Design
Autostad Turijn gooit het stuur om
op volle snelheid
Een stad waar de vermout, broodstengels, ijs op een stokje, de Bodoniletter, de Fiat Cinquecento, gianduja en de Italiaanse film geboren werden, dat kan toch niet anders dan een charmante plek zijn? En nu is Turijn ook nog uitgeroepen tot designhoofdstad van 2008. Sinds de Olympische Winterspelen er werden gehouden, zijn zelfs de bewoners van de voormalige industriestad gaan houden.
Door agnes Goyvaerts
Le Alpi! Le Alpi!" kirt Laura, onze gids. Inderdaad, van overal in de stad kun je de toppen zien, nu op hun mooist tegen de strakblauwe winterlucht, met een vers laagje poedersneeuw. Het is een van de charmes van deze miskende stad, met haar lange, rechte lanen, barokke kerken, opeenvolgende pleinen, kilometers gaanderijen en een levendig cultureel leven. Ik kwam er voor het eerst in 2003, toen SN Brussels -nu Brussels Airlines- zijn eerste rechtstreekse vlucht inlegde. Het was zomer en verzengend heet, onze boottocht op de Po werd afgelast vanwege geen water. We werden wel beschermd tegen de felle zon onder de arcaden, 15 kilometer lang, destijds aangelegd om de koninklijke hoofden koel te houden in de zomer, en droog bij sneeuw of regen.
Toen al was ik aangenaam verrast door de allures van de stad. Want ook ik dacht: Torino = Fiat = industrie. Vandaag denken nog veel mensen dat, en dat is jammer. Natuurlijk is het de stad van de Agnellifamilie, maar de auto-industrie heeft er in de jaren negentig een zware crisis gekend, waarop het centrum-linkse stadsbestuur de juiste reactie heeft gehad om een toekomstplan te maken, dat nu in volle uitvoering is. De Olympische winterspelen hebben een en ander versneld. Veel van de mooie maar te drukke pleinen werden verkeersvrij gemaakt. Er zijn bloembakken geplaatst, er werden gevels opgekuist. In historische gebouwen zijn designhotels of hedendaagse restaurants gekomen. Verlaten fabriekswijken werden met Europese steun omgebouwd.
Buiten het historische centrum ligt de stad nu helemaal open; dat is minder aangenaam, en op het spitsuur veroorzaakt dat ellendige files. Maar het hoort bij het plan. La Spina, of de ruggengraat is een lange avenue in wording, op de plaats waar nu de spoorweg loopt. De trein gaat ondergronds en het vroegere industriële stadsdeel zou door de ingreep aansluiting moeten krijgen bij de historische stadskern. Stukken ervan zijn al gerealiseerd. Er zijn dure lofts gekomen, parken met hedendaagse kunstwerken.
Want ook dat zit in het Plan: Turijn mag dan wel wat barokschatten hebben en een van de grootste verzamelingen historische cafés en patisserieën, het wil geen historisch monument worden. November is ieder jaar al de maand van de hedendaagse kunst, met de beurs Artissima, en alle galeries in de stad die hun beste beentje voorzetten. Dan komt alles wat mooi en kunstminnend is uit de wijde omtrek naar Turijn, en slaapt de stad de zaterdagnacht niet.
Maar het hele jaar door is er kunst van vandaag, onder meer in het kasteel Rivoli, net buiten Turijn. Directeur Ida Gianelli (ook curator van het Italiaanse paviljoen op de Biënnale van Venetië dit jaar) volgde Rudi Fuchs op, om maar te zeggen dat we hier niet voor een provinciaal fenomeen staan.
Maar terug naar de stad. Bezoekers kunnen niet voorbij aan de Lingotto. Gebouwd in 1916 als fabriek voor Fiat, was het een gedurfd ontwerp voor de tijd. De band begon beneden en de geassembleerde auto's eindigden vijf verdiepingen hoger, op het dak, waar een testbaan was. Le Corbusier noemde het een van de indrukwekkendste industriële gebouwen en een ''voorbeeld van stadsplanning." In de jaren zeventig raakte de fabriek verouderd en in 1982 werd besloten om ze te sluiten. Maar Fiat is zo innig met de stad verbonden dat er een groot publiek debat op gang kwam over de toekomst van de constructie. Er werd een wedstrijd uitgeschreven, waarbij de beroemde architect Renzo Piano als winnaar uit de bus kwam. Hij verbouwde de fabriek tot een multifunctioneel complex met een hotel, shopping center, concertzalen, enz. De originele testbaan op het dak is nog te zien in de film The Italian Job uit 1969 en tegenwoordig mogen de sportieve gasten van het hotel er 's morgens hun rondjes lopen.
Ook de Pinacoteca Giovanni e Marella Agnelli, de kunstgalerie van de familie Agnelli met haar rijke verzameling, heeft hier een plek gekregen.
