Vrijdag 24/03/2023

Hard rood, zeedijkgeel en eeuwig zwart

Harry Gruyaert (1941) was de eerste Belg die toetrad tot Magnum, maar hij deed nog iets straffers: bij het gereputeerde fotoagentschap was hij zowat de eerste die in kleur ging werken. De Brussele Botanique toont vanaf vandaag een mooi overzicht van dat pionierswerk.

Harry Gruyaert: Roots, tot 3 februari in de Botanique (www.botanique.be). Woensdag tot zondag, van 12 tot 20 uur.

In de jaren 70 was reportagefotografie in kleur allesbehalve evident. Zwart-wit was het vertrouwde idioom dat de dingen een zekere afstandelijkheid verleende en de fotografie optilde tot ze (bijna) kunst was. Zwart-witbeelden waren stijlvol, slim en ei zo na conceptueel. Wie kleur schrapte, liet nadrukkelijk weten dat hij de oppervlakkigheid schuwde en de essentie naar boven wilde halen: vormen, stemmingen, abstractie. Kleur leende zich alleen voor vakantiekiekjes.

Harry Gruyaert was toen al een man van de wereld; hij woonde in Londen of Parijs en trok de planeet rond. Onder meer in Marokko en India zou hij later beelden maken waar de verzadigde kleur van afspatte. Toch kwam hij voor een reportage over België in 1973 aanvankelijk uit bij het traditionele zwart-wit.

De fotograaf, die ons land uitsluitend in grijstinten zag, had twee jaar nodig om kleur in zijn werk toe te laten. Toen was het hek van de dam. Uitzinnige rode accenten, de gloed van een vooravond in de herfst, neon en nachtlicht: zo had niemand ooit gekeken naar dit onmogelijke land. Een zeventigtal beelden belandde in 2000 samen met gedichten van Hugo Claus in het boek Made in Belgium. Dat kwam de fotograaf duur te staan. De Standaard der Letteren typeerde de foto's als lelijk en dom: criticus Johan de Vos stelde vast dat Gruyaert hooguit clichés had verzameld waarvan de versheidsdatum snel voorbij was. De Morgen vond dat Gruyaerts foto's ons morsige vaderland recht deden: de Belgische middelmatigheid en melancholie kregen een onverwachte, intense klankkleur.

Twaalf jaar later nemen we daar geen woord van terug. Gruyaert had 'een gevoel van zondagavond' getroffen en het in beeld gebracht zoals we dat toen nog niet gewend waren. Kijk vandaag naar deze foto's, en je beseft dat het Jimmy Kets avant la lettre is. Heel wat beelden uit diens boek Brightside (2009) rijmen volop met Gruyaerts oudere werk. Een kwarteeuw later is de frisse blik van deze laatste, die dus de eerste was, eindelijk doorgedrongen. Met dank aan de onbegrensde mogelijkheden van de digitale fotografie, maar dit even terzijde.

Rood als noodsein

Dat de Botanique vandaag uitpakt met Roots is dus geen zwaktebod maar een bergingsoperatie van belangrijk fotografisch erfgoed. De ondertitel 'Belgium 1970-80's' verraadt al dat we het bekende werk te zien krijgen. Zo lang was dat niet geleden: ook op de weidse overzichtstentoonstelling In de marge in de zomer van 2011 in het Gentse museum Dr. Guislain kreeg deze reeks al een prominente plaats.

Boze tongen beweren dat Harry Gruyaert nog nauwelijks nieuwe foto's maakt, maar niets is minder waar. Samen met onder meer Bieke Depoorter en Filip Claus is hij momenteel betrokken bij een veelbelovend beeldenproject rond de recente Egyptische opstand tegen Moebarak & co. Nieuw werk komt er dus sowieso aan. Wat de Botanique met deze expositie presteert, wordt gewoon veel te weinig gedaan: in de jacht naar het ongeziene en het hyperactuele moet iemand af en toe omkijken naar wat net voorbij is.

Gruyaert maakt geen geheim van de idolen die hem hebben beïnvloed. William Eggleston, de Amerikaanse fotograaf die halfweg de jaren 70 naar kleur overstapte, is er een van, net als de Italiaanse cineast Antonioni, de kunstenaars van de popart en schilders in het algemeen. In België vallen dan snel namen als Ensor, Brueghel en een surrealist of twee. Dat komt van pas voor wie de schoonheid van de wanstaltigheid op fotopapier vastlegt en met banaliteit en verveling aan de slag gaat. In de buurt van ongezien werk in zwart-wit, Gruyaerts eerste aanzet voor zijn Belgiëproject, schalt vooral kleur van de wanden: vooral rood, dat uitsluitend in hoofdletters wordt geschreven, als was het een noodsein. Gifgroen. Herfstbruin. Zeedijkgeel. En vreemd genoeg ogen alleen de auto's en de brilmonturen echt gedateerd.

Voor het overige heeft Gruyaert gezien wat wij nog elke dag moeten trotseren. In 1999 werd dit belegen, feestend volk nog van bijschriften voorzien door Hugo Claus, die zijn grote dagen achter zich had gelaten. Vandaag zorgt überbelg Dimitri Verhulst voor enkele 'Echo's uit het koterijenkoninkrijk'.

Renners op lelijke wegen

Dat de tekst voor Gruyaerts nieuwe boek Roots, dat bij de tentoonstelling hoort, uitgerekend wordt aangeleverd door de auteur van De helaasheid der dingen, tevens vaste commentaarstem bij de heruitzendingen van het formidabele RTBF-magazine Strip-tease, zou een cliché in het kwadraat kunnen zijn, maar het werkt wel. Verhulsts 'makkelijk-lachse dames' kijken weg uit de bladzijden, zijn dorpelingen rekenen in mosselseizoenen en leven van hutsepot naar oktoberfeest. "Zeker, lelijk waren onze wegen. En dus zetten wij daar renners op, zot genoeg om uren onverdroten gelijk opgejaagde beesten te pedaleren, om ter eerst over de streep die men voor de dorpel van café de Sportkring trok, voor drie kussen van de regerende kweepeerkoningin."

Dat zou even goed een tekst bij Vlaanderen in Aalst van Filip Claus kunnen zijn, het fraaie ooggetuigenverslag van een provinciestad dat eerder dit jaar verscheen als een subtiele echo van Gruyaerts pionierswerk. Maar deze echo's lijken wel van alle tijden, en dus allerminst 'gedateerd'.

Het boek Roots kost 39,95 euro.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234