EconomieLegoland
De strijd in pretparkland: is er nog plaats voor Legoland in Charleroi?
Merlin Entertainments en de Waalse regering praten over de komst van een Legoland-pretpark nabij Charleroi. Of iemand zit te wachten op nog een extra pretpark in West-Europa is nog maar de vraag. ‘Een aantal parken staat het water aan de lippen.’
De industriestad Gosselies, nabij Charleroi, zou zomaar omgetoverd kunnen worden tot een entertainment-walhalla. Uit de assen van het ter ziele gegane Caterpillar zou een Legoland pretpark moeten verrijzen. Althans, als de plannen concreet worden. Op dit ogenblik is er nog niks getekend of afgesproken, interesse is er wel. De Britse firma Merlin Entertainments, eigenaar van de Legoland-parken, onderhandelt met het stadsbestuur. Waals minister van Economie Willy Borsus (MR) heeft dit inmiddels bevestigd. Borsus heeft al contacten gehad met Merlin en er zijn vergaderingen met de investeringsmaatschappij Sogepa, het exportagentschap Awex en de stad aan de gang.
Het attractiepark moet gebouwd worden op een industrieterrein van 93 hectare. Naar verluidt gaat het om een investering van bijna 300 miljoen euro. “Dat is een fiks bedrag”, zegt Steve Van den Kerkhof, de grote baas van de Plopsa-parken in ons land en secretaris bij Belgoparks, de sectorvereniging die de Belgische pretparken overspant. Hoe die financiering er zal uitzien, is nog niet zeker. Er is sprake van een inbreng door Merlin van 100 miljoen, de rest van het bedrag, 200 miljoen euro, zou via investeerders en leningen gebeuren. “We kijken in ieder geval met buitengewone interesse naar het dossier”, zegt Van den Kerkhof. “We volgen met argusogen wat er met de Waalse overheid op dat vlak wordt afgesproken.”
Levensvatbaarheid
De markt in West-Europa is oververzadigd, klinkt het. Duitsland, Frankrijk, Nederland en België hebben allemaal een groot aantal pretparken per inwoners. De concurrentie is hevig in deze markt. Met als gevolg dat het dringen is op de markt. Oost-Europa is eerder een blinde vlek. Legoland heeft in Europa al parken in Denemarken, Duitsland, Italië en het Verenigd Koninkrijk. Alle pretparken zien momenteel door corona hun omzet met ruim de helft terugvallen.John Hodulik, financieel analist van de Zwitserse investeringsbank UBS, stelt zich ernstige vragen over de rendabiliteit en levensvatbaarheid van een groot aantal parken. “Een aantal parken staat het water aan de lippen”, bevestigt Van den Kerkhof.
Opvallend is dat Merlin Entertainments recent zijn aandeelhouders om hulp heeft gevraagd. De groep beheert bekende pretparken als Alton Towers (Groot-Brittannië) en Gardaland (Italië). Ook ketens als Madame Tussauds en Sea Life zitten in hun portfolio. Door de sluiting van die attracties verloor Merlin zo’n 60 miljoen euro. Per maand. Huisaccountant KPMG plaatste knipperlichten bij het voortbestaan van de groep.
Legoland Scheveningen
Met een obligatie-uitgifte van 500 miljoen euro wist Merlin het bloeden tijdelijk te stelpen. Daar betaalt het concern wel een (stevige) rente op van 7 procent. De firma haalde beleggers over door hen te beloven dat ze vooraan de rij staan bij een eventueel faillissement. Qua toekomstperspectief kan dat tellen. Opvallend daarbij is dat Merlin in één adem aankondigde dat het dit jaar 40 procent minder zou investeren dan gepland. “De huidige werkzaamheden zijn gericht op het afronden van lopende projecten en essentieel onderhoud”, stond in een verklaring.
Symptomatisch voor dat alles is het aanmodderen van Legoland Scheveningen. De attractie moest deze zomer opengaan, maar dat is nu voor onbepaalde tijd uitgesteld. Eigenlijk zou het pretpark in 2019 de eerste bezoekers ontvangen, maar de bouw van de attracties en decors liep destijds vertraging op. En toen kwam corona. Hoe dat alles te rijmen valt met een eventuele investering van 300 miljoen euro in Gosselies, op die vraag kregen we geen antwoord bij Merlin. Eind vorig jaar werd het bedrijf voor zowat 5 miljard pond (5,4 miljard euro) van de beurs gehaald door de investeringsmaatschappij van de Deense Lego-familie Christiansen, de vermogensbeheerder BlackRock en het Canadese pensioenfonds CPPI.