InterviewJogchum Vrielink
Eerste memeveroordeling in ons land: ‘Het is niet omdat je iets met humor zegt, dat het niet strafbaar kan zijn’
Voor het eerst is in ons land een persoon veroordeeld voor racistische en haatdragende memes, een soort internetcollages met humoristische ondertoon. Bij een foto van de brand in een asielcentrum schreef de vrouw: ‘Ook ik steun de warmste week.’ Volgens Jogchum Vrielink, professor discriminatierecht aan de Universiteit Saint-Louis in Brussel, zullen nog veroordelingen volgen.
De vrouw werd veroordeeld voor grappig bedoelde collages. Bent u verbaasd?
“Nee. Je kunt op heel veel manieren aanzetten tot geweld en discriminatie. Bij cartoons en memes zal er iets meer ruimte gelaten worden omdat het gaat om een vorm van humor. Maar ook humor is niet onbegrensd. Het is niet omdat je iets met humor vertelt, dat het niet strafbaar kan zijn.
“Mensen hoeven nu niet meteen te vrezen voor een veroordeling als ze een aangebrande meme delen. In deze zaak ging het ook om de systematiek: ze plaatste aanzienlijke hoeveelheden van zulke berichten, en ook video’s. En de wet is nu eenmaal de wet. Als je negationistische oproepen lanceert en suggereert dat Hitler moet terugkeren om zijn werk af te maken - nu ja, dat maakt het allemaal toch wat minder humorvol. Dan is zo’n veroordeling al een stuk begrijpelijker.”
Waar ligt juridisch de grens dan?
“Hier zijn twee wetten relevant. De negationismewet maakt het strafbaar om de Holocaust te ontkennen, schromelijk te minimaliseren, te rechtvaardigen of goed te keuren. Ik ben geen fan van die wet, maar ze bestaat nu eenmaal. De andere relevante wetsbepaling hier is het aanzetten tot haat, geweld en discriminatie.”
De vraag is of je het hard kunt maken dat zo’n meme echt aanzet tot geweld en discriminatie.
“Ik heb het vonnis niet kunnen inkijken, maar ik vermoed dat hier opnieuw de systematiek van de berichten zal doorwegen. Het punt kan natuurlijk ook niet zijn dat je zomaar alles mag zeggen omdat je het in een meme giet. Maar we moeten wel opletten, want ook heel zwarte humor moet kunnen zonder dat daar een veroordeling op volgt.”
In bepaalde middens worden memes wel vaker gebruikt om racistische, seksistische of antisemitische ideeën ludiek te verpakken. Is deze veroordeling het begin van meer rechtszaken?
“Deze zaak toont aan dat een veroordeling mogelijk is. Mensen die vroeger geen klacht indienden omdat ze dachten dat dat zinloos was, zullen daar nu wellicht anders over denken. Maar ik denk dat ook zonder deze veroordeling meer zaken zouden volgen, precies door de maatschappelijk ontwikkeling die u schetst. In bepaalde kringen worden die memes almaar vaker gebruikt, waardoor zoiets sowieso vaker voor het gerecht zal komen. En de zaak tegen Schild & Vrienden komt eraan. Ook daarin spelen memes een belangrijke rol.”
Kan deze veroordeling als een precedent gebruikt worden in die rechtszaak? Anders gezegd, heeft deze zaak gevolgen voor Schild & Vrienden?
“In het Belgisch recht moet je de precedentswaarde van zulke rechtszaken altijd een beetje relativeren: het is niet omdat één strafrechter op deze manier oordeelt, dat andere rechters vanaf nu die interpretatie volgen. Maar ongetwijfeld gaan Unia en het Openbaar Ministerie deze veroordeling aangrijpen om in de zaak tegen Schild & Vrienden te pleiten dat de rechter dezelfde redenering moet volgen.”