Het brokkenparcours van Sarkozy
De zaak-Bettencourt die in een ‘Sarkogate’ kan uitmonden, de Romakwestie die Europees stichtingslid Frankrijk te schande zet, nieuwe acties en stakingen in het kader van het pensioendebat, peilingen waarin zowel linkse als rechtse kopstukken hem het nakijken geven: de vraag luidt stilaan of Nicolas Sarkozy in de aanloop naar de verkiezingen van 2012 zijn hachje nog kan redden.
Als Sarkozy opnieuw wil opveren moet hij, aldus politieke waarnemers, meer president en minder een verdelend politicus worden, minder om zich heen schoppen en meer allure à l’ancienne uitstralen.
In 2007 zou alles nieuw worden: Nicolas Sarkozy was een frisse verschijning in de vastgeroeste Franse politiek, hij had een boontje voor de Angelsaksische economische cultuur, vertelde de Fransen dat wie meer zou werken meer zou verdienen, riep zijn medeburgers op vroeger op te staan en zei dat ook allochtonen kansen hadden, als ze die maar te baat namen.
Maar Sarkozy’s ster begon relatief snel na zijn verkiezing te tanen: zijn intieme relaties binnen de haute finance, zijn in de presse pipole geëtaleerde privéleven met de Carla Bruni’s van deze wereld, uitspraken als “casse-toi pauvre con” of een aangebrand veiligheidsdiscours: steeds meer Fransen begonnen de wenkbrauwen te fronsen.
Neem daar nog de financieel-economische crisis bij, het ontransparante functioneren van het Elysée en een mislukte poging van Sarkozy om zijn zoon Jean aan het hoofd van de Parijse kantorenwijk La Défense te zetten - en de vraag waarom een meerderheid van Fransen hun president niet mogen is beantwoord. De burger toonde zich dan ook consequent: bij de regioverkiezingen in de lente heroverden de PS of andere linkse partijen alle regio’s, op de immer rechtse Elzas na.
Nicolas Sarkozy reageerde al bij al vrij kalm op de uitslag. Het hek was pas van de dam toen minister van Arbeid Eric Woerth zijn plannen aankondigde om de minimale pensioenleeftijd van 60 naar 62 jaar op te trekken. In april en mei werd het openbare leven herhaaldelijk stilgelegd door stakingsacties en betogingen. Maar wat de woede tegen ‘Sarko’ pas echt deed escaleren, waren de permanente schandalen: Woerth was al kop van Jut, nu zijn vrouw voor de steenrijke L’Oréal-weduwe Liliane Bettencourt bleek te werken en daar ook nog eens vermogensbeheerster was, werd de excellentie bijna des duivels. De meanders van het onderzoek leidden intussen naar zwart geld in Zwitserland, naar een privé-eiland op de Seychellen en naar een reeks afgeluisterde telefoongesprekken waaruit bleek dat Woerth en Bettencourt wel heel erg close waren, in zoverre dat het gerecht een onderzoek opende naar de mogelijke illegale financiering van Sarkozy’s verkiezingscampagne via zijn toenmalige penningmeester, Eric Woerth jawel.
Populisme
Het Elysée kon een nieuwste controverse missen als kiespijn. Sarkozy dacht op een oud vertrouwd recept terug te kunnen grijpen om de aandacht van de zaak af te leiden: veiligheid. Een reeks gewelddadige incidenten in een dorp in de provincie bleek voldoende om met veel klaroengeschal een speciale zigeunertop te houden en een batterij maatregelen uit te vaardigen ter ontmanteling van Romakampen.
De gok pakte fout uit: in plaats van hun focus van Woerth naar de openbare veiligheid te verleggen sloegen met name de linkse media twee vliegen in een klap. Nadat deze week is uitgelekt dat het Elysée mogelijk de binnenlandse geheime dienst op de krant Le Monde zette (kwestie van te weten waar de lekken in het Woerthdossier vandaan kwamen) en er ook nog een rondzendbrief opdook waarin de regering wel degelijk blijk gaf van etnische discriminatie tegenover de Roma, barstte de bom pas helemaal.
Waarop de logische vraag luidt: kan Sarkozy dit brokkenparcours nog corrigeren? Maakt hij kans op een nieuw mandaat in 2012 nu hij in de peilingen ter rechterzijde zowel door oud-premier de Villepin als door huidig premier Fillon bedreigd wordt, en ter linkerzijde zowel IMF-directeur Dominique Strauss-Kahn als PS-voorzitster Martine Aubry hem royaal het nakijken geven?
Rechts cultuurklimaat
In een druk becommentarieerd interview in het weekblad Le Monde 2 betoogde de bekende Italiaanse filosoof Raffaele Simone, auteur van het pas verschenen Le Monstre doux. L'Occident vire-t-il à droite?, dat het sociaal-culturele klimaat in Europa onmiskenbaar op ‘rechts’ staat en dat dat ook in de toekomst zo zal blijven. Het hedendaags individu is te gehaast, te individualistisch en te veel een consument om zich nog door linkse verhalen te laten meeslepen. Maar gecontacteerd door deze krant moet zelfs Simone toegeven: “De waarschijnlijkheid dat Sarkozy bij de volgende presidentsverkiezingen een flop tegemoet gaat, is opvallend hoog. Enerzijds door het personage dat hij is, anderzijds doordat Frankrijk het enige land van Europa is waar links in relatief goeden doen is. Ik kan me straks een linkse regering voorstellen in een rechts cultuurklimaat.”
Alleszins, zegt adjunct-directeur Céline Bracq van het opiniepeilingsbureau BVA, “blijken de Fransen op dit moment slechts marginaal geïnteresseerd in het thema veiligheid. De reële prioriteiten van de Fransen liggen bij de koopkracht en de economie, domeinen waarop Sarkozy moeite heeft om zich te profileren. Maar opgelet: de weg is recht en de helling is steil. Links heeft dan wel de eenheid en de persoonlijkheden, zijn programma moet nog geloofwaardiger worden. Zo gelooft niemand dat de Parti Socialiste de pensioenleeftijd naar 60 jaar terug zal brengen.”
Jean-Daniel Lévy van het opiniepeilingsbureau CSA ziet Sarkozy’s probleem op een heel ander vlak dan het strikt beleidsmatige. “Zijn moeilijkheden hebben in de eerste plaats te maken met zijn persoonlijkheid en zijn manier van optreden. Eigenlijk vragen de Fransen dat Sarkozy veel meer een president à l’ancienne zou zijn, iemand met staatshoofdelijke allure, iemand die reflecteert, niet iemand die de hele tijd beweegt, permanent van het ene naar het andere dossier springt, waardoor zijn daden onleesbaar worden.”
En vooral: Sarkozy moet de Fransen een spiegel van de toekomst voorhouden, zegt Lévy, duidelijk maken hoe hij die zelf ziet, die toekomst. “Dat heeft hij tot dusver niet gedaan.” Dat hij niet in het hart van het staatshoofd kan kijken, beklemtoont Lévy. Maar maakt Sarkozy zich ongerust? Heerst er, met betrekking tot 2012, paniek op het Elysée. “Toch niet, helemaal niet zelfs.”