NieuwsVS
Handtekening van 474 miljard moet VS weer op de rails krijgen
Als een popster met een nieuw album gaat Joe Biden op tournee. Maandag zal de Amerikaanse president zijn handtekening zetten onder een gloednieuwe infrastructuurwet. Daarna moet Biden het land in om zijn kiezers ervan te overtuigen dat die toch wat saai klinkende wet hun leven beter zal maken.
Biden kan wel wat enthousiasme gebruiken. Op dit moment zijn veel Amerikanen helemaal niet zo overtuigd van hun president, blijkt uit zijn waarderingscijfers: 49 procent vindt dat hij niet goed bezig is.
De tijd dringt intussen voor de Democraten. Als zij bij de tussentijdse verkiezingen van november 2022 niet presteren, dan verliezen ze hun bescheiden meerderheid in het Congres. Dan wordt het aanzienlijk moeilijker voor de regering om van Bidens plannen, waarmee hij Amerika een socialer gezicht wil geven, werkelijkheid te maken.
Daar moet deze wet – een monsterinvestering van 474 miljard euro in bruggen, internet en openbaar vervoer – bij helpen. Biden hoopt dat Amerikanen in een jaar tijd zo veel zullen merken van de geldinjectie, dat ze hem daarvoor haast wel moeten belonen.
Bar slecht
Deze wet komt niet uit de lucht vallen: de kwaliteit van de Amerikaanse infrastructuur is bar slecht. Met behulp van touw en plakband is het land de afgelopen jaren misschien niet volledig uit elkaar gedonderd, maar af en toe laat er wel degelijk iets los. Afgelopen juni nog stortte ten noorden van Miami een gebouw van twaalf verdiepingen ineen, met 98 doden tot gevolg.
De Verenigde Staten lopen wat infrastructuur betreft enorm achter op Europese landen en grootmachten als China, waar het internet en de treinen sneller zijn en het drinkwater schoner is. De investeringen die er de afgelopen decennia zijn gedaan waren altijd op de korte termijn gericht. De to-dolijst van gescheurde gebouwen, bruggen, wegen en waterleidingen werd ieder jaar langer.
Biden noemt de nieuwe wet “de ultieme blauwdruk voor de wederopbouw van Amerika”. De vraag is in hoeverre hij er politiek van weet te profiteren. Mede als gevolg van de coronapandemie en de problemen in de bevoorradingsketen zijn er in de Amerikaanse detailhandel enorme tekorten ontstaan. Veel winkels, waaronder speelgoedwinkels, kampen met lege schappen. Anderhalve maand voor kerst leidt dat tot veel stress bij de Amerikanen.
Inflatie
Velen maken zich zorgen over de economie. De inflatie is flink toegenomen: de prijs van producten is met 6,2 procent gestegen, de grootste stijging in 31 jaar tijd. De president was de afgelopen maanden vooral druk zijn partijgenoten en de Republikeinen te overtuigen van zijn Build Back Better-plannen, waarvan deze wet deel uitmaakt. Hoe druk de president ook bezig lijkt te zijn met hun zorgen, de Amerikaanse kiezers merken er nog niet genoeg van.
De oplossing voor dit alles, zoals Biden die vrijdag aan de haven van Baltimore – waar ook al enorme vertragingen zijn ontstaan – presenteerde: zijn nieuwe infrastructuurwet. Die zou de toeleveringsketen meer capaciteit en veerkracht geven, wat de tekorten moet verminderen, en moet zorgen voor meer goedbetaalde jobs van 40 euro per uur.
Behalve Joe Biden gaan ook de minister van Transport Pete Buttigieg en minister van Energie Jennifer Granholm, de komende tijd naar rode staten, blauwe staten, grote steden, en het platteland om de infrastructuurwet te verkopen aan de kiezers. Biden, op donderdag: “Zo’n investering doe je één keer in een generatie.”
De plannen
Infrastructuur: Het meeste geld gaat naar reparaties van snelwegen, gebouwen, bruggen, waterleidingen, dammen en luchthavens. In totaal: 95 miljard euro. Door het hele land zou 300.000 kilometer aan snelweg in slechte staat zijn, net zoals 45.000 bruggen. Doordat de vliegvelden zo verouderd zijn, komt het geregeld voor dat vluchten worden geannuleerd of gewijzigd. Dat alleen al kost de Amerikaanse economie jaarlijks miljarden euro’s. Ook moeten sommige waterleidingnetwerken die schadelijke stoffen als lood bevatten worden vervangen. In Flint, Michigan, zijn veel inwoners jarenlang ziek geworden door het vervuilde water dat uit hun kranen stroomde.
Transport: Op dit moment heeft bijna de helft van de Amerikanen nog altijd geen toegang tot fatsoenlijke vervoerssystemen. Er wordt 33,6 miljard euro geïnvesteerd in het openbaar vervoer en in de aanleg van fietspaden. Daarnaast zijn er veel stations die een opknapbeurt kunnen gebruiken en bereikbaarder moeten worden gemaakt. Er komen veerponten die het voor de inwoners van Alaska makkelijker maken zich te verplaatsen. Terwijl de populatie de afgelopen decennia toenam, bleef het spoorwegnet vrijwel hetzelfde. Er zal worden geïnvesteerd in hogesnelheidstreinen die delen van het land beter met elkaar moeten verbinden.
Klimaat: Er is 43 miljard euro opzijgelegd voor groepen die als gevolg van de klimaatverandering veel last hebben gehad van bosbranden, overstromingen, droogtes en stormen. Ook wil het Witte Huis het gebruik van elektrische auto’s stimuleren door te investeren in elektrische laadpalen. De Amerikaanse president hoopt dat tegen 2030 de helft van de Amerikanen in elektrische auto’s rijdt, maar experts twijfelen aan de haalbaarheid daarvan. Hoe dan ook is er in de infrastructuurwet 6,5 miljard euro voor vrijgemaakt. Nog eens 6,5 miljard wordt geïnvesteerd in schoner energietransport waaronder bussen, veerboten en elektrische schoolbussen.
Breedbandinternet: Op het platteland van de Verenigde Staten, maar ook in sommige steden met hoge armoedecijfers, is de toegang tot breedbandinternet slecht. Tijdens de pandemie heeft dat problemen opgeleverd voor kinderen die thuisonderwijs moesten volgen. Commerciële providers zien niet altijd aanleiding om snel internet aan te bieden in veel van dit soort gebieden. Door 56 miljard euro te investeren in breedbandinternet hoopt de overheid dat gat te dichten, ook in gebieden waar veel inheemse Amerikanen wonen.