Ford sluit Indiase fabrieken, Chinese gamemakers moeten breken met winstbejag en ander internationaal economisch nieuws

De Amerikaanse autobouwer Ford sluit de komende maanden zijn fabrieken in India. Het bedrijf heeft een last van ongeveer 2 miljard dollar (1,7 miljard euro) genomen aan verwachte herstructureringskosten. Er zijn 4.000 werknemers betrokken. Ford heeft in India fabrieken in de westelijke staat Gujarat en in de zuidelijke stad Chennai. De eerste zal tegen eind dit jaar gesloten worden, de tweede tegen midden 2022. Ford zal nadien alleen nog ingevoerde auto’s verkopen in India. Het Amerikaanse bedrijf ziet geen mogelijkheden meer om te groeien in het Aziatische land, nadat het daar de afgelopen tien jaar al voor meer dan 2 miljard dollar verlies leed.China wil dat gamebedrijven “breken” met winstbejag

De Chinese overheid vindt dat de sector van videogames niet te allen prijze winst moet najagen, maar meer moet doen tegen verslaving bij de allerjongsten. Peking maakt de regelgeving strenger. Games zijn erg lucratief in China, maar sommige Chinese kinderen zitten hele dagen gekluisterd aan hun scherm. En daar komt steeds vaker kritiek op. Woensdag hebben de Chinese autoriteiten de grote spelers, waaronder Tencent en NetEase, op het matje geroepen en aangemaand “te breken met winstbejag als enige doel”, meldt het officiële persagentschap Xinhua. De bedrijven moeten de nieuwe regelgeving met tijdslimieten voor gamers onder 18 jaar “strikt toepassen”. Peking besliste eind augustus dat minderjarigen maximaal drie uur per week online mogen gamen.

Na zes jaar van uitbreidings- en moderniseringswerken wordt de vernieuwde haven van Calais in oktober in gebruik genomen. Donderdag vond de officiële inhuldiging plaats. Aan de modernisering van de Noord-Franse haven hing een prijskaartje van 863 miljoen euro. De terminalcapaciteit werd vergroot en er werd in langere aanlegkades voorzien om grotere schepen te kunnen verwelkomen. Dat is nodig om het almaar toenemende vrachtverkeer over het Kanaal de baas te kunnen.

De Britse lagekostenmaatschappij easyJet heeft een vijandig overnamebod gekregen en afgewezen. Dat heeft de budgetvlieger zelf bekendgemaakt. EasyJet zegt zelf niet om wie het ging, maar het agentschap Bloomberg vernam van bronnen nabij het dossier dat het bod afkomstig was van de Hongaarse concurrent Wizz Air. Het voorlopige bod was voorwaardelijk, volledig in aandelen en met een beperkte bonus, aldus easyJet. Het bod vormde een “fundamentele onderwaardering” van de Britse lowcostmaatschappij en het werd dan ook unaniem verworpen door het bestuur.