Maandag 05/06/2023

AnalyseCoronacijfers

Experts zien vijf redenen waarom België het op één na slechtste land van Europa is

Cafébezoekers in Brussel: in de hoofdstad gingen de cafés inmiddels dicht wegens de snel stijgende coronacijfers. Beeld Tim Dirven
Cafébezoekers in Brussel: in de hoofdstad gingen de cafés inmiddels dicht wegens de snel stijgende coronacijfers.Beeld Tim Dirven

Het slechtste land van Europa, na Tsjechië. Net als in de eerste golf is België ‘wereldtop corona’. Experts gaan op zoek naar vijf redenen waarom het ons ook nu weer overkomt. Al is er ongetwijfeld ook een beetje pech mee gemoeid.

Fien Tondeleir

1. Er is nog altijd geen beleid

23 september op de Nationale Veiligheidsraad: “Er komt een barometer met kleurcodes. Die moet over enkele dagen klaar zijn.” Vandaag, 12 oktober, hangt er nog altijd geen kleurenkaart met fases en drempelwaardes aan de muur. De barometer werd alwéér op de lange baan geschoven, dit keer door minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (sp.a). “Het zal nog een heel aantal dagen duren vooraleer hij operationeel is.”

Psycholoog Koen Lowet noemt het een gebrek aan beleid. Hoeveel keer hij en zijn collega’s al op dezelfde nagel geklopt hebben, is niet meer op één hand te tellen. Het uiteindelijke doel - de bevolking voorspelbaarheid geven - is helemaal weg. “Er is de afgelopen maanden een ad-hocpolitiek gevoerd. Er werd gewacht en gekeken wanneer er een uitbraak zou komen vooraleer in te grijpen. Kijk naar Antwerpen deze zomer of Brussel in september. Waar blijft het plan om Covid-19 preventief aan te pakken? Er is níets ondernomen om mensen te helpen hun gedrag duurzaam aan te passen. Dat is nochtans het enige waarop we kunnen terugvallen, in afwachting van een vaccin of antiviraal middel. De politiek hoeft niet eens verbaasd te zijn dat de daadkracht om de maatregelen op te volgen, weggevallen is."

Het beleid wordt vandaag vooral gedicteerd door ‘alarmbellen’, zegt zijn collega en motivatiepsycholoog Maarten Vansteenkiste (UGent). “Virologen en biomedici trekken voortdurend aan die bel en verkondigen dat de cijfers ‘zeer beangstigend' zijn. Die angst moeten we net proberen vermijden.”

Koen Lowet. Beeld Photo News
Koen Lowet.Beeld Photo News

2. Ons land blijft complex

Margot Cloet van Zorgnet-Icuro, de grootste koepel van ziekenhuizen en woonzorgcentra in Vlaanderen, was in de eerste golf ook zeer kritisch voor het beleid - “te complex, geen eenheid van commando, te veel beslissingsorganen” -, maar is nu minder streng. “Ik heb de indruk dat de chaos wat gaan liggen is en beleidsmakers beter op elkaar zijn afgestemd. Al is er ruimte voor verbetering. Ik hoop dat we geen vijf keer een discussie zullen moeten gaan voeren over bezoek in woonzorgcentra. Sterk leiderschap is nodig, iemand die zich boven alle verschillende structuren en organen stelt. Ik verwacht veel van de coronacommissaris.”

Een gebrek aan beleid gaat ook hand in hand met onze staatsstructuur. “We zijn een ingewikkeld land waar iemand heel lang zijn of haar verantwoordelijkheid kan ontlopen. Dat garandeert dat er geïmproviseerd kan worden”, zegt viroloog Marc Van Ranst die het onder andere heeft over de situatie in Brussel waar 19 burgemeesters en verschillende ministers rond de tafel zitten. “We hebben bovendien een maand verloren met discussiëren of er nu een tweede golf is of niet. Uiteindelijk krijgen we de boel een beetje onder controle met de bubbel van 5, maar dan schieten ‘mannen met grote plannen’ in actie zoals Lieven Annemans of professor Jean-Luc Gala die de Leuvense virologen ayatollahs noemt. Schrijf maar op dat die virologen allemaal gelijk hadden.”

3. We zijn coronamoe en zoeken achterpoortjes

“Of er nu een gebrek is aan politieke bereidwilligheid of een eenvoudige staatsstructuur, de bevolking maakt vooral een eigen versie van de maatregelen”, vervolgt psycholoog Koen Lowet. “De een zegt foert, de ander kruipt in z'n schulp. De samenleving valt steeds verder uit elkaar, er ontstaan discussies tussen wetenschappers, bepaalde groepen worden gestigmatiseerd. Men gaat niet voor één groot sociaal project.”

