nu in. Niet met professionele hulp, al heb ik daar wel aan gedacht. Ik zou me er ook niet voor schamen. Maar gesprekken met mijn ouders en mijn lief waren waardevol genoeg."
"Ik heb leren relativeren, het leven kan relaxter. En het klinkt cliché, maar mama zijn is echt wel de belangrijkste rol in mijn leven. En de perfecte moeder bestaat niet. Het gevaar bestaat enkel dat je dat perfectionisme ook van je kinderen eist en dat wil ik écht niet. Ze zijn wel mijn grootste troost. Ongelooflijk hoe zo'n Finn, die niet eens drie is, voelt als ik met iets zit of verdrietig ben. De onzekerheid blijft op de loer liggen en er zijn momenten dat ik twijfel en dat ik goed mottig kan zijn. Maar huilen is dan een opluchting en dit besef: de dag dat je sterft, is het niet belangrijk waar je gewerkt hebt maar wel wie het belangrijk vindt om op je begrafenis te zijn."
En dan dus dat liedje. Niet te lang zwelgen en met Eels beseffen: Goddamn right, it's a beautiful day.