Een boulevard voor de kunst
Het Thyssen Museum is het eerste van de drie grote Madrileense musea dat klaar is met zijn uitbreiding. De nieuwe vleugels van de twee andere naderen eveneens hun voltooiing.
De annex die Jean Nouvel voor het Reina Sofía Museum tekende, zou rond de jaarwisseling helemaal klaar moeten zijn. Vanaf vandaag lopen er echter al twee belangrijke tentoonstellingen: Roy Lichtenstein en Dalí: Massacultuur, die al in Barcelona te zien was. Dit museum voor moderne en hedendaagse kunst groeit van 50.000 naar bijna 80.000 vierkante meter.
Het Prado, de overbuur van Thyssen, krijgt er een kubus bij die door Rafael Moneo is ontworpen. Als die volgend jaar af is, verdubbelt deze schatkamer van oude kunst zijn oppervlakte tot bijna 60.000 vierkante meter.
Thyssen, Prado en Reina Sofía vormen een driehoek aan de Paseo del Prado (letterlijk de Prado Boulevard) en liggen op minder dan een kwartier wandelen van elkaar. Na de uitbreiding gaat Madrid die nabijheid in de verf zetten onder de noemer El Paseo del Arte, 'De Kunstboulevard' (of ook: 'De Kunstwandeling'), naar het voorbeeld van museumkwartieren in andere grootsteden. De drie musea, samen goed voor meer dan drie miljoen bezoekers, zijn van plan te gaan samenwerken.
Straks krijgen ze gezelschap, want de Catalaanse spaarbank La Caixa, bekend van haar prestigieuze tentoonstellingen (zoals Dalí. Massacultuur) en haar collectie hedendaagse kunst, is zopas begonnen aan een cultureel centrum aan de Paseo del Prado. Er wordt een 19de-eeuwse elektriciteitscentrale voor verbouwd naar een ontwerp van Herzog & de Meuron, de Zwitsers die een Londense elektriciteitscentrale tot de Tate Modern omtoverden.
Als kers op de taart ligt een gedurfd plan van de Portugese architect Alvaro Siza op tafel om het soms oorverdovende autoverkeer op de Paseo del Arte flink uit te dunnen.
(RP)