✦Oe is 't?
Help, mijn man is een verzamelaar
Matthias M.R. Declercq en Jonas Lampens rijden voor deze rubriek lukraak door het land en klampen mensen aan met de simpele vraag: ‘Meneer, mevrouw, oe is ’t?’.
In Gouvy, een gemeente van een paar duizend inwoners, tussen Houffalize en Vielsalm, zit een vrouw in een voortuin en schilt een emmer aardappelen. De hond waakt aan haar voeten. Het huis van de vrouw is een aaneenschakeling van drie panden. “Mijn man is een verzamelaar”, zegt ze. “Ons huis werd te klein, zijn verzameling te groot. Dus breidden we uit.”
Boven een witte garagepoort hangt een rond bord: ‘Vespa Service’. Daaronder staan een paar brommers opgelijnd, een paar tientallen helmen en staan dozen opeengestapeld met oneindig veel onderdelen. De vrouw roept haar man. “Hij kan u rondleiden in ons huis, maar spreken is niet mogelijk. Zijn hoorapparaat is stuk en Victor begrijpt u niet meer.”
Victor Trembloy komt de trap af. Hij geeft een stevige handdruk en gebaart ons hem te volgen. Op de eerste verdieping schuift hij een gordijn opzij. Een paar honderd poppen kijken ons aan. Poppen in alle kleuren, in alle vormen, met lang haar, met kort haar, met of zonder armen en benen. Victor haalt de schouders op. Dat doet hij ook bij de volgende kamer: tinnen soldaten, helikopters, legertanks en een portret van wijlen koning Boudewijn. De volgende kamer herbergt 15.000 vinylplaten. Een eindeloze collectie, netjes opgeborgen, van a tot z. En nergens zie je een platenspeler.
Victor toont geen interesse. Dat doet hij ook niet als we door een privébibliotheek wandelen. Er staan duizenden boeken in het huis van Victor, maar hij toont je de boeken als wees hij je het toilet aan. Maar dan leidt hij ons de trap op en wordt alles duidelijk.
De hele bovenverdieping is volgestouwd met oude radio’s en platenspelers. Er ligt een kleine samenvatting van de collectie op tafel: Victor werkte vrijwel zijn hele leven bij Barco. Hij was ook monteur van elektrische installaties in de bouwsector en herstelde in zijn vrije tijd oude radio’s. Nu heeft Victor een van de meest omvangrijke collecties van radio’s en transistors in Europa. Ieder exemplaar is genummerd. De collectie eindigt bij het ronde getal 1.000. Hij kijkt ons aan en maakt een gebaar met beide handen: genoeg. De kaap van duizend betekende het einde van zijn verzameldrift.
Hij kijkt om zich heen, houdt zijn handen ten hemel en kijkt ons lachend aan. Wat moet hij met 1.000 radio’s, 15.000 vinylplaten, een paar honderd poppen, tinnen soldaatjes, tinnen tanks, een paar Vespa’s en duizenden boeken? Hij weet het zelf niet. Maar Victor weet wel wat hem gelukkig maakt. Hij heeft onze vraag niet kunnen beantwoorden, maar hij toont ons nummer 1, dan nummer 1.000 en balt de vuisten. Hij straalt.