Dinsdag 21/03/2023

Hammarskjöld

Exclusief: “Belgische piloot biechtte moord op VN-secretaris-generaal Dag Hammarskjöld op”

Jan Van Risseghem in de Fouga Magister 93 waarmee hij de raid zou hebben uitgevoerd. Beeld aan
Jan Van Risseghem in de Fouga Magister 93 waarmee hij de raid zou hebben uitgevoerd.Beeld aan

Nieuw onderzoek wijst een Belgische huurling aan als een van de daders van een van de geheimzinnigste politieke moorden uit de twintigste eeuw. De kans is groot dat Jan Van Risseghem het gevechtsvliegtuig bestuurde dat op 17 september 1961 een vliegtuig deed crashen met de Zweedse VN-secretaris-generaal Dag Hammarskjöld aan boord. Twee Belgen getuigen er exclusief over tegenover De Morgen.

Bruno Struys

De onafhankelijkheid van Congo in 1960 leidde tot twee van de meest mysterieuze moordcomplotten uit de recente geschiedenis. Op 17 januari 1961 werd Patrice Lumumba, de eerste premier van het onafhankelijke Congo, vermoord. Exact acht maanden later, op 17 september, stortte een vliegtuig neer met aan boord Dag Hammarskjöld, secretaris-generaal van de Verenigde Naties.

Ondertussen is bekend dat Lumumba, die eerder toenadering had gezocht tot de Sovjet-Unie, vermoord werd door een netwerk van Amerikanen en Belgen, die in de nasleep van de Congolese onafhankelijkheid om diverse redenen van hem af wilden.

De dood van Hammarskjöld, en de vijftien andere inzittenden van het vliegtuig, werd nooit opgehelderd. Maar daar komt misschien verandering in: de Verenigde Naties zetten enkele jaren geleden een nieuw onderzoek op, waarbij de diplomatieke en geheime diensten van de lidstaten gevraagd wordt documenten uit die tijd op te diepen.

Onafhankelijkheid

Het was een tijd waarin het Congolese volk autonomie opeiste, maar het Westen de kostbare stukken grond uit de Russische of Chinese invloedssfeer wilde houden. Niet toevallig scheidde de rijke Congolese provincie Katanga, waar de bodem tjokvol uranium, koper en kobalt zat, zich meteen na de onafhankelijkheid af.

Officieel konden de westerse landen de Katangese secessie onder impuls van Moïse Tshombe niet steunen: een VN-resolutie had een vredesoperatie mogelijk gemaakt die het Congolese leger en Lumumba moest bijstaan om de eenheid van het land te bewaren. Het Katangese leger van zijn kant kon een beroep doen op Europese huurlingen, die bijvoorbeeld ook gevechtsvliegtuigen aanreikten. Halverwege 1961 bestonden de Forces Katangaises uit 10.000 Afrikaanse manschappen, maar er waren ook 600 Europeanen bij.

Wie was Dag Hammarskjöld?

-Geboren 29 juli 1905 in Jönköping, Zweden

-Tweede secretaris-generaal van de Verenigde Naties vanaf 1953

-Belangrijkste diplomatieke successen: vrijlating van Amerikaanse soldaten in Korea-oorlog, aanpak van het Suezkanaal-incident in 1956 en de terugtrekking van Amerikaanse en Britse troepen uit Libanon en Jordanië in 1958

-Beroemdste uitspraak: “De Verenigde Naties zijn niet opgericht om ons om ons naar de hemel te brengen, maar om ons te redden van de hel.”

-Overleden in een vliegtuigcrash in de nacht van 17 op 18 september 1961

-Zijn dagboek met religieuze poëzie raakte postuum wereldberoemd, in het Nederlands uitgegeven als ‘Merkstenen’

Op 13 september 1961 gaf VN-secretaris-generaal Hammarskjöld groen licht voor Operatie Morthor, die de huurlingen een halt moest toeroepen. Vier dagen later vertrok hij vanuit Leopoldstad, het huidige Kinshasa, voor vredesbesprekingen naar de Rhodesische stad Ndola, net aan de andere kant van de grens met Katanga. Zijn vliegtuig stortte in de nacht van 17 op 18 september neer. Rond de crash hangt al bijna 60 jaar een waas van mysterie.