Een Nederlandse politieagent maant shoppers aan hun mondmasker te dragen.
Een Nederlandse politieagent maant shoppers aan hun mondmasker te dragen. "Ook bij ons zoeken mensen achterpoortjes om de maatregelen niet te hoeven volgen", zegt Marc Van Ranst.Beeld ANP

“We zijn Thuis en Familie-kijkers”, verwoordt Van Ranst ons gedrag. “We kijken graag naar de miserie van een ander en denken dat het ons niet zal overkomen. We hebben graag dat anderen de maatregelen volgen, maar maken zelf heel graag uitzonderingen en zoeken sluipwegen. Als een maatregel afgekondigd wordt, gaan we eerst kijken of die gecontroleerd kan worden, of we een boete kunnen krijgen als we ’m niet volgen. Vervolgens proberen we hem te omzeilen of zoeken we hoe we de regels belachelijk kunnen maken, zodat ze alle geloofwaardigheid verliezen. Als dat niet kan, schieten we op de boodschapper: kunnen we diegene van wie de maatregel is voor de rechtbank dagen? In Duitsland en Scandinavië gaat men daar toch anders mee om, hoor. Een deel van de Belgen speelt graag voor arrangeur.”

Omdat we maanden geen regering gehad hebben, zijn we wellicht ook het vertrouwen kwijt, zegt Lowet. “Wij zijn heel hard gehecht aan autonomie en vormen graag onze eigen mening. Misschien heeft dat ook te maken met ons beleid - of het gebrek eraan. Ons wantrouwen naar beleidsmakers lijkt gegroeid en dus vormen we meer ons eigen idee. Belgen hebben op dat vlak al heel wat meegemaakt, natuurlijk. Maar hopelijk pakt deze regering nu wel het heft in eigen handen.”

Cloet heeft nog de impressie dat iedereen “heel coronamoe” is. “Ik voel het ook bij zorgverstrekkers”, zegt ze. “We hebben de eerste golf gehad en een tweede opflakkering in augustus die ons de illusie gaf dat het virus overwonnen was. Het zit in de aard van de mens, denk ik. En het helpt natuurlijk niet als er in Antwerpen maatregelen genomen worden die men even snel weer loslaat. De cijfers moeten weer de pan uitswingen om ons alert te houden. Dat is niet goed.”

Margot Cloet, gedelegeerd bestuurder van Zorgnet-Icuro. Ze is vandaag minder streng voor het beleid, maar verwacht veel van de coronacommissaris. Beeld Photo News
Margot Cloet, gedelegeerd bestuurder van Zorgnet-Icuro. Ze is vandaag minder streng voor het beleid, maar verwacht veel van de coronacommissaris.Beeld Photo News

4. We zijn dichtbevolkt en kleinbehuisd

“In België is er niet één grote broeihaard, maar zit het virus overal. En eenmaal het verspreid is, gaat het niet meer weg”, denkt stadssocioloog Stijn Oosterlynck (UAntwerpen). “We zijn een klein land, liggen in het midden van West-Europa en er is veel internationaal verkeer. We hebben geen extreem grote steden, maar veel middelgrote steden die dicht bij elkaar liggen. De afstand ertussen is klein. In andere landen kan je steden makkelijker afsluiten, maar hier is er veel interactie tussen de bevolking. De afstand tussen Gent en Antwerpen is in de VS de afstand tussen een stad en haar voorstad.”

Al is er tussen wetenschappers veel discussie in welke mate de bevolkingsdichtheid een rol speelt bij het overdragen van het virus. “Vooral woondichtheid is daarin belangrijk. Dat zie je aan de Brusselse cijfers. Molenbeek en Sint-Joost-ten-Node tellen het meeste besmettingen per 100.000 inwoners, ze hebben ook de grootste woondichtheid of het meeste mensen per woonentiteit. Die situatie maakt dat velen zich zeer moeilijk kunnen afschermen. Er moet maar één huisgenoot besmet binnenkomen en het hele huis of appartement is als het ware besmet. Het zijn overbewoonde panden zonder buitenruimte die slecht geventileerd zijn.”

Brussel is ook een van de meest diverse steden ter wereld. Het is bekend dat mensen met een niet-Westerse migratieachtergrond vaker gezondheidsproblemen hebben en dat hun sociaal-economische situatie het bovendien niet toelaat om thuis te werken. Van Ranst: “Ook op dat vlak is er nog heel wat werk te doen, zoals straathoekwerkers inzetten. Daar is jarenlang op bespaard geweest.”

Strandwachten wijzen toeristen de weg op het Levante-strand in Benidorm. Beeld ANP
Strandwachten wijzen toeristen de weg op het Levante-strand in Benidorm.Beeld ANP

5. We reizen graag

Hoewel de virologen ons op het hart gedrukt hadden afgelopen zomer liever niet te reizen, is een groot deel van ons toch vertrokken. “We reizen veel, maar dat is niet abnormaal: we hebben meer buitenland dan binnenland”, zegt Van Ranst. “Een deel van de reisorganisatoren heeft reizen op een perfect verantwoorde manier georganiseerd, met uitzondering van diegenen die naar Spanje of Portugal gingen met de bedoeling te feesten."

Onze regio, en met uitbreiding Europa, bleef ook in coronatijden sterk gericht op toerisme. “Toen het vliegverkeer in Azië heropstartte, ging de voorrang naar zakenreizigers”, vervolgt socioloog Oosterlynck. “Daar is vliegverkeer vooral zakenverkeer, voor professionele doeleinden. In Europa geldt dat minder: wij zijn weer beginnen reizen omdat we het op een schoteltje aangeboden kregen. Dat reisgedrag is economisch bepaald, want het houdt landen als Griekenland en Spanje overeind. Onze mobiliteit is daarop afgesteld. Maar ik durf niet te zeggen dat de Belgen meer op reis gaan dan andere Europeanen.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234