ProfielBernard-Henri Lévy
De polariserende Franse filosoof die oorlogsgebieden boven salons verkiest: ‘Ik denk graag met mijn voeten, mijn handen, mijn longen, mijn vlees’
In zijn nieuwe film Slava Ukraini waarschuwt de schrijver en filmmaker Bernard-Henri Lévy voor de hoge prijs die het Westen zal moeten betalen als het er niet in slaagt Poetin in Oekraïne te verslaan. ‘De morele roeping zwijgt nooit voor mij.’
In zijn nieuwe documentaire Slava Ukraini ontwijkt Bernard-Henri Lévy, Frankrijks beroemdste publieke intellectueel, nonchalant Russische sluipschutters in Oekraïne. Hij draagt een kaki kogelvrij vest over een chic maatpak. Hij klimt in Odessa op een Oekraïens marineschip dat de Zwarte Zee afzoekt naar Russische mijnen, zijn grijzende haren wapperen zachtjes in de wind. Hij bekijkt opgeblazen flatgebouwen in Kiev, daalt af in loopgraven met Oekraïense soldaten in Slovjansk en troost een moeder wier jonge zoon zo getraumatiseerd is door de oorlog dat hij niet meer spreekt.
Het is gemakkelijk om Lévy af te doen - en velen doen dat ook - als een 74-jarige roekeloze oorlogstoerist, de erfgenaam van een fortuin die de actieheld speelt terwijl het Russische raketten regent op Kiev, Charkiv en Marioepol. Maar in plaats van het afgelopen jaar door te brengen in zijn met kunst gevulde huis op de Rive Droite in Parijs of te genieten van zijn pensioen in zijn 18de-eeuwse paleis in Marrakech heeft Lévy Russische militaire aanvallen, hoogtevrees en wat hij noemt zijn “natuurlijke neiging tot melancholie” getrotseerd om zijn Oekraïne-film te maken. Het was, zo zegt hij, een noodzakelijke cri de coeur om Oekraïne te steunen in een conflict dat hij ziet als niets minder dan een strijd om de toekomst van Europa, de wereldwijde liberale democratie en de westerse beschaving.
“In Oekraïne had ik voor het eerst het gevoel dat de wereld die ik kende, de wereld waarin ik ben opgegroeid, de wereld die ik aan mijn kinderen en kleinkinderen wil nalaten, zou kunnen instorten”, vertelt hij in februari tijdens een interview in het Carlyle Hotel in New York. Hij doorspekt zijn door een accent gekenmerkt maar vloeiend Engels met toespelingen op Clausewitz, Hegel en de Weense literatuur.
Alomtegenwoordig
Als filosoof, schrijver, televisiepersoonlijkheid en filmmaker is Lévy een typisch Franse denker in een land waar publieke intellectuelen als popsterren worden geëerd. Hij is zo alomtegenwoordig in Frankrijk dat hij simpelweg bekend staat als BHL, zijn initialen zijn verwant aan een Frans luxemerk. Maar hij is ook een zeer polariserende figuur, door sommige critici bespot als een dilettant of een sound bite-filosoof. Lévy lijkt zich echter afzijdig te houden van de kritiek en ziet zijn werk als een hogere roeping. Lévy: “De morele roeping zwijgt nooit voor mij. Ik veronderstel dat ik op een gegeven moment niet meer de kracht zal hebben om de oproep te beantwoorden.”
Slava Ukraini - ‘Glorie aan Oekraïne’ - ging op 22 februari in Frankrijk in première en zal naar verwachting in de komende maanden in de Verenigde Staten worden uitgebracht. De film is het afgelopen jaar opgenomen tijdens meer dan 10 reizen van Lévy naar Oekraïne. De film (Lévy’s tweede over het woedende conflict) wordt geprezen om zijn onverbloemde weergave van de verschrikkingen van de oorlog. “Zonder twijfel heeft Lévy nog nooit zo hard en meedogenloos leed en dood in beeld gebracht”, aldus het invloedrijke Franse tijdschrift L’Express.