Nu komt een nieuwe getuigenis bovendrijven, via een documentaire van de Deense journalist en filmmaker Mads Brügger, die eind deze maand in première gaat. Pierre Coppens, een oud-parachutist die in Spanje woont, vertelt daarin voor het eerst zijn verhaal. Dat doet hij ook, uitgebreid, aan De Morgen.

“Ik weet dat Jan Van Risseghem het vliegtuig heeft neergehaald, want hij heeft het me zelf verteld”, zegt Coppens. Van Risseghem overleed in 2007. Coppens ontmoette hem niet in Congo, maar in ons land, enkele jaren na de dood van Hammarskjöld. De twee leerden elkaar kennen tijdens een springcursus van begin april tot juni 1965 op het vliegveld in Moorsele, bij Kortrijk. Van Risseghem was piloot tijdens de cursus.

Pierre Coppens (uiterst rechts) en Jan Van Risseghem (gehurkt) op de luchthaven van Moorsele in 1965. Beeld RV
Pierre Coppens (uiterst rechts) en Jan Van Risseghem (gehurkt) op de luchthaven van Moorsele in 1965.Beeld RV

Van Risseghem vond in de jonge Coppens, toen 18 jaar, een geboeide luisteraar voor verhalen over de Tweede Wereldoorlog. De piloot was uitgebreid gedecoreerd – hij was onder meer ridder in de Leopoldsorde –voor zijn verwezenlijkingen in WO II. Samen met zijn broer had hij in 1940 België verlaten. Na omzwervingen hadden ze Engeland bereikt en zich aangesloten bij de Royal Air Force.

“Hij specialiseerde zich in nachtvluchten, die tot doel hadden bij dageraad luchtfoto’s van Duitse opstellingen te maken”, zegt Coppens. “Hij zei ook dat hij drie Duitse gevechtsvliegtuigen uit de lucht had gehaald.”

Pierre Coppens nu. Foto: Tore Vollan. Beeld Wingman Media
Pierre Coppens nu. Foto: Tore Vollan.Beeld Wingman Media

Na de oorlog trouwde Van Risseghem, zelf de zoon van een Engelse moeder, in 1948 met een Engelse. Hij ging aan de slag als piloot voor Sabena, maar ook voor het Zuid-Afrikaanse en het Rhodesische leger (nu Zimbabwe/Zambia), alvorens zich aan te sluiten bij de Katangese troepen.

Vervalst logboek?

De Britse krant The Guardian sprak met een nicht van Jan Van Risseghem, die in contact staat met zijn weduwe, een Engelse die in het Belgische Lint woont. Zij stelt dat Van Risseghem niet ter plekke kon zijn, omdat hij op dat moment in Rhodesië was voor de aankoop van een nieuw vliegtuig voor de Katangese luchtmacht. Zijn vlieglogboek moet dat bewijzen.

Dat logboek, dat De Morgen kon inkijken, toont dat hij in die periode geen vluchten deed. Maar de filmmakers van de nieuwe documentaire hebben aanwijzingen dat het logboek vervalst is. Roger Bracco, een huurling uit die tijd, heeft de filmmakers verteld dat de namen van verschillende piloten en plaatsen verzonnen zijn. Zo staat er een zekere “Delone, G” vermeld als copiloot voor meerdere vluchten, een man die volgens hem niet bestond. Op de vraag of een piloot voor de Katangese luchtmacht kon vliegen zonder dat Bracco daarvan op de hoogte was, antwoordde hij: “Onmogelijk.”

