AchtergrondPolitiek
Dit zijn de radicalen waarvoor Israëlisch premier Netanyahu blijft buigen
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu heeft nu een meerderheid van de bevolking tegen zich maar blijft zwichten voor deze drie radicale ministers. Zij willen de macht van het Grondwettelijk Hof inperken.
Itamar Ben-Gvir, minister van Nationale Veiligheid
Hardliner die voor diplomatieke breuk met Washington kan zorgen
Itamar Ben-Gvir (46) is als minister van Nationale Veiligheid een drijvende kracht van de huidige regeringscoalitie. Zijn partij heet Otzma Yehudit of Joodse Kracht, en is een ideologische erfgenaam van de extremistische rabbijn Meir Kahane (1932-1990) wiens Kach-beweging sinds 1994 verboden is als terreurorganisatie.
Als tiener was Ben-Gvir nog een Kach-jeugdleider. Hij mocht geen militaire dienst doen omdat zijn standpunten zelfs voor het leger een veiligheidsrisico waren. Enkele weken voor premier Yitzhak Rabin werd vermoord, eind 1995, protesteerde Ben-Gvir tegen de Oslo-vredesakkoorden en stal een embleem van Rabins Cadillac. Daarna verklaarde hij: “We raakten zijn wagen, en we krijgen hem ook nog te pakken.”
Het centrale agendapunt van Otzma Yehudit was tot voor kort de “deportatie” van alle Arabische Israëli’s. In 2007 werd Ben-Gvir door een Israëlische rechtbank nog veroordeeld wegens ‘aanzetten tot haat’.
Toen Ben-Gvir tot de regering toetrad, zwakte hij zijn standpunten wat af. Maar als minister van Nationale Veiligheid voert hij in de praktijk een keihard beleid.
Ben-Gvir steunt de hervorming van het Grondwettelijk Hof omdat dit hem in staat zou stellen de rechten van seculiere Israëli’s, Arabische Israëli’s en de Palestijnen verder te beknotten. In ruil voor zijn steun beloofde Netanyahu dat hij een gewapende Nationale Garde met 1.800 leden mag vormen, die volgens critici een privémilitie zou worden. Ook de Israëlische politie verzet zich ertegen.
Kritiek van VS-president Biden wuifde Ben-Gvir intussen weg: “We zijn geen andere ster op de Amerikaanse vlag.” De uitspraak kan voor een diplomatieke breuk zorgen in de doorgaans innige relatie tussen Washington en Tel Aviv.
Bezalel Smotrich, minister van Financiën
Noemt het Palestijnse volk ‘een uitvinding van de laatste eeuw’
Bezalel Smotrich (43) is minister van Financiën in de huidige regeringscoalitie. Maar de man haalt meer het nieuws met extreme uitspraken als leider van zijn ultranationalistische Religieuze Zionisten-partij dan met zijn begroting. Nog maar tien dagen geleden verklaarde de uiterst-rechtse politicus tijdens een toespraak in Parijs dat het Palestijnse volk ‘een uitvinding’ is geweest van de laatste eeuw en dat “mensen zoals hijzelf en zijn grootouders de ware Palestijnen zijn.”
Smotrich vervolgde nog dat er “niet zoiets bestaat als de Palestijnen, omdat er niet zoiets bestaat als het Palestijnse volk”. Zelf woonachtig in een illegale nederzetting op de Westelijke Jordaanoever sprak hij deze keer voor een landkaart van ‘Groot Israël’, waarop ook het huidige Jordanië te zien is als een onderdeel van een zionistische natie.
Met opzwepende retoriek over gebiedsuitbreiding is Smotrich niet aan zijn proefstuk toe. Hij richt zijn banbliksems niet alleen op de Arabische Israëli’s en de Palestijnen. Ook niet-Orthodoxe Joden en de Israëlische lgbtqia+-gemeenschap kregen al de nodige hatelijke commentaren over zich heen. Tegenover deze laatste groep noemde de politicus zichzelf ooit een ‘fascistische homofoob’. In 2021 choqueerde Smotrich vriend en vijand dan weer door te zeggen dat David Ben-Goerion, de eerste premier van Israël, “de job had moeten afmaken en alle Arabieren had moeten buitengooien”. In het licht van dergelijke visies moeten we meteen ook zijn pogingen interpreteren om het Grondwettelijk Hof buitenspel te zetten.
Eerder deze maand zorgde Smotrich ook nog voor ophef na een oproep om een Palestijns dorp op de Westelijke Jordaanoever ‘uit te roeien’ na een Palestijnse aanslag.
Yariv Levin, minister van Justitie
Wou ‘in korte tijd’ een miljoen Joodse kolonisten vestigen
Als minister van Justitie speelt Yariv Levin (54) een doorslaggevende rol in de plannen van de regering Netanyahu om de macht van het Grondwettelijk Hof in te perken. In tegenstelling tot zijn coalitiepartners staat hij niet geboekstaafd als religieus extremist, maar Levin laat zich wel zien als een radicaal die minder macht wil voor de magistratuur, die ook zijn premier onderzoekt voor corruptiezaken.
Van opleiding advocaat is Levin net zoals Netanyahu lid van de liberaal-conservatieve Likoed-partij, die diep verdeeld is over de kwestie. Vorige week werd zijn Likoed-partijgenoot en defensieminister Yoav Gallant nog de laan uitgestuurd door Netanyahu omdat hij de omstreden juridische hervorming niet steunde.
Levin is een voormalig voorzitter van de Knesset, het parlement, en bekleedde in het verleden ook al kleinere ministerposten. Toen al toonde hij zich een voorstander van gebiedsuitbreiding ten koste van de Palestijnen. Begin februari 2019 verklaarde hij als minister van Toerisme dat de Israëlische regering van plan was om ‘in korte tijd’ een miljoen Joodse kolonisten te vestigen ‘in Judea en Samaria’ (waaronder de Westelijke Jordaanoever).
Dat Levin opvallend weinig aandrang voelt om de lont uit het Israëlische kruitvat te halen, bleek ook woensdag nog. Terwijl Netanyahu een opening laat om tot consensus te komen, of om de controversiële hervormingen minstens tot na het Pesach-reces uit te stellen, gaat de minister van Justitie het conflict niet uit de weg. Vandaag maakte hij zich in een WhatsApp-bericht sterk dat de hervorming er komt zodra de Knesset weer samenkomt, meldt Times of Israel.
Levin kondigt bovendien betogingen in het hele land aan, “om te tonen wat de meerderheid van de bevolking wil”.