Maar Fiat bezette nog andere plaatsen in de stad. Waar nu Spina 3 in volle ontwikkeling is, stond vroeger de staalwalserij. Hier heeft de Zwitserse architect Mario Botta een zeer bijzondere kerk gebouwd. Santo Volto is volledig gebaseerd op het industriële verleden. Van bovenaf gezien heeft de kerk de vorm van een vliegwiel. Het centrale deel is een lumineuze cirkel, met 8 torens eromheen. De verticale opbouw dwingt ook hier tot omhoog kijken, naar de losstaande 'kerktoren'. Dat is de vroegere fabrieksschoorsteen die losstaat van het gebouw, en die omwonden lijkt met metalen stekels, die de doornenkroon van Christus verbeelden. Het sobere interieur is van blond hout en zachte steen, en achter het altaar is een ingenieus bruin-beige portret van Christus gemaakt, dat uit pixels lijkt opgebouwd. De kerk werd dit voorjaar geopend, maar wordt zeker een van de grote bezienswaardigheden van de stad. En om het fabrieksverhaal helemaal volledig te maken: de huidige parochiepastoor was in de jaren zestig-zeventig priester-arbeider.
Niet ver daar vandaan vinden we het hoofdkwartier van Torino World Design Capital 2008. In de voormalige ateliers waar destijds treinwagons, onder meer voor de Orient Express werden gebouwd, zijn nu kantoren, woningen en een supermarkt ondergebracht. Design Capital 2008 is alweer een ambitieus plan om de stad internationaal in de kijker te zetten. Het hele jaar door worden evenementen rond design georganiseerd, en hier gecoördineerd. Alessandro Bertin vertelt enthousiast over de grote plannen om Milaan naar de kroon te steken. Onder meer de uitreiking van de Compasso d'Oro, een grote designprijs, zal dit jaar in Turijn plaatsvinden. Het bureau organiseert zelf een aantal grote tentoonstellingen, zoals een over Olivetti. In de stad van Fiat kan natuurlijk niet over design worden gesproken zonder het over auto's te hebben. De eerste tentoonstelling van een automobieltrilogie loopt al en heeft als onderwerp de '20ste eeuw' (geschiedenis van de automobiel). Daarna volgen 'Speed' (het fascinerende van snelheid, vanaf 19 april) en 'Droom' (de evolutie van de stijl, prototypes, vanaf 18 september). De tentoongestelde auto's zijn deels afkomstig uit het momenteel gesloten Museo Nazionale dell'Automobile, deels uit privécollecties. Sommige ervan worden voor de eerste keer aan het publiek getoond.
Het startschot van het designjaar werd gegeven tijdens een groot feest en workshops op oudejaar. (www.torinoworlddesigncapital.it) In groene containers (groen is de kleur van Torino 2008 World Design Capital) op de Piazza Castello konden toeristen en Torinezen hun eigen designvoorwerp maken. Zo'n 3.000 bezoekers maakten zelf badges, tassen, notaboekjes en lichtobjecten. Op 1 januari opende 'Turning Point Products', over het samengaan van spitstechnologie en ecodesign, en op 18 januari is het de beurt aan 'Human-made Design', dat dieper ingaat op de taak van architectuur en design om de leefomgeving harmonischer, "menselijker" te maken. Zo volgen de evenementen en tentoonstellingen elkaar op, het hele jaar door; de meeste lopen verscheidene maanden. Voor liefhebbers van kunst en vormgeving is er altijd wat te beleven, niet alleen in de stad Turijn, maar in de wijde omgeving. (programma op www.torinoworlddesigncapital.it)
Op wandel door de stad zult u onvermijdelijk vanzelf halt houden bij een of andere oude patisserie of chocoladewinkel, de ene al lekkerder uitziend dan de andere. Ook daar is een link met design. "Patisserie was hier vroeger een afdeling van de richting architectuur", vertelt Laura, "het was een echte toegepaste kunst om de mooiste gebakjes te maken." En ze demonstreert waarom die gebakjes in Turijn altijd zo piepklein zijn: "Je steekt het in je mond, hap, en het is weg, heel elegant. Iets helemaal anders dan wanneer je in een eclair bijt..."
Elegant en discreet, zo is Turijn. Van flamboyante merken of het etaleren van rijkdom moeten ze hier niet weten. Ferrari's rijden er niet rond. Het discrete no-logomerk Hermès heeft hier de grootste zaak buiten Parijs. En het ultieme bewijs? "Turijn is de enige grote Italiaanse stad zonder Versacewinkel. Die heeft hier de deuren moeten sluiten", weet Laura. n
Info
* Turijn heeft een uitstekend werkende dienst voor toerisme. Op www.turismotorino.org vindt u veel informatie.
* Brussels Airlines vliegt dagelijks rechtstreeks op Turijn. Met een beetje geluk en een plaats aan het raam hebt u prachtig zicht op het massief van de Mont Blanc.
* Er zijn comfortabele hotels in verschillende prijsklassen. Ik overnachtte in het zeer mooie en efficiënte Town House, een klein hotel pal in het historische centrum. Vraag een kamer die uitgeeft op de binnenkoer. Die aan de straatkant zijn goed geïsoleerd, maar een raam openzetten is moeilijker. Er is geen restaurant, wel een kleine roomservice en een zeer verzorgd ontbijtbuffet. (Via XX Settembre 70, 10122 Turijn, tel. 0039-11/ 19.70.00.03, www.townhouse.it). Op de hoek is een Exki, voor gezonde snacks.