Declassified

In het verleden was Van Risseghem weleens genoemd als de piloot die het vliegtuig met Hammarskjöld neerhaalde, maar dat was maar één van vele theorieën.

De eerste onderzoeken na de crash wezen op een ongeluk of een stuurfout van de piloot. Maar dat denkspoor werd in het standaardwerk van historica Susan Williams over de dood van Hammarskjöld uit 2013 definitief van tafel geveegd.

Na haar publicatie zetten de VN een nieuw onderzoek op. Dat leidde enkele jaren geleden naar een telegram van de Amerikaanse ambassadeur in Congo, Edmond Gullion, aan Buitenlandse Zaken in Washington, die dateert van de dag na de crash. Uren voor het wrak gelokaliseerd was, verdacht hij Van Risseghem al, wiens naam in documenten uit die tijd vaak verkeerd geschreven staat.

“Hammarskjölds vliegtuig is vermoedelijk zoek geraakt in de buurt van de Rhodesische grens bij Ndolo. De mogelijkheid bestaat dat het is neergehaald door de voornaamste piloot die de VN-operaties heeft lastiggevallen en die geïdentificeerd is door een doorgaans betrouwbare bron als VAK Riesseghel, Belg.”

Na de vondst van de telegram vroegen de VN acht betrokken lidstaten om geclassificeerde informatie vrij te geven. In 2017 maakte België documenten uit de archieven van de Staatsveiligheid, Defensie en de diplomatie over, die Van Risseghem een alibi lijken te verschaffen.

VS-ambassadeur in Congo Gullion over de betrokkenheid van Van Risseghem. Beeld RV
VS-ambassadeur in Congo Gullion over de betrokkenheid van Van Risseghem.Beeld RV

Een rapport van de Staatsveiligheid uit september 1961, dat ook De Morgen opvroeg, stelt dat Van Risseghem zich op 17 september, de dag van het ongeval, aandiende in België bij “de Délégation Katangaise om zijn administratieve en financiële situatie te regelen”. Hij zou op 18 september op eigen initiatief opnieuw vertrokken zijn naar Elisabethville, via Parijs, en pas op 21 september in de Katangese hoofdstad zijn aangekomen. “Hij was niet in de mogelijkheid om te vliegen.”

Dat komt overeen met wat eerder over Van Risseghem werd gezegd: dat hij in augustus 1961 door de VN werd gearresteerd en begin september naar België werd gerepatrieerd.

De VN namen geen genoegen met de bewijsstukken die België leverde, want ze beschikten intussen over een tweede telegram van ambassadeur Gullion, dat dateerde van enkele dagen voor de crash. Daaruit bleek dat de piloot van een burgervliegtuig op 14 september “Van Reisseghem” (sic) herkende toen die naast hem kwam vliegen. Daarnaast is er een nota van de VN uit die tijd die stelt dat Van Risseghem deelnam aan de vijandigheden in september, al worden er geen specifiekere data vernoemd.

Telegram van VS-ambassadeur Gullion over de betrokkenheid Van Risseghem. Beeld RV
Telegram van VS-ambassadeur Gullion over de betrokkenheid Van Risseghem.Beeld RV

The Lone Ranger

Coppens is zeker van wat Van Risseghem hem heeft verteld. “Zijn hele leven is hij ervoor beschermd geweest door de inlichtingendiensten.”

Een zekere Charles Southall werkte in 1961 voor de Amerikaanse inlichtingendienst NSA op het eiland Cyprus. Het was zijn taak radioboodschappen te onderscheppen. In een Zweeds rapport uit 1994 herinnert hij zich dat hij in de nacht van het ongeval de “onderkoelde en professionele” stem kon onderscheppen van een piloot die zei: “Ik heb hem geraakt. Er zijn vlammen! Hij gaat neer. Hij crasht!” Volgens hem moet het om de piloot gaan die bekendstond als The Lone Ranger.

“Sinds zijn nachtvluchten tijdens de Tweede Wereldoorlog stond Van Risseghem bekend als The Lone Ranger”, zegt Coppens.

Hij zou de raid hebben uitgevoerd met een Fouga Magister, een toestel dat geen oriëntatieapparatuur heeft die het mogelijk maakt ’s nachts te vliegen. In het verleden oordeelden experts bovendien dat een Fouga niet in staat was autonoom van Kolwezi tot in Ndola en terug te vliegen zonder te landen en bij te tanken.

“Van Risseghem had de binnenkant van het vliegtuig gedemonteerd om zo veel mogelijk gewicht te verliezen”, zegt Coppens. “Hij zei: ‘Ik ben voor die missie vertrokken zonder parachute.’ Zijn radio, de achterste zetel: alles wat overbodig was, heeft hij op de grond gelaten. Hij wist exact hoeveel tijd hij had om tot bij dat vliegtuig te geraken, te schieten en terug te keren.”

Jan Van Risseghem. Beeld RV
Jan Van Risseghem.Beeld RV

Bovendien zou hij niet vertrokken zijn vanuit de gebruikelijke luchthaven in Kolwezi, maar vanuit Kipushi, een piste in de brousse, op de grens van Katanga en Rhodesië, dichter bij Ndola. Dat stelt een andere Belg, die nu in Hongkong woont, maar op dat moment in Elizabethstad resideerde, vlak bij Kipushi.

null Beeld kaartje_Ndola
Beeld kaartje_Ndola

“Het stond daar vol vliegtuigen van het Katangese leger”, zegt Victor Rosez, die toen in zijn voorlaatste jaar van het secundair onderwijs zat. Vader Rosez stond aan het hoofd van een team dat bouwwerken voor de spoorwegen verwezenlijkte. Het gezin woonde in een groot huis met het gezin van generaal Norbert Muke, bevelhebber bij het Katangese leger.

“Bij ons kwamen dagelijks huurlingen over de vloer, onder wie Van Risseghem”, zegt Rosez. “Al zou ik hem geen echte huurling noemen, eerder een soort idealist, voor het Belgische vaderland.”

Omgebouwd tot gevechtsmachine

Van de munitie die de Katangese luchtmacht Avikat ter beschikking had, weet Rosez wel het een en ander.

“Een reeks bommen van 25 kilo zijn gemaakt voor de Fouga Magister in een werkplaats in de quartier industriel van Elisabethstad tussen mei en augustus 1961. Ik weet dat omdat ik er zelf aan meegeholpen heb. Zo’n bom was een stalen pijp met aan de voorkant schroefdraad, waar een conisch stuk op paste. Avikat vulde die pijp met kruit en explosieven, die in dit mijngebied rijkelijk voorhanden waren.”

De Fouga Magister was een trainingsvliegtuig, maar was omgebouwd tot gevechtsmachine. Er waren aan de buitenzijde ruimtes voor de bommen bevestigd, die de piloot vanuit de cockpit kon openen. En er was een mitrailleur in de neus gemonteerd. Het probleem was dat er geen munitie voorhanden was.

“De lopen waren 7,50 mm, maar er was alleen maar 7,62 mm-munitie beschikbaar. De lopen zijn uitgeboord in de werkplaatsen van Union Minière”, weet Rosez.

Zuid-Afrika

In tegenstelling tot Pierre Coppens heeft Rosez Van Risseghem nooit de aanslag op Hammarskjöld horen bekennen. Toch twijfelt hij niet aan de biecht van Van Risseghem bij Coppens in 1965.

“Coppens is geen opschepper, Van Risseghem evenmin”, zegt Rosez. In de jaren 80 liep hij Van Risseghem opnieuw tegen het lijf in de luchthaven van Deurne. “Ik heb hem er toen vragen over gesteld en hij reageerde heel defensief. ‘Ik wil niet eindigen zoals Schramme’, zei hij, de huurling die toen net opgepakt was voor moord.”

Van Risseghem gearresteerd door de VN na Operatie Rumpunch. Beeld UN Archives
Van Risseghem gearresteerd door de VN na Operatie Rumpunch.Beeld UN Archives

Rosez herinnert zich nog goed hoe de crash in de dagen erna over de tongen ging. “Ik was getuige van een gesprek van mijn vader met generaal Muke waarin die zei: ‘Je n’ai jamais donné l’ordre. Dit waren wij niet, maar de Zuid-Afrikanen.’ En Jan Van Risseghem kwam van Zuid-Afrika op dat moment.”

Van Risseghem beschikte niet enkel over een Belgisch en een Brits, maar over een Zuid-Afrikaans paspoort, door zijn tijd bij het Zuid-Afrikaanse leger.

Marion Fowkes, zijn weduwe, heeft altijd ontkend dat haar man iets met de zaak-Hammarskjöld te maken had. Ook nu we haar opnieuw opzoeken bij haar thuis in Lint. De deur gaat snel weer dicht. De 93-jarige heeft een hekel aan journalisten.

Maar er waren ook Zuid-Afrikaanse huurlingen in de buurt in die noodlottige nacht, zoals piloot Jerry Puren. Hij was toen in Ndola, de bestemming van Hammarskjöld. Ook van daar uit was een raid mogelijk. Puren maakte deel uit van een groep blanke huurlingen die vanuit Zuid-Afrika waren gerekruteerd. Daartoe behoorde ook Carlos Huyghe. De Belg die betrokken was bij de moord op Lumumba was ook aanwezig in de luchthaven van Ndola in de nacht van de crash van Hammarskjöld.

Een foto van de crashsite op 19 september 1961. Beeld AP
Een foto van de crashsite op 19 september 1961.Beeld AP

“Géén moordenaar”

Waarom spreken beide Belgen nu pas, na meer dan 50 jaar? Hoe geloofwaardig is dat?

“Ik heb het nooit verspreid, omdat ik het ook wat vergeten was”, zegt Coppens. “Tot ik er opnieuw artikels over las, door het nieuwe onderzoek van de Verenigde Naties.”

“Die crash heeft mij vanaf de eerste dag dwarsgezeten”, zegt Rosez. “Wij waren met heel wat jongeren te vinden voor de Katangese zaak, maar echt niet voor moorden en aanslagen.”

Stel dat Van Risseghem het vliegtuig heeft neergehaald, dan blijft nog de vraag wie de opdracht heeft gegeven.

Coppens denkt alvast in de richting van westerse geheime diensten. “Ik weet één ding zeker: zij die Dag Hammarskjöld wilden laten verdwijnen, wilden Katanga vrijwaren van lumumbisten, van China en Rusland. Volgens mij was de Britse geheime dienst de enige die zoiets toen tot een goed einde kon brengen.”

In december deed Mohamed Chande Othman, die het onderzoek voor de VN leidt, zijn beklag in een brief aan de secretaris-generaal omdat hij geen medewerking van het Verenigd Koninkrijk en Zuid-Afrika kreeg. België heeft daarentegen, na de documentatie die het in 2017 al overmaakte, het Comité I aangesteld om verder onderzoek in de archieven te doen, zoals gevraagd door de VN. Die informatie is in september overgemaakt.

Coppens is ervan overtuigd dat Van Risseghem pas dagen na het incident wist wie aan boord van het vliegtuig zat. Dat hij simpelweg een opdracht heeft uitgevoerd, als gevechtspiloot.

“Jan heeft er zo verschillende uit de weg geruimd, maar een moordenaar was hij niet. ‘In een oorlog doe je niet wat je wilt’, zei hij. Hij was er zeker niet fier op.”

Dit artikel kwam onder meer tot stand dankzij een samenwerking met het team achter de film ‘Cold Case Hammarskjöld’, die op 26 januari in première gaat op het Amerikaanse Sundance-filmfestival. De Belgische première volgt op het Docville-festival in Leuven in maart.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234