Reportage
“Het is hier veel lekkerder”: Vlaamse overheid grijpt in tegen hordes externe bezoekers in restaurants
Geen personeelsbadge of bezoekerspasje? Dan is het vanaf nu kinneklop voor wie een dagschotel wil verorberen in de gebouwen van de Vlaamse overheid. De restaurants waren iets té populair geworden in de buurt. “Mensen gingen de deur uit met een zak vol broodjes.”
“Ah, is het vanaf nu met badgekes te doen?” Aan de ingang van het restaurant in het Herman Teirlinck-gebouw van de Vlaamse overheid loopt iemand verbaasd tegen de bewaker van G4S aan. Zijn collega-ambtenaar wijst naar het bord dat zegt: ‘Enkel personeelsleden van de Vlaamse overheid en hun bezoekers.’ Sinds deze week zijn er controles. “Ze gaan eindelijk eens wat efficiënter beginnen werken”, grinnikt die laatste.
Het nieuws ging snel rond op de site van Thurn & Taxis in Brussel, waar het gebouw in de zomer van 2017 is ingehuldigd: wie goedkoop wilde lunchen, kon zich zonder veel problemen tussen de ambtenarij nestelen. Broodjes vanaf 1,40 euro of een dagschotel voor slechts 4 euro, en de cuisine oogt best ‘haute’ voor een grootkeuken. Maandag op het menu: zeewolf met witloof en geuze. “Vergelijk het met een buffet in het betere vakantiehotel”, geeft een werknemer complimenten aan de chef.
“Als je de prijzen vergelijkt met het gebouw hier tegenover (Koninklijk Pakhuis, MM) is de rekening snel gemaakt zeker?”, denkt Fabienne. In die horecazaken betaal je inderdaad een veelvoud, en het gevolg laat zich raden. Restaurant, broodjes- en koffiebar in het Herman Teirlinckgebouw werden iets té populair bij externen, en de ambtenaren zelf spendeerden de helft van hun lunchpauze wachtend in de rij. Iemand wijst naar de andere kant van de inkomhal, ongeveer 20 meter breed. Zo lang dus.
Franchising
Het fenomeen deed zich ook voor in een ander gebouw van de Vlaamse overheid: het Hendrik Consciencegebouw in de Noordwijk, niet toevallig ook een drukke hub. “Het restaurant is nochtans geen openbare eetgelegenheid”, zegt Bert Eggermont, woordvoerder van Het Facilitair Bedrijf van de Vlaamse overheid. Externen werden er voorheen aan de kassa gedoogd, zo horen we bij het personeel, maar worden nu dus onderworpen aan een controlebeleid. “Als veel mensen in die lange wachtrijen niet tot je organisatie behoren, dan moet je ingrijpen.”
Of het externe bezoek nu plots de spuigaten uitliep, valt moeilijk te controleren. De meest recente cijfers over de restaurantbezoeken gaan tot 2014 en tonen voor het Hendrick Consciencegebouw een stijgende lijn die hoofdzakelijk te wijten is aan een stijgende populariteit bij het personeel zelf. Een simpel rekensommetje lijkt eerder te vertellen dat externe eters wellicht al langer een probleem zijn. Uit de cijfers van 2014 blijkt dat ruim 550 personeelsleden in het Hendrick Consciencegebouw naar de eigen resto trok, maar dat er dagelijks 880 maaltijden werden verkocht. Ook toen klopte de balans dus niet.
Toch moet er de voorbije weken een verzadigingspunt bereikt zijn. Via de beheerder van Thurn & Taxis liepen klachten binnen van andere horecazaken, en ook bij het personeel laaide de frustratie op. “Mensen kwamen hier aan met de fiets en gingen de deur uit met een zak vol broodjes. Je kon er een handeltje van maken”, grijnst Dirk De Ruyck. Hij behoort zelf bij de vroege vogels, die om half twaalf al aanschuiven om de spits te vermijden, maar bij de collega’s wiens buikje later begint te knorren, merkte hij veel gemor.
“Maar het is nu ook niet dat het hier de voorbije maanden een duiventil was”, relativeert Vlaams Bouwmeester en toevallige passant Leo Van Broeck. Hij wijst er op dat de hal waar de eetgelegenheden liggen in feite een openbare binnenstraat is. “Waarom zou er niet een soort franchising van deze restaurants kunnen komen? Met een korting voor werknemers uiteraard.”
KBC
Hoe merk je trouwens dat er een ‘indringer’ in de rij staat? “Als ze Frans praten, weet je dat ze niet in dit gebouw werken”, klinkt het in de koffiebar. Al kan je ook de Nederlandstalige infiltranten er makkelijk uithalen. Een viertal is duidelijk verrast door de boodschap op de borden, maar probeert voor de blufpoker te gaan. Ze werken in het KBC-gebouw, zo’n 800 meter wandelen, waar ze ook een bedrijfsrestaurant hebben. “Maar het is hier echt wel een stuk lekkerder. Veel goedkope alternatieven zijn er in de buurt ook niet, of het moet een kebab zijn.”
Hoe dichter ze bij de G4S-bewaker komen, hoe kleiner de stapjes echter worden. Uiteindelijk vluchten ze met de staart tussen de benen. “We durfden niet”, lachen ze schalks. De tijd dat bankiers grote risico’s namen, is duidelijk voorbij.