Lévy heeft de afgelopen vijf decennia bij het Westen gepleit om te interveniëren in schijnbaar onhandelbare conflicten door zich te begeven op slagvelden in Bosnië, Darfur, Rwanda, Koerdistan, Afghanistan en Libië. Deze keer zegt hij echter dat er veel meer op het spel staat. Als Russisch president Poetin niet wordt gestopt, zo waarschuwt hij, zal er een nieuwe Koude Oorlog ontstaan, met een Rusland, Iran, China, Turkije en islamitische militanten die de wereld bedreigen en nucleaire despoten die het Westen kunnen chanteren. Degenen in het Amerikaanse Congres en de Europese hoofdsteden die klagen dat het bewapenen van Oekraïne te duur is, zo stelt hij, zijn gewoonweg “idioten”.
En waarom draagt hij designerkleding in een oorlogsgebied? “Kleding is niet belangrijk, maar het is een van de kleine tekenen van respect” voor de bevolking van Oekraïne, legt Lévy uit.
‘Botulisme’
Lévy, in 1948 in Frans Algerije geboren in een sefardisch-joodse familie, brak in de jaren zeventig in Frankrijk door als jonge, langharige filosoof die de gevaren van het marxisme aan de linkerzijde in Frankrijk aan de kaak stelde. Hij heeft tientallen boeken geschreven over politiek, filosofie, het jodendom en de Amerikaanse identiteit. Hij was medeoprichter van een invloedrijke anti-racismegroep, werd een lieveling van de media en naar hem werd geluisterd door Franse presidenten.
Toch blijft hij afkeuring oproepen. Hij wordt gehekeld voor zijn openlijke steun aan Roman Polanski en Dominique Strauss-Kahn, die beiden worden beschuldigd van seksueel misbruik van vrouwen. Hij is minstens acht keer het doelgewit geweest van een Belgische taartgooier die het gemunt heeft op hoogdravende figuren en hij is het onderwerp van niet minder dan vier bij momenten vernietigende biografieën. Er wordt vaak een aforisme aan hem toegeschreven: “God is dood, maar mijn haar is perfect.” Lévy: “Ik heb het nooit gezegd, het is nep. Maar ik wil het wel grappig vinden.”
Sommige critici hebben ook de methodologische rigueur van zijn werk in twijfel getrokken. In zijn boek De la guerre en philosophie uit 2010 citeert Lévy uitgebreid Jean-Baptiste Botul, een 20ste-eeuwse filosoof en de grondlegger van een denkschool die bekend staat als het ‘botulisme’. Maar Botul heeft nooit bestaan en is de satirische uitvinding van de schrijver Frédéric Pagès. Lévy was destijds berouwvol en complimenteerde de bedrieger met zijn list.
Jade Lindgaard, een Franse journalist en co-auteur van The Impostor: BHL in Wonderland, een kritisch onderzoek naar Lévy en zijn werk, stelde dat Lévy’s invloed was afgenomen. Deels omdat hij niet meer aansloot bij hedendaagse kwesties, zoals klimaatverandering en de #MeToo-beweging. “Voor mij heeft hij zijn geloofwaardigheid verloren, waarschijnlijk door alle fouten die hij in zijn geschriften heeft gemaakt”, schreef ze in een e-mail. Ze voegde eraan toe dat zijn persoonlijke stijl hem ondermijnde.
Maar zijn verdedigers doen de aanvallen af als weinig meer dan jaloezie over zijn rijkdom, macht en succes. (Hij is getrouwd met de actrice en zangeres Arielle Dombasle.) Hij is, zeggen ze, een man die probeert geschiedenis te maken en vorm te geven, niet alleen erover te schrijven. “De mensen die hem bekritiseren zijn leunstoelintellectuelen die nooit hun Parijse salons verlaten”, aldus Marc Roussel, die samen met Lévy Slava Ukraini regisseerde.
