Een ronde verder, als Allah het wil
De Iraanse president, Mahmoud Ahmadinejad, maakte er graag een spelletje van. Doet-ie het of doet-ie het niet, naar het WK komen? Velen zien het staatshoofd liever niet komen. Bovendien moet zijn nationale voetbalploeg zowat het meest gehate team op dit WK zijn.
door Hilde Van Malderen
brussel l Op 24 april stond de wereld even stil in Iran. Het mag dan een voetbalgek land zijn, dat vrouwen plots toegelaten werden in de stadions vonden de Iraanse geestelijken iets te veel van het goede. De feministische zinsverbijstering van Ahmadinejad duurde niet lang. Ayatollah Ali Khamenei sprak zijn veto uit en daarmee was het 'progressieve' voorstel van de baan.
Het past allemaal in het plaatje. Iran, dat is toch het land van tierende imams, soldaten die pronken met kalasjnikovs en de massa die zijn haat voor de VS uitschreeuwt, niet? Iedere associatie met voetbal is dan ver weg en toch, als het op voetbal aankomt, is Iran het meest gepassioneerde land in heel Azië. Het heeft in ieder geval al één voetbalrecord beet, dat van meest bijgewoonde kwalificatie-interland ooit. Vorig jaar zat er 120.000 man - in dezen letterlijk te nemen - in het Azadi Stadium toen Iran Japan partij gaf in Teheran.
Iran wil op dit WK weer aanknopen met de gouden voetbaljaren, al liggen die al lang achter de rug. In 1968 slaagde het erin om bij zijn eerste deelname aan het Aziatische voetbalkampioenschap meteen de beker te pakken. Er volgden nog twee overwinningen in 1972 en 1976.
Het WK-debuut kwam er In 1978 in Argentinië. Iran lag er meteen uit maar toch was die eerste verschijning op het wereldtoneel voldoende om de natie te doen dromen van grotere triomfen.
Daar kwam met de Islamitische Revolutie in 1979 een einde aan. Voetbal gold als onislamitisch. De ayatollahs deden er dan ook alles aan om dat kwaad uit te roeien. Alleen hielden de Iraniërs te veel van het spelletje.
In de jaren negentig bloeide het voetbal weer volledig op. Twintig jaar na zijn eerste deelname raakte Iran nog eens op een WK, in Frankrijk. Iran lag er opnieuw uit in de eerste ronde maar wat belangrijker was, was dat het team zijn eerste WK-overwinning (2-1) boekte. Tegen de VS dan nog, de politieke aartsvijand nummer één. Mooier konden ze het in Teheran niet dromen. Vrouwen dansten op straat en overal weerklonk verboden muziek. Voor één keer zagen de militairen dat door de vingers.
Dat Iran zich voor dit WK kon plaatsen heeft het natuurlijk niet aan zichzelf te danken, vinden de spelers. Daar zit Allah voor iets tussen. De thuiswedstrijden begonnen ze altijd met een paar verzen uit de Koran. In de topper van de kwalificatiepoule tegen Japan had niet iedereen dat door. De commentator van Eurosport dacht aan het volkslied. Vijf minuten later volgde tot zijn verbazing een 'tweede' volkslied. Ook de Japanners zelf wisten even niet waar ze het hadden.
En nu wil Iran dus naar de tweede ronde, al lijkt dat na de nederlaag tegen Mexico allesbehalve evident. Zelf zijn ze ervan overtuigd dat het zal lukken. Als Allah het wil tenminste, luidt het steevast. Het elftal draait vooral om drie spelers uit de Duitse competitie: Alim Karimi (Bayern), Vahid Hashemian (Hannover) en Mehdi Mahdavikia (Hamburg). Die kunnen van een licht thuisvoordeel spreken.
Karimi is ongetwijfeld de beste en die ziet het volledig zitten. "We hebben een exceptioneel talentvol en goed team. Dit is zonder twijfel de beste ploeg die Iran ooit gehad heeft. Wij Iraniërs hebben trouwens niets te vrezen. We zijn geen favoriet in een groep met Mexico en Portugal."
Als het een steun kan zijn, van alle deelnemers herbergt de Iraanse selectie de meest productieve spelers. Gezamenlijk hebben de 23 internationals liefst 213 keer gescoord in internationaal verband, een gemiddelde van iets meer dan negen doelpunten per veldspeler. Die hoge score hebben ze te danken aan de onmisbare inbreng van steraanvaller Ali Daei, die met het waanzinnig aantal van 109 doelpunten in 145 interlands meer dan de helft van de totale productie voor zijn rekening neemt.
Die sportieve kant werd de laatste maanden echter overschaduwd door heel wat politieke heibel. De Iraanse voetbalploeg stond vooral midden in de belangstelling door de internationale polemiek om het omstreden atoomprogramma van president Ahmadinejad. In de aanloop naar het WK zat de Iraanse nationale voetbalbond met de handen in het haar. Eén voor één trokken de oefenpartners zich terug: Roemenië, Oekraïne en Spanje. Psychologische oorlogsvoering van het Westen, klonk het in Iran. Uiteindelijk werd Kroatië bereid gevonden om het land partij te geven. Dat Iraans bondscoach Branco Ivankovic een Kroaat is, zal daar wel voor iets tussen gezeten hebben.
Ook de antisemitische uitspraken van president Ahmadinejad deden de reputatie van Iran geen goed. Tegenstanders vroegen uitsluiting van dit WK, maar daar wenste de FIFA niet op in te gaan met het argument dat zij sport en politiek liever gescheiden hield. Ahmadinejad zelf is een hevig voetbalsupporter die zich maar al te graag laat fotograferen terwijl hij een balletje trapt met de nationale ploeg. De president wou daarom graag afzakken naar Duitsland. Dat zorgde voor heel wat diplomatieke kopzorgen bij de Duitse regering. Het ontkennen van de Holocaust, daar moesten ze Ahmadinejad voor oppakken maar als staatshoofd is de man onschendbaar. Nu het ernaar uitziet dat Iran de tweede ronde niet zal bereiken, is die diplomatiek hoofdbreker misschien vlugger van de baan dan gedacht.
De weinige steun waarop de Iraanse nationale ploeg kan rekenen, komt uit bedenkelijke hoek. Duitse extreem rechtse voetballiefhebbers zullen voor Iran supporteren wegens de antisemitische uitspraken van Ahmadinejad. Maar of dat zal helpen?