AnalyseTurkije
Gesjoemel met bouwregels kan ongunstig uitpakken voor politieke toekomst Erdogan
Het beantwoorden van de vraag is nog niet aan de orde, nu nog wordt gezocht naar overlevenden. Maar hij wordt wel gesteld: hoe kan het dat zoveel gebouwen zijn ingestort in een land dat al sinds mensenheugenis wéét dat zo’n natuurramp kan gebeuren?
Zijn de bouwvoorschriften genegeerd? Heeft de regering te gretig en te snel ingestemd met het bouwen van nieuwe wijken, tegen de achtergrond van koortsachtige verstedelijking? Hebben aannemers en huiseigenaren boven de tafel afspraken gemaakt met de overheid, terwijl onder de tafel met bankbiljetten werd geschoven? Is de controle op dit alles veronachtzaamd?
Het antwoord op die vragen zal ook van invloed zijn op de politieke toekomst van president Recep Tayyip Erdogan. In mei staan verkiezingen op de agenda voor het parlement en het presidentschap. Wordt het twintigjarige bewind van Erdogan en zijn AK-partij voortgezet?
Ja, dat kan gebeuren als het huidige gevoel van nationale eenheid blijft leven tot de dag dat de kiezers naar de stembus gaan. Burgers, niet alleen in Turkije, hebben nu eenmaal de neiging zich in tijden van rampspoed achter hun leiders te scharen. Zeker als die de juiste toon weten te vinden om dat gevoel te vertolken, en dat is de charismatische Erdogan wel toevertrouwd. De krant Fotomaç had dinsdag op de voorpagina twee ineengeslagen handen, in de kleuren van de Turkse vlag, met in vette kapitalen: ‘85 miljoen zijn vandaag één hart’.
Het kan echter anders aflopen als het antwoord op die vragen ongunstig uitpakt voor de regering. En er is meer dan voldoende reden om te veronderstellen dat het ware antwoord op alle vragen uit de tweede alinea ‘ja’ luidt. In dat geval kan de aardbeving van 2023 bijdragen aan het einde van Erdogans bewind, net zoals de grote aardbeving van 1999 bijdroeg aan zijn politieke doorbraak. Zijn voorgangers hadden immers gefaald.
Nalatigheid en corruptie
Dat was de les van de aardbeving 24 jaar geleden bij Izmit, iets ten oosten van Istanbul, die aan bijna achttienduizend mensen het leven kostte: Turkije was helemaal niet voorbereid op zo’n ramp. Nalatigheid van de overheid en corruptie in de bouwwereld eisten hun tol. Ruim zesduizend bouwers werden na 1999 vervolgd. De grootste schurk, Veli Göçer, kreeg negentien jaar cel.
‘Izmit was het keerpunt’, zegt Murat Güvenc, hoogleraar architectuur aan de Kadir Has Universiteit in Istanbul. ‘De lakmoesproef die bewees dat de staat in gebreke was gebleven. Sindsdien is er veel verbeterd. De Izmit-ramp heeft wel degelijk ergens toe geleid.’
De nationale rampendienst AKOM werd opgericht, de regering stelde plannen op met het oog op een volgende ramp, er kwam een alomvattende aardbevingswet. Nieuwe gebouwen moesten voortaan shockproof zijn, oude gebouwen moesten zo nodig worden aangepast of vervangen.
Tot zover het goede nieuws waarin ‘1999’ resulteerde. Het slechte nieuws is dat al die wetten en plannen lang niet altijd in daden werden omgezet. Met de regels werd door bouwers soms de hand gelicht, voor overheden was ‘veel’ vaak beter dan ‘goed’, de oude woningvoorraad is onvoldoende aangepakt.
Wolkenkrabbers, winkelcentra en appartementen
Dit alles tegen het decor van een internationaal bijna ongeëvenaarde verstedelijking en het economisch groeimodel van Erdogan. Daarin kreeg de bouwsector ruim baan, met goedkoop, in het buitenland geleend geld. Het ene megaproject volgde op het andere. In de grote steden werden wolkenkrabbers, winkelcentra en appartementencomplexen uit de grond gestampt. Slechte wijken waar zich ooit binnenlandse arbeidsmigranten hadden gevestigd, gingen op de schop.
Maar daarbij ging Erdogans AKP door roeien en ruiten, menen critici. Op het belang van bewoners, milieu en aardbevingsrisico’s werd volgens hen te weinig gelet. ‘Alle bureaucratische en wettelijke obstakels voor stedelijke vernieuwingsprojecten werden één voor één opgeruimd’, volgens Tuna Kuyucu, hoogleraar woningbouw aan Bosporus Universiteit in Istanbul. ‘Doel was de bouwsector te stimuleren, ten bate van hoge economische groei.’
De gevolgen hiervan worden vooral gevreesd in Istanbul, een metropool met ruim 16 miljoen inwoners. Tweederde van de woningvoorraad in de stad dateert van vóór 1999. Volgens experts zouden bij een aardbeving met een kracht van 7,0 zo’n 200.000 gebouwen kunnen instorten of beschadigd worden. Schattingen over het mogelijke dodental in dat scenario lopen uiteen van enkele tienduizenden tot 400.000.
Politiek gewin
Vijf grote ondernemingen die de kern vormen van de bouwlobby kregen de bijnaam Erdogans ‘Bende van Vijf’. Oppositieleider Kemal Kiliçdaroglu heeft in het verleden al aangekondigd de bende aan te pakken, mocht hij gaan regeren. In het huidige klimaat echter zijn de handen van de CHP-leider gebonden. Als hij de regering verwijt te hebben gefaald, kan Erdogan hem ervan beschuldigen de nationale ramp te misbruiken voor politiek gewin.
Dat risico nam Kiliçdaroglu dinsdag al, toen hij bij een bezoek aan de zwaar getroffen provincie Hatay zei dat de slechte staat van gebouwen het gevolg is van corruptie bij de overheid, en dat de regering faalt in de humanitaire operatie. ‘Ministers komen alleen in pr-konvooien. We zullen het zelf moeten doen, net als in de covidcrisis’, zei hij.
Mogelijk moet de CHP wachten tot zo’n verwijt breed gaat klinken vanuit de samenleving. Dan kan de oppositie daar bij aanhaken. Een voorproefje werd deze week gegeven door Haluk Levent, de rockzanger die een hulporganisatie (Ahbap) heeft opgericht, veel geld krijgt van burgers en nu in het rampgebied actief is. Over corrupte aannemers schreef hij op Twitter: ‘Op een dag zullen jullie worden vervolgd.’