Vier vragenSimon Kuper
‘Het loon van Lionel Messi is niks als je honderden miljarden aan olie in de grond hebt zitten’
Ondanks de pandemie beleeft de transfermarkt geen kwakkelzomer, met de verhuis van Messi en Ronaldo als uitschieters. Is dat nog gezond? ‘De groeiende afkeer van het grote geld zie ik niet bij de fans’, zegt Financial Times-journalist Simon Kuper, auteur van The Barcelona Complex.
De miljoenen vlogen deze zomer weer in het rond. Hakte de coronacrisis niet zwaar in op de clubkassen?
Kuper: “Uiteraard heeft de pandemie de voetbalwereld aangetast, dat kan ook niet anders. Bij de grote clubs komt ongeveer een derde van het inkomen van de toeschouwers. Dat betekent niet dat er iets mis is met de industrie. We weten dat mensen staan te popelen om weer naar voetbalwedstrijden te gaan. De verliezen zeggen niets over de duurzaamheid van de sport. De clubs in Europa die tijdens de pandemie failliet zijn gegaan, zijn op één hand te tellen.”
De twee absolute sterspelers, Lionel Messi en Cristiano Ronaldo, zoeken met respectievelijk PSG en Man United andere oorden op. Een gelukkig toeval of een tendens?
“Beide spelers zijn op leeftijd en erg kostelijk, maar financieel moet je die verhalen loskoppelen van elkaar. Bij Barcelona speelt vooral het wanbeleid op vlak van transfers en salarissen van de laatste jaren. Daardoor is het de enige grote club die met intense geldproblemen kampt. De strenge financiële regels in de Spaanse competitie maakten een verlengd verblijf voor Messi onmogelijk. Bij Juventus en Ronaldo zat de scheiding er sowieso aan te komen.”
De richting van het verkeer, naar Parijs en de Premier League, lijkt anders wel symbolisch.
“Eigenlijk is het onlogisch dat Spanje als middelgroot en niet zo rijk land toch twee van de drie tenoren in het voetbal bezat. Die machtspositie is aan het verschuiven. De Premier League blijft sterk groeien qua televisie-inkomsten, en een club als Manchester United bekijkt het redelijk bedrijfsmatig: kwalitatieve spelers halen, in de top meedraaien, Champions League spelen, daar draait het om.
“Paris Saint-Germain is een ander verhaal. De Financial Fair Play-regels moeten normaal voorkomen dat een sjeik of een oligarch onbeperkt geld in een club pompt, maar na de pandemie krijgen clubs wat speelruimte. PSG beslist nu om daar gebruik van te maken, en lijdt bewust verliezen om Messi te halen. Wat dat oplevert? Roem, prijzen, plezier. Het is ook een manier om de reputatie van hun land wit te wassen. Volgens mijn berekeningen betalen ze Messi bijna 200 miljoen over twee jaar. Dat is niks als je honderden miljarden aan olie in de grond hebt zitten.”
Zorgt dat niet voor een afkeer van het voetbal?
“Er is misschien een groeiende afkeer van het grote geld, maar ik zie niet dat voetbal daarom minder populair wordt bij de fans. Het is juist andersom. De toegenomen salarissen en transfersommen zijn een reflectie van de wereldwijde populariteit. Het voetbal wordt ook steeds beter, mooier, de beste spelers worden steeds beter beschermd. Maradona en Pele werden kapot getrapt, Messi en Ronaldo mag je niet meer doorzagen.
“Ik heb het gevoel dat heel wat mensen vandaag een moreel verhaal tegen het voetbal proberen op te werpen. Het is uit de hand gelopen en daarom zou er een soort wereldse straf moeten komen, die de clubs doet instorten. Dat kan je gerust vinden, maar dat betekent niet dat de huidige situatie financieel ongezond is. Het blijft zeker houdbaar.”