AchtergrondGroot-Brittannië
Groot-Brittannië mag van rechtbank asielzoekers uitzetten naar Rwanda, regering gaat nieuwe pogingen wagen
De Britse regering gaat in het nieuwe jaar opnieuw pogingen wagen om kansloos geachte asielzoekers naar Rwanda te brengen. Het besluit volgt op de Londense gerechtelijke conclusie dat zulke uitzettingen legaal zijn. Eerder dit jaar hielden Straatsburgse rechters een Rwanda-vlucht op het laatste moment tegen.
Na vijf dagen van hoorzittingen is de High Court in Londen tot de beslissing gekomen dat de regering asielzoekers naar Rwanda mag sturen. In het Afrikaanse land kunnen ze dan de uitkomst van hun asielprocedure afwachten. De verwachting is dat het in de praktijk vaak zal gaan om een enkele reis. Met dit beleid hoopt minister van Binnenlandse Zaken Suella Braverman het hoofd te bieden aan de asielcrisis in Groot-Brittannië. Tevens moet het dienen als afschrikking. Rwanda, dat omgerekend 160 miljoen euro krijgt voor de opvang, is blij met de beslissing.
De Rwanda-wetgeving was begin dit jaar met een ruime meerderheid aangenomen door de Britse volksvertegenwoordiging, maar de praktische uitvoering viel danig tegen. Door beroepsprocedures van immigratie- en mensenrechtenadvocaten zaten er uiteindelijk maar acht asielzoekers in het eerste vliegtuig, dat half juni de lucht in had moeten gaan. Vlak voor vertrek kwam het nieuws dat het Europees Hof in Straatsburg had geoordeeld dat de uitzetting in strijd was met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
De dienstdoende avondrechter, een Rus, bleek geen oordeel te hebben gegeven over de inhoudelijke kant van de zaak. Volgens hem moesten eerst Britse rechters goed naar de legitimiteit van deze controversiële uitzettingspolitiek kijken. Aan deze eis is nu voldaan, al bestaat de kans dat de zaak uiteindelijk terechtkomt bij de Supreme Court, de hoogste Britse rechters. In het Lagerhuis maakte Braverman, voor wie de eerste succesvolle vlucht een politieke droom is, nog geen uitzettingsdata bekend.
“Ons baanbrekende migratie-partnerschap met Rwanda zal uitgezette mensen de kans bieden om daar een nieuw leven op te bouwen,” zo hield Braverman het parlement voor, “terwijl we het verdienmodel breken van smokkelbendes die de levens van mensen riskeren door de gevaarlijke en illegale overtochten in kleine boten.” Ze wees erop dat 400.000 mensen in de voorbije zeven jaar op een legale manier asiel hebben aangevraagd in Groot-Brittannië. Ter verdediging van haar beleid zei ze dat de Verenigde Naties migranten vanuit Libië naar Rwanda hebben overgebracht.
Reacties Britse politiek
De staatssecretaris voor Immigratie Robert Jenrick stelde tijdens een verhoor van een Kamercommissie vast dat het eiland ‘in wezen vol’ is. Op de gebieden van huisvesting, zorg en onderwijs is de immigratiestroom amper bij te benen. Voor de Conservatieve Partij is het een politiek zeer gevoelig beleidsterrein, omdat de brexit gepaard ging met de verwachting dat de controle over ’s lands grenzen zou worden teruggenomen. In plaats daarvan heeft de immigratie afgelopen jaar een recordhoogte bereikt, mede door de Kanaalmigratie.
Namens de Labour-oppositie noemde Yvette Cooper het Rwanda-plan “onuitvoerbaar, onethisch en duur”. Ze beloofde er meteen een einde aan te zullen maken zodra de partij aan de macht komt, wat eind 2024 het geval kan zijn. Wanneer de rechters van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens opnieuw uitzettingen gaan tegenhouden, kan er flinke ruzie ontstaan met de Britse regering. Een toenemend aantal Conservatieve politici is in het uiterste geval bereid om zo’n juridische interventie simpelweg te negeren of om de Britten zelfs uit het EVRM te halen.