De lekkerste sneeuw ter wereld

Een dagje wintersport in de Canadese Rockies kan er zo uitzien: je bindt een paar schaatsen aan en draait elegante rondjes op een meertje omringd door besneeuwde bergen, daarna warm je jezelf op bij een kampvuur op de oever of je springt in een dampend buitenbad met je wollen muts nog op. Want het is koud in Jasper National Park. De thermometer in de auto meldt: -31 graden.

Met zulke kou kun je ook gekke dingen uithalen. Zoals een thermoskan vullen met heet water en die leeggooien hoog boven je hoofd. Vinden ze leuk in Canada. Begrijpelijk, want het effect is spectaculair: het kokend hete water lijkt te ontploffen tot één grote wolk sneeuw die alle kanten opdwarrelt. Want heet water bevriest soms sneller dan koud water. Niet lang over nadenken, gewoon een keer doen.

Het extreme klimaat zorgt ook voor bijzondere sneeuw. Uit de hele wereld komen skiliefhebbers naar de Rockies voor de befaamde poedersneeuw. Stuiter je in de Europese Alpen nog weleens over een keiharde ijsplaat of loop je vast in vieze slush, in Jasper houden ski's altijd grip op de droge poedersneeuw. Je valt ook een stuk zachter. Het heeft al weken niet gesneeuwd als we arriveren, en toch dwarrelt de poedersneeuw rond onze knieën.

Is dat allemaal genoeg om negen uur in een vliegtuig te zitten voor een weekje wintersport? Waarschijnlijk niet. Wie naar Canada vliegt, kan ook beter wat langer blijven. En dingen doen die niet kunnen in de Alpen. Zoals schaatsen op bergmeren of meegaan op een lange hondensledetocht met wildernislunch.

Gesmolten kaas

Blijf een paar dagen hangen in oliestad Edmonton. Daar blazen ze het centrum net nieuw leven in. Onder meer met de opening van een ultramodern sportstadion, waar 18.000 fans verspreid over vijf verdiepingen hun ijshockeyteam Edmonton Oilers volgen.

"Het is hier fijn wonen", zegt student Josh (18), die ergens boven in het stadion zit. "Waarom? We zijn een grote stad, maar dan zonder grotestadbewoners." Josh bedoelt: Edmonton is een stad voor werklui en studenten. Die graag 'poutine' bestellen (friet met gesmolten kaas en saus) en hun Moosehead-bier drinken in oranje Oilers-shirts. Veel mannen rijden rond in een pick-uptruck met een sneeuwscooter achterop of gaan moutainbiken langs de oever van de Saskatchewan-rivier.

Niettemin wil Edmonton verfijnen. Lunchtentjes zijn in opkomst, zoals Little Brick Café, waar sla wordt geserveerd die is gekweekt in oude fabriekspanden. De chef van het bekroonde restaurant RGE RD wