Zaterdag 25/03/2023

NieuwsMyanmar

Etnisch verdeeld Myanmar heeft nu nog maar één vijand: het leger

Demonstranten tegen de militaire coup houden ballonnen omhoog in de stad Yangon. Beeld AP
Demonstranten tegen de militaire coup houden ballonnen omhoog in de stad Yangon.Beeld AP

Veel minderheden in Myanmar zijn lang gediscrimineerd door de grootste etnische groep, de Bamar. Maar langzaam worden ze naar elkaar gedreven.

Ate Hoekstra

Eugene Barblut Sein was nog maar een kind toen hij voor het eerst te maken kreeg met discriminatie. De leraren van zijn basisschool waren niet te spreken over zijn naam. “Ze zeiden: Eugene, wat is dat voor een rare naam?”, vertelt Sein vanuit de Myanmarese miljoenenstad Yangon. “Ze dwongen me een Burmese naam te nemen. Jaren later keurde ook een ambtenaar mijn naam af toen ik een identiteitsbewijs aanvroeg.”

De 27-jarige Sein hoort bij de Karen, een etnische minderheidsgroep uit het zuiden van Myanmar. Net als andere minderheden zijn de Karen decennialang gediscrimineerd door de Bamar, de grootste etnische groep in Myanmar. Maar de militaire coup die in februari plaatsvond, en waar nog dagelijks tegen wordt gedemonstreerd, zorgt voor verandering in het uitgestrekte land. Minderheidsgroepen en de Bamar realiseren zich dat ze een gezamenlijke vijand hebben: het Myanmarese leger. Dat leger greep de afgelopen weken keihard in bij antijuntaprotesten. Daarbij werden inmiddels zeker 250 demonstranten gedood en ruim 2.000 gearresteerd.

“Zelfs de mensen in de stad kijken nu heel anders tegen de militairen aan”, vertelt Sein. “Veel van hen geloofden altijd dat de etnische minderheden terroristen waren, precies zoals de militairen hen wilden doen geloven. Maar nu ze zien hoe bruut het leger te werk gaat, begrijpen ze waarom etnische groepen jaren geleden al naar de wapens grepen.”

Alleen Burmees spreken

Myanmar telt officieel 135 etnische minderheidsgroepen. Onofficieel zijn er nog meer, zoals de Rohingya-moslims, die niet door de Myanmarese overheid worden erkend. Sinds de jaren vijftig hebben minderheden in het hele land tegen het leger gevochten, vaak met als doel meer autonomie. Systematische discriminatie was jarenlang onderdeel van de onderdrukking. Dat zat hem bijvoorbeeld in de taal. Leraren mochten tot enkele jaren geleden alleen Burmees spreken. Zelfs het buiten schooltijd leren van een etnische minderheidstaal was verboden.

Zo hoort Thi etnisch gezien bij de Rakhine, een minderheidsgroep uit het westen van Myanmar. Toen haar ouders naar Yangon verhuisden werden ze bespot, vertelt Thi, die uit veiligheidsoverwegingen niet met haar echte naam in de krant wil. “De mensen keken ontzettend op ons neer, helemaal als ze hoorden dat we Rakhine spraken. We moesten ons heel sterk houden om het aan te kunnen.”

Een brandende politiemotor na de protesten van dinsdag. Beeld EPA
Een brandende politiemotor na de protesten van dinsdag.Beeld EPA

Ook Thi merkt dat de coup tot eensgezindheid leidt. Leden van verschillende etnische groepen protesteren samen tegen de junta. Er wordt openlijk opgeroepen tot gelijkheid en tot een nieuwe grondwet waarin de rechten van minderheden worden gegarandeerd.

“We realiseren ons nu allemaal hoe verschrikkelijk slecht dit leger is en hoe bruut het te werk gaat”, vertelt Thi over een krakende telefoonlijn. “Mensen met een grote variatie aan achtergronden werken daarom samen. Verschillende opleidingsniveaus, verschillende religies, verschillende etniciteiten; het maakt allemaal niet uit. En dat terwijl we elkaar tot voor kort niet eens begroetten.”

Vrees voor burgeroorlog

Ook in de politiek dringt het belang van saamhorigheid door. Leiders van de Myanmarese schaduwregering, het Committee Representing Pyidaungsu Hluttaw (CRPH), dat bestaat uit partijgenoten van de afgezette regeringsleidster Aung San Suu Kyi, voeren volgens de onlinekrant Myanmar Now gesprekken met gewapende minderheidsgroepen en politieke partijen over het samenstellen van een federale unie. Die unie kan een federaal leger opzetten dat demonstrerende burgers beschermt tegen de junta. Er is echter angst dat de huidige crisis dan nog veel verder escaleert, mogelijk met een burgeroorlog tot gevolg.

De roep om gelijkheid strekt zich zelfs uit tot de Rohingya-moslims, die tot voor kort door veel Myanmarezen als illegale indringers werden beschouwd. In 2017 joeg het leger met bruut geweld ruim 700.000 Rohingya de grens over. Duizenden anderen werden vermoord in een offensief dat volgens een VN-rapport de kenmerken had van een genocide. Myanmarese boeddhisten schaarden zich destijds massaal achter het leger. Aung San Suu Kyi verdedigde de militaire acties persoonlijk bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.

Maar een prominente vertegenwoordiger van de CRPH, dokter Sasa, zegt nu dat de Rohingya gerechtigheid verdienen. In een recente videoboodschap noemt hij hen broeders en zusters die de vrijheid hebben om te geloven wat ze willen geloven.

Nay San Lwin merkt het ook. De in Duitsland wonende Rohingya-activist zegt dat Myanmarezen massaal hun excuses aanbieden voor het jarenlang discrimineren van de moslimminderheid. “Men beseft eindelijk dat het leger de echte vijand is. Dezelfde troepen die een paar jaar geleden de Rohingya vermoordden, schieten nu in Myanmarese steden demonstranten dood”, zegt hij.

In Yangon hoopt Eugene Barblut Sein dat de nieuwe eensgezindheid uiteindelijk leidt tot een samenleving waarin niemand meer kijkt naar etnische en religieuze achtergronden. De weg daar naartoe is echter nog lang en vol gevaren. “Want dat kan alleen als dit leger helemaal weg is.”

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234