* Niet te missen: een bezoek aan La Mole, een opmerkelijk gebouw met een adembenemende lift; de zetel van het museum van de Italiaanse film.
* Evenmin te missen: de markt aan de Porta Palazzo, alle dagen. Voeding en alles wat een mens nodig heeft in het leven, aan lage prijzen.
Eten kopen tot 's avonds laat
Eating is an agricultural act, zo luidt de leuze van Eataly. Drie jaar geleden ontstond het plan, nu is het er: een indrukwekkend food project. De voedingssupermarkt van hoge kwaliteit, met een bookshop en een stuk of tien informele eetgelegenheden, blijft open tot 22u30, alle dagen. Iets om jaloers op te zijn. Eataly vond onderdak in de vroegere fabriek van Carpano, een van de vermouts die in Turijn ontstonden. In hetzelfde gebouw kun je overigens het museum van de vermout bezoeken.
Eataly is een ambitieuze opzet die wordt gesteund door de stad, door de regio Piemonte, en zijdelings door de Slow Foodbeweging. De grote hal is opgedeeld in verschillende afdelingen, met telkens een toog of een cafetaria waar je iets van de bewuste producten kunt gebruiken. Indrukwekkend is de lange rij met alle mogelijke vormen van pasta, en zo mogelijk nog indrukwekkender de kasten met soorten olijfolie, gegroepeerd per regio van oorsprong. De mooiste flessen zitten achter glas. In de kelder draait alles rond wijn. Aan grote vaten kun je huiswijn per liter kopen, verderop staan alle Italiaanse specialiteiten, van de courante prosecco's over barolo's en dolcetta's, tot zeldzame zoete moscato's en passito's. Er is een tapasbar in de enoteca en een bierhoek. Eveneens in de kelder is het fijnproeversrestaurant GUIDOperEataly, waar een degustatiemenu met aangepaste Italiaanse wijnen wordt geserveerd voor 80 euro. We hebben er gegeten, de keuken was pico bello, maar de aankleding kan wat gezelligheid verdragen.
Aan de ingang van Eataly, naast de rij kassa's, is een bookshop met een duizendtal titels en magazines. Brood wordt ter plekke gebakken, en er zijn zaaltjes en klassen voorzien voor workshops rond producten en ontmoetingen met producenten.
Op de eerste verdieping zijn 1000 vierkante meter gewijd aan de geschiedenis van de Vermout in Torino. In 1786 werd daar voor het eerst de kruidenwijn gemaakt, die wereldwijd furore zou maken. Martini is nog steeds het bekendste merk.
Slow Food heeft geen aandelen in Eataly, maar steunt het project moreel en hoopt dat het elders in Italië navolging zal krijgen. De zetel van Slow Food bevindt zich in dezelfde streek, in Bra, en om de twee jaar houdt de beweging haar groot evenement in Turijn.
info Eataly, Torino Lingotto, via Nizza 230, www.eatalytorino.it
Chocola en aperitief
"Welk nieuws is er van de cafés vandaag?", placht koning Vittorio Emanuele II zijn raadgevers te vragen, als hij wou weten hoe het met de politieke situatie van zijn land zat. Inderdaad werden een paar hoofdstukjes van de Italiaanse geschiedenis geschreven in cafés van Turijn.
Cavour was klant in Caffè Fiorio (Via PO, 8), Massimo D'Azeglio verkoos Baratti&Milano (Piazza Castello 29). De Gasperi liep geregeld binnen in Caffè Torino (Piazza San Carlo 204). Alexandre Dumas was habitué van Bicerin (Piazza della Consolata 5), terwijl Platti (Corso Vittorio Emanuele II, 72) de favoriet was van Cesare Pavese. Al Bicerin is beroemd voor zijn gelijknamige drankje, een verslavend mengsel van koffie, zwarte chocolade en room. Bij Pepino (Piazza Carignano 8) werd de Pinguino uitgevonden, ijs op een stokje. Dit was het geliefde salon van de familie van Savoie. Pavese en Nietzsche werden geregeld gesignaleerd in Caffè Elena ( Piazza Vittorio Veneto 5). Onder de arcaden staan kleine tafeltjes, vanwaar je een schitterend uitzicht hebt op de heuvels. Specialiteit zijn Piemontese wijnen. Het beste gianduja-ijs eet je bij Caffè Fiorio. Het had de bijnaam 'caffè dei codini' omdat het werd bezocht door aristocraten en hoge officieren, die hun haar in een staart droegen. In Caffè Mulassano (Piazza Castello 15) werden dan weer de tramezzini uitgevonden, boterhammetjes zonder korst met uitgelezen beleg. Hier ontmoetten notabelen en artiesten van het nabije Teatro Regio elkaar.
De wieg van de Lavazza-koffie staat ook in Turijn. In de eerste winkel is nu een intiem restaurant ondergebracht (Via San Tomaso 10).