InterviewKoen Metsu
‘Geef IS-strijders een oneindige straf’
Hoe staat het bijna vijf jaar na de aanslagen met ons veiligheidsbeleid? Parlementslid Koen Metsu (N-VA) schreef er een boek over. Hij reisde in december naar Syrië om er in gevangenkampen met de Belgische vrouwen van IS-strijders te gaan praten.
Over de oorlog in Syrië horen we niet meer zoveel, maar met de Syriëstrijders is ons land nog lang niet klaar. Al jaren zoeken we naar oplossingen om met terreur en radicalisering om te gaan. In 2019 zaten er bijna 230 gevangenen in ons land vast die veroordeeld waren voor feiten van terreur of omdat ze de stempel ‘geradicaliseerd’ droegen. In 2020 en 2021 zouden er 60 de gevangenis mogen verlaten.
“Het is onmogelijk voor de veiligheidsdiensten om die allemaal op te volgen”, zegt Metsu. “Daarom pleit ik in het boek voor de ‘oneindige straf’. Ik ben het idee gaan halen bij strafpleiter Walter Damen. Als iemand zijn spijt niet kan uitdrukken en aanhanger blijft van Islamitische Staat, dan komt die persoon niet vrij. Pas als de strafuitvoeringsrechtbank vaststelt dat hij niet meer geradicaliseerd is, kan het wel.
“Die regeling zou analoog zijn aan de internering. Wanneer je geestesziek bent, en gevaarlijk voor de maatschappij, dan kan de rechter je interneren. Op die internering staat geen einddatum. De geesteszieke wordt pas vrijgelaten wanneer zijn ziekte is gestabiliseerd. Nog belangrijker is dat er in de gevangenissen actief moet worden gewerkt met de geradicaliseerden. Dat is vandaag te vrijblijvend.”
Er zijn al voorstellen geweest om strafuitvoeringsrechtbanken alle vrijgekomen terroristen te laten opvolgen, maar juristen hebben daar kritiek op. Een lichte straf, van soms maar een paar jaar, wordt dan een heel zware straf omdat iemand nog jaren op de radar van Justitie staat.
“Welja, bezint eer ge begint, zou ik zeggen. In België geldt momenteel een maximumstraf van vijf jaar voor een lid van een terroristische organisatie. In de praktijk zijn er veel die al na drie jaar vrijkomen.
Het is toch ook moeilijk om een terreurverdachte een zware straf te geven als het gerecht nauwelijks aan de bewijzen geraakt? Hoe moet Justitie weten wat er precies in Syrië of Irak is gebeurd?
“Daarom vind ik nog altijd dat Belgische IS-strijders in de eerste plaats daar hun proces moeten krijgen. In Syrië heb ik trouwens een Koerdische rechter bezocht die al 3.000 IS-strijders heeft veroordeeld. Ik denk dat het zeker mogelijk moet zijn om dat onder internationaal toezicht te doen. Ik ben het dus absoluut oneens met voormalig OCAD-topman Paul Van Tigchelt, die zegt dat we IS-strijders moeten terughalen. Dat kan alleen als we daar echt op voorbereid zijn. Als we de bewijzen kunnen vinden en de straffen voldoende hoog liggen.”
“Ik vind het ook nogal makkelijk dat sommigen in Syrië nu hun Belgisch paspoort bovenhalen en zeggen: ‘Kom ons maar halen.’ In Syrië heb ik een gesprek gehad met Cassandra B. Haar man was bommenexpert bij IS, maar zij vond dat ze daar niet veel aan kon doen. Het eerste wat ze zei is dat de Belgische staat de plicht had om haar te komen halen.”
Toen u in de kampen was heeft u zelf gezegd dat vrouwen die spijt hadden misschien wel konden terugkeren. Dat moest geval per geval bekeken worden.
“Van de elf vrouwen die we gesproken hebben, was er één bij wie ik het gevoel had dat haar spijt oprecht was. Maar ik ben niet opgeleid om dat te analyseren. Wat ik vooral wil zeggen, is dat elke zaak apart moet bekeken worden en je die vrouwen niet over dezelfde kam mag scheren. Wat mij eigenlijk vooral frappeerde, is dat er nog nooit een team van Belgische experts naar Al Roj is gestuurd om die vrouwen te gaan ondervragen.
“Een ander kamp, dat van Al Hol, is binnen de muren overgenomen door IS. Het enige wat de Koerden kunnen doen is de buitengrens van het kamp bewaken. In november zijn zeven vrouwen vermoord door de hizbah, de IS-politie, omdat ze zich niet aan de shariaregels hielden. In de kampen gaan hun kinderen ook niet naar school. Ze worden opgeleid door hun mama’s tot kleine welpen van het kalifaat. Je zou hen op zijn minst overdag moeten scheiden van hun moeders om hen les te geven.”
Is dat haalbaar? De Koerden moeten ook al instaan voor de bewaking van al die IS-strijders en kunnen dat met moeite aan.
“De Koerden zijn zeker vragende partij. Ze hebben er alleen geen financiële middelen voor. Toen wij in het kamp van Al Hol waren, klonk het dat ze maar één miljoen dollar (zo’n 820.000 euro, red.) nodig hadden om het hele kamp te reorganiseren. Dat bedrag, gedeeld door alle Europese landen die IS-strijders hebben geleverd, lijkt me zeker haalbaar.”
De regering-Michel wou enkel kinderen onder de tien terughalen, nadien wou N-VA zelfs enkel weeskinderen. Is het dan geen goed idee om de kinderen van hun moeders te scheiden en naar hier te halen?
“De vrouwen willen geen afstand nemen van hun kinderen. Het gevolg is dat hun kinderen daar wel moeten blijven. Maar toen we daar waren hebben kinderen tussen de vier en de twaalf jaar oud stenen naar ons gegooid. Dus ik denk dat we dringend met die kinderen aan de slag moeten.
“Trouwens, wat gebeurt er nu als er kinderen naar België overkomen? Die worden dan vaak bij hun grootouders geplaatst. Terwijl ze dus hun hele leven hebben doorgebracht in een oorlogsgebied. Gaan die grootouders hen dan de juiste psychologische hulp kunnen bieden, terwijl ze hun eigen kinderen niet konden tegenhouden om te vertrekken? Die vraag stel ik me luidop.”
Koen Metsu en Julien De Wit – Ontwapend, de ongelijke strijd, uitgeverij Doorbraak.