Oorlogscorrespondent
Lévy zegt dat het eerste belangrijke moment dat hem inspireerde om de loze kreten van het klaslokaal achter zich te laten, kwam toen hij begin 20 was, toen hij gehoor gaf aan de oproep van de Franse romancier André Malraux om de separatisten in Bangladesh te helpen in hun strijd tegen Pakistan. In 1971 reisde hij naar Bangladesh, zijn eerste onderneming als oorlogscorrespondent. Lévy: “Op dat moment besloot ik te proberen iets te laten gebeuren, mijn handen vuil te maken aan echte geschiedenis.”
In 1977 schreef Lévy La barbarie à visage humain, een boek waarin hij het marxisme en maoïsme afwees. In plaats daarvan omarmde hij naar eigen zeggen als zijn leidende filosofie het begrip ‘tikkun olam’, het idee dat Joden de verantwoordelijkheid hebben om “de wereld te herstellen” door goede daden.
Volgens Lévy was zijn vader, André Lévy, een selfmade man die in de jaren dertig als tiener de armoede in Algerije ontvluchtte en in Spanje vrijwillig meevocht met de republikeinen tegen Franco. Later sloot hij zich aan bij de Vrije Franse Strijdkrachten en vocht tegen de nazi’s. Bij het vooruitzicht van Bosnisch-Servische sluipschutters in Sarajevo, strijders van Islamitische Staat in de grotten van Koerdistan of Russisch mortiervuur in Oekraïne dacht Lévy naar eigen zeggen vaak aan de moed en fysieke hardheid van zijn vader. “Om mezelf moed te geven, denk ik aan mijn vader die met een groep Marokkaanse strijders de Monte Cassino beklom en de top innam”, zegt hij. Daarmee verwijst hij naar een bloedige strijd in Italië in 1944 voordat de geallieerde legers door de Duitse verdediging braken.
Lévy zegt dat zijn geloof in de kracht van individuen om de wereld wakker te schudden werd versterkt toen hij tijdens de oorlog in Bosnië in de jaren negentig naar Sarajevo ging. Aanvankelijk wilde hij een internationale brigade organiseren om de Bosnische moslimtroepen die tegen de Serviërs vochten te helpen, maar hij besloot dat het effectiever zou zijn om een film te maken. Zijn vader, die hem smeekte niet naar Bosnië te gaan, financierde uiteindelijk de productie, die de Servische wreedheden tegen moslims aan het licht bracht. “Bosnië liet me zien dat ideeën ertoe doen, dat woorden een verschil kunnen maken, dat besluitvormers overtuigd kunnen worden en dat individuen een zandkorrel kunnen zijn die de machinerie blokkeert”, aldus Lévy.
In 2011 speelde hij gedurende ongeveer twee weken een beslissende rol door Nicolas Sarkozy, de toenmalige Franse president, over te halen in Libië in te grijpen. Hij hielp Frankrijk, de Verenigde Staten en de NAVO de weg vrij te maken voor steun aan een beginnende oppositiegroep en een oorlog te beginnen die hielp de Libische leider, kolonel Moammar Kadhafi, omver te werpen. Volgens Lévy was ingrijpen in Libië “de juiste beslissing”. Maar sommige critici wijzen erop dat Libië sindsdien is teruggevallen in chaos.
Hoewel Lévy nauw verbonden is met Frankrijk, zegt hij dat zijn twee grote rolmodellen Ernest Hemingway en F. Scott Fitzgerald zijn, de ene een fysiek imposante man van actie die verslag uitbracht over de Spaanse Burgeroorlog, de andere de koning van de door gin gevoede Jazz Age in het Parijs van de jaren twintig. Lévy: “Ik denk graag met mijn voeten, mijn handen, mijn longen, mijn vlees.”
© The New York Times