NieuwsBuitenland
Duitse politie pakt Iraniër op die verdacht wordt van voorbereiden aanslag
De Duitse antiterreureenheid heeft een 32-jarige Iraanse man opgepakt op verdenking van het voorbereiden van een jihadistisch gemotiveerde aanslag. De man zou gifstoffen hebben aangeschaft die als chemisch wapen kunnen worden gebruikt.
Zaterdagavond werd de verdachte opgepakt in zijn woning in Castrop-Rauxel, een stad in de aan Nederland grenzende deelstaat Noordrijn-Westfalen. Ook de broer van de man, die toevallig in het appartement aanwezig was, is aangehouden. Hij was bekend bij de politie maar niet in verband met terrorisme. Het is onduidelijk of hij betrokken was bij de voorbereidingen van de aanslag en of hij ervan op de hoogte was. De verdachte en zijn broer zouden sinds 2015 in Duitsland wonen.
Duitse media melden op basis van bronnen bij de veiligheidsdienst dat de verdachte is aangesloten bij een soennitische islamitische terreurgroep. Hij zou niet in opdracht van de Iraanse autoriteiten hebben gehandeld. Soennitische moslims zijn in Iran, waar de sjiitische islam de staatsgodsdienst is, een religieuze minderheid.
De Iraniër was volgens het Duitse Openbaar Ministerie in het bezit van cyanide en ricine. De giftige stof ricine kan als chemisch wapen gebruikt worden. Cyanide is al dodelijk bij een kleine hoeveelheid en werkt bovendien zeer snel. Mogelijk wilde de verdachte met de stoffen een chemische bom maken.
Het is onduidelijk in welke fase de voorbereiding van de aanslag was en wat het doelwit zou zijn geweest. Volgens de Duitse justitie zijn de stoffen niet aangetroffen tijdens de huiszoeking.
Vanwege de mogelijke aanwezigheid van gevaarlijke stoffen had de politie voorafgaand aan de inval een groot gebied rond de woning afgezet. Hulpverleners droegen uit voorzorg beschermende pakken. Ook waren er volgens Duitse media medewerkers van het Robert Koch Instituut, het Duitse gezondheidsorgaan, als adviseurs aanwezig.
De Duitse krant Bild schrijft dat de autoriteiten de verdachte op het spoor kwamen door een tip van een ‘bevriende buitenlandse inlichtingendienst’. Het is niet duidelijk uit welk land de informatie afkomstig is.