Contraterreurwetten
Iedereen verdacht? In de oorlog tegen terreur sneuvelen persoonlijke vrijheden eerst
Politie en leger beschermen terecht onze veiligheid maar waken onze Europese politici ook voldoende over onze fundamentele vrijheden in de nieuwe oorlog tegen terreur?
Een half miljoen mensen in heel Europa stond klaar om volgende week zondag, 29 november, te demonstreren in Parijs om druk te zetten op de wereldleiders die een historisch klimaatakkoord moeten sluiten. Omwille van de noodtoestand is de betoging afgelast. Dat is een nederlaag voor onze Europese democratie. Na de Charlie Hebdo-aanslagen begin januari antwoordden we nog op de terreur door in stilte met honderdduizenden door de straten van Parijs en andere hoofdsteden op te stappen. Nu zullen zwaarbewapende militairen regeren over lege boulevards waar limo's met regeringsleiders door razen. Zo lijkt het alsof onze overheden een knieval maken, en de terroristen beslissingsmacht geven over een grondwettelijke vrijheid zoals het recht op vreedzaam betogen.
De Franse overheid heeft uiteraard de verantwoordelijkheid zijn burgers te beschermen, maar had meer inspanningen kunnen doen om het recht op vrije meningsuiting te verdedigen. Men had kunnen zoeken naar alternatieve data of locaties. Dat deed men niet, wat de komende drie maanden niet veel goeds belooft voor de organisatoren van andere demonstraties of culturele evenementen. Of zoals een woordvoerder van Amnesty gisteren opmerkte. "Het is een paradox om mensenrechten op te schorten met hun verdediging als motivatie".
De vrijheid van vereniging is niet het enige grondrecht dat opgeschort wordt, en lang niet alleen in de stad van Voltaire. Wat over de Europese grenzen heen opvalt is hoe haastige contraterreurwetten twee fundamentele rechtsprincipes dreigen te ondergraven: het vermoeden van onschuld en onze persoonlijke vrijheid.
Vinger aan de trekker
Je moet niet zover kijken om concrete voorbeelden te vinden. Wie vandaag in een grootstad als Brussel of Antwerpen beweegt wordt onvermijdelijk door agenten en soldaten als potentiële bedreiging geobserveerd. Mensen bekijken hierdoor ook sneller elkaar met een scheve blik. Deze situatie mag niet blijven duren. Een samenleving waarin iedereen verdacht is gaat kapot aan onderling wantrouwen.
Je riskeert ook sneller onschuldigen te criminaliseren. Denk maar aan de journalist die deze week in een huurauto op het Schumanplein werd klemgereden of de volledige blokkering van de Antwerpse Ring omdat de politie een Franse wagen verdacht vond. Tot bleek dat hun scanner de nummerplaat foutief las. Incidentjes, zonder meer, maar laat ons behoedzaam zijn: onder dergelijke hoogspanning riskeren ook militairen of agenten fatale inschattingsfouten te maken.
Onze recente geschiedenis staat bol van onbedoelde schietpartijen door agenten op burgers in 'stresszones', zoals de Palestijnse gebieden of stadsdelen met bendegeweld in de VS. Daarom moeten we zorgen dat onze hardwerkende mannen en vrouwen in uniform dicht bij de burgers mogen blijven staan en zich niet in oorlogsmodus moeten opstellen in onze straten. De rechtspraak begint daar, uit hun mond, niet uit de loop van hun geweer.
Een eerste gelegenheid om deze moeilijke evenwichtsoefening tussen veiligheid en vrijheid te maken volgt vanavond, als ook moslimjongeren in onze binnensteden gewoon op stap willen gaan. Laat Alors on danse het ordewoord zijn, niet de fouilleringen. Discrete beveiliging gaat ook.
Proportionaliteit
Bescherming moet er ook meer dan ooit zijn voor onze persoonsgegevens. België en Frankrijk maken nu werk van een 'Passenger Name Record'-systeem, een databank waarin alle vliegtuigpassagiers die binnen, van en naar ons land vliegen zouden worden geregistreerd. Een gelijkaardig systeem ontstond na de aanslagen van 11 september 2001 in de VS. Een buitengewone EU Raad van binnenlandse zaken en justitieministers bespreekt vandaag ook opnieuw een Europees PNR-model. Goed om zonodig Syrië-strijders te signaleren maar zoals EU-parlementslid Sophie In 't Veld (D66) opmerkt 'heeft het geen enkele zin om bergen en bergen informatie op te slaan en vervolgens niet te delen'.
"Na elke aanslag horen we dat de inlichtingendiensten informatie over daders niet uitwisselden. Het heeft veel méér zin om de inlichtingendiensten te verplichten hun specifieke informatie te delen dan op een drafje regeringen blanco cheques te geven om allerlei persoonsgegevens op te slaan, waardoor je het overzicht dreigt te verliezen" zegt ze. "Er is nu een tendens om niet te zeuren over grondrechten maar het recht is heel duidelijk: gebruik persoonsgegevens alleen noodzakelijk, proportioneel en bouw privacybescherming in."
Frankrijk maakt privacy tijdens zijn drie maanden durende noodtoestand wel ondergeschikt aan veiligheid. Een zorgwekkende evolutie is dat, waarin Verlichtingswaarden zoals persoonlijke vrijheid en gelijkheid vervangen dreigen te worden door een DDR-staat waarin een Stasi-achtig gremium 'das Leben der Anderen' afluistert en ficheert. In 't Veld: "Willen we een maatschappij waarin politici, ondernemers, artsen, academici, journalisten, advocaten of klokkenluiders niet meer anoniem, vertrouwelijk en veilig kunnen communiceren met hun bronnen, patiënten of clienten?".
De onschuld is een van onze hoogste rechtsprincipes, maar het is vooral een levenshouding die we moeten koesteren terwijl de overheid onopvallend onze veiligheid garandeert.