NieuwsBendegeweld Zweden
Dood rapper schokt Zweden en brengt bendegeweld naar de middenklasse: ‘Niemand is nog veilig’
Einár maakte rap groot in Zweden, en stierf als Tupac, jong en gewelddadig. De moord op de rapper brengt bendegeweld akelig dicht bij de Zweedse middenklasse. En die discussieert nu of dat geweld het gevolg is van armoede, of van de immigratie.
Wie wil weten waar de 19-jarige Zweedse rapper Einár werd doodgeschoten, hoeft niet lang te zoeken. Volg gewoon de tieners die met bloemen over straat lopen. De twaalf- en dertienjarigen, soms nog jonger, verzamelen zich bij een buurtkerk, waar een herdenkingsplek is ingericht, met kaarsjes, briefjes en bloemen.
De moderne kerk, met een glazen facade, ligt pal naast een keurige binnentuin. Daar, achter een wit lint, tussen de roodbruine herfstbladeren, ligt de plek waar Einár, een van de bekendste rappers van Zweden, donderdagavond door verscheidene kogels werd geraakt. Volgens getuigenverklaringen maakten de twee daders foto’s van het lijk voordat ze ervandoor gingen. De politie gaat uit van een afrekening in het criminele circuit.
De moord op Einár schokt veel Zweden, maar zijn jonge fans nog wel het meest. “Iedereen kende hem”, zegt de 13-jarige Alma Bergström. “Hij rapte over dingen die ik herkende. Soms zat ik in de klas en merkte ik dat zijn muziek nog steeds in mijn hoofd zat.”
Oudere Zweden zijn vooral geschokt omdat de moord op de 19-jarige muzikant een nieuw dieptepunt is in het groeiende bendegeweld in het land. Door de talloze liquidaties, afrekeningen en ander dodelijk geweld van drugsbendes in Malmö, Stockholm en Gotenburg prijkt Zweden tegenwoordig bovenaan in de Europese moordcijfer-top. Terwijl de moordcijfers overal in Europa dalen, stijgen ze in Zweden. En flink.
Middenklasse
De slachtoffers van het bendegeweld waren tot dusver vaak onbekende jonge criminelen uit de voorsteden, maar het spoor trekt steeds verder naar de voordeur van de middenklasse. Afgelopen juli raakten twee kinderen gewond bij een kogelregen in een buitenwijk van Stockholm. En de plek waar Einár werd vermoord, ligt tussen de middenklasse appartementen met dubbel glas in Hammarby Sjostad, een mooi en centraal gelegen, jaren-negentig-wijk in de hoofdstad.
“Niemand is meer veilig”, zegt Karin Söderlind (53), een kerkmedewerker die met een kop koffie in de hand een kijkje neemt bij de bloemenzee. “Zoiets als dit hebben we nog niet gezien. Veel mensen realiseren zich nu dat er echt iets moet gebeuren.”
De jonge rapper, de getroebleerde zoon van een beroemde Zweedse actrice, brak in 2019 vanuit het niets door met Första klass (Eerste Klas), een album vol aanstekelijke melodieën en duizelingwekkend snelle raps. Inmiddels heeft hij op Spotify meer dan 1,3 miljoen luisteraars per maand. “Hij was de eerste die dit soort muziek maakte in Zweden. Door hem is rap heel groot geworden”, zegt Alma Bergström, die Einárs muziek ontdekte toen ze 12 was. “Zelfs mijn vader zei dat hij het goed vond. Al denkt hij altijd dat hij alles weet.”
Hoewel de jonge rapper er met zijn blonde haar en appelwangen meer uitzag als een lid van een kinderkoor, was hij bepaald geen onbeschreven blad. Zijn teksten en videoclips zitten boordevol wapens, drugs en geweld. Hij had veroordelingen voor mishandeling, diefstal en drugsbezit, en eerder deze maand werd hij opgepakt wegens betrokkenheid bij een steekpartij in een nachtclub. De politie vermoedt dat zijn dood een wraakactie is geweest voor dit incident.
Middelvinger
Dat is nog niet alles. Anderhalf jaar geleden werd Einár, toen 17 jaar, korte tijd door een bende ontvoerd. Hij werd mishandeld en raakte zijn dure ketting en horloge kwijt. Einár weigerde nadien te getuigen, maar verscheen wel op Instagram met een opgeheven middelvinger en een nieuwe Rolex. Dankzij gehackte chatberichten van cryptofoonaanbieder EncroChat konden de daders, onder wie twee andere rappers, toch veroordeeld worden.
Amerikaanse toestanden in Zweden, zegt de 15-jarige Elias Lindqvist, die met twee vrienden uit het noorden van de stad is gekomen. ‘Ik moest zelf meteen denken aan Tupac of Biggie’, zegt hij, verwijzend naar de twee wereldberoemde Amerikaanse rappers die in respectievelijk 1996 en 1997 werden doodgeschoten. Eigenlijk was hij de muziek van Einár alweer “ontgroeid”, vindt de 15-jarige, maar toch voelde hij dat hij hem nu de laatste eer moest bewijzen. “Einár was groot. Hij maakte deel uit van ons leven.”
De tieners hier weten ook wel dat hun idool geen heilige was, maar ze zagen hem niet als een crimineel. “Natuurlijk was hij niet helemaal brandschoon, maar hij was een goed persoon. Hij hield van zijn moeder, daar schreef hij een mooi nummer over, getiteld Sorry Mama”, aldus Bergström. Dat was misschien een ode aan Tupac, die een vergelijkbaar nummer voor zijn moeder maakte.
Het toenemende bendegeweld is een heet hangijzer in de Zweedse politiek. Volgens critici moet de Zweedse overheid harder optreden tegen de vaak minderjarige bendeleden. “We hebben genoeg van dit zinloze geweld, het is tijd dat het bendegeweld serieus bevochten wordt”, zei de politiek leider van de Centrumpartij vrijdag.
Anderen zien in het toenemende geweld, waarbij veel jongeren met een migratieachtergrond betrokken zijn, het bewijs dat de immigratie het probleem is. Volgens kerkmedewerker Söderlind is dat te makkelijk. “Het grote probleem is dat de kloof tussen arm en rijk hier zo groot is geworden. Ook kansarme jongeren willen dure kleren en auto’s, en ze geloven dat de drugshandel de enige manier is om dat te bemachtigen.”
Einár had vorige week net een nieuw nummer uitgebracht, samen met de Nederlandse dj en producer Trobi. “Broer je moet oppassen hier in Stockholm, pang pang pang”, rapt Einár in dat nummer. Gelijk had hij.