ReportageFedasil
‘Eén ding staat vast: ik ga niet terug’
Hoe haal je transitmigranten uit de illegaliteit? Door hen beter te informeren, vindt staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V). Op stap met het Reach Out team van Fedasil.
Aan de ingang van het Royal Depot op het terrein van het Brusselse Tour en Taxis zitten kleine groepjes mensen op de vlucht te telefoneren. Wat later wandelen ze de grote loods in die dienst doet als dagcentrum. Ze nestelen zich aan verschillende tafels met een kop koffie. Enkele kinderen spelen in een hoekje dat afgeschermd werd met kleurrijke doeken. Samen met honderden anderen kunnen ze hier dagelijks terecht voor een douche, koffie, maar bovenal informatie.
Het driekoppige Reach Out van Fedasil werkt hier dagelijks met maar één doel: transitmigranten neutraal en correct informeren over hun mogelijkheden om in de legaliteit te leven. “We geven mensen informatie over de asielprocedure, het recht op internationale bescherming, de Dublin-wetgeving, een vrijwillige terugkeer en het netwerk van Fedasil”, duidt medewerker Bert Truyen. “Het is onze taak om correcte informatie te geven.”
In 2020 heeft het Reach Out Team meer dan 2.600 contactmomenten gehad met transitmigranten in Brussel. “Van die 2.600 contactmomenten hebben wij ongeveer 150 mensen individueel gevolgd en er diepere contacten mee gehad”, zegt Truyen. “Daarvan hebben we nog eens 21 procent van de mensen kunnen helpen om uit het illegale circuit te geraken.”
‘Als God het wil’
Twintiger Gahamesa A. uit Eritrea komt al twee weken naar het dagcentrum. Hij is op de hoogte van wat het team wil doen. “Maar wat ze ook zeggen, ik wil naar Engeland”, zegt hij. De man leefde de afgelopen vijf jaar in Duitsland, waar hij werd afgewezen, en wil nu absoluut naar het Verenigd Koninkrijk gaan via België. “Ik kan zeker niet teruggaan naar mijn land. Er is daar geweld. Ik ken de mensen van het team. Ze zijn vriendelijk, maar ik ken de Dublin-regels al, en één ding staat vast: ik ga niet terug. Ik heb nog maar één kans en ik ga voor een Engels paspoort, want ik heb mijn kansen berekend. De kans dat ik hier een paspoort krijg is echt miniem. Ik heb één kans nodig en ik zal er geraken. Als God het wil.”
Gahamesa mag dan niet overtuigd zijn door het Reach Out-team, staatssecretaris van Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V) wil meer inzetten op deze ‘zachte aanpak’. “De medewerkers bij Fedasil krijgen daarom versterking. Hun team wordt uitgebreid van drie naar veertien medewerkers. Door deze noodzakelijke uitbreiding zal het team ook buiten Brussel kunnen werken, zoals in Zeebrugge of regio’s in Wallonië, waar er groepen mensen in dorpskernen en op snelwegparkings samenkomen. We passen nu al dertig jaar dezelfde recepten toe die tot weinig duurzame oplossingen hebben geleid. Dit is het preventieteam tegen onwettig verblijf. Weinigen beseffen dat dit extreem moeilijk sociaal werk is.”
Volgens hem moet het team opboksen tegen mensensmokkelaars die voornamelijk fakenieuws verspreiden aan transitmigranten. Die strijd is niet gemakkelijk, erkent hij. “Wat deze medewerkers doen is van essentieel belang. Ze proberen een informatieoorlog te winnen. Er doen heel wat foute verhalen de ronde over het leven in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk of de asielprocedure. Dit is een grote meerwaarde: sociaal werk kan je niet doen via het uitdelen van een flyer. We strijden elke dag tegen het idee dat Engeland het land van melk en honing is. We moeten transparant de regels uitleggen, en mensen geen blaasjes wijsmaken. We moeten ze overtuigen dat ze beter af zijn zo, dan dat ze een route nemen die soms uitmondt in de dood.”
Burgerplatform
De aanpak loont, al moeten de medewerkers toegeven dat het traag gaat en dat de slaagcijfers voorlopig beperkt blijven. Een op de vijf kunnen ze uit de illegaliteit halen, maar het aantal transitmigranten dat vrijwillig terugkeert blijft vooralsnog laag. Van de 156 transitmigranten die sinds januari 2020 werden aangesproken door medewerkers van Fedasil, keerde 4 procent vrijwillig terug naar land van herkomst.
Zo'n 10 procent wil in België blijven via het legale circuit. Daarbij worden ze verwezen naar andere instanties die met hen aan de slag gaan. Zo ook de dertiger Hassan M. uit Soedan. “Ik wil hier graag leven, werken en een gezin starten”, zegt hij. “Ik slaap momenteel vaak op straat, en sommige dagen slaap ik niet. Ik zoek een nieuwe kans, want in Frankrijk kreeg ik een negatief advies. Misschien lukt het hier wél? Ik wil alvast niet terug naar Soedan, dat is te moeilijk. Als België me afwijst, dan ga ik wel naar Engeland.”
De oprichter van het Brussels burgerplatform voor mensen op de Vlucht, Mehdi Kassou, vindt de cijfers die Fedasil voorlegt weinig impressionant. Fedasil houdt volgens hem te weinig rekening met het individuele verhaal van de migranten zonder wettig verblijf.
“Ik merk op dat 59 procent van de personen die wij bereiken wel meer informatie willen over legale circuits als we ook hun specifieke situatie kennen”, zegt hij. “Als de focus blijft liggen op vrijwillige terugkeer, dan blijft er bij deze mensen hangen dat ze eigenlijk niet welkom zijn in België.”
“Het gaat de overheid niet alleen om een terugkeer”, reageert Mahdi. “We willen mensen uit een onwettig verblijf halen. Er zijn mensen die recht hebben op een procedure in ons land. Maar er zijn ook mensen die al drie keer de procedure hebben doorlopen. Die willen we helpen om menswaardig terug te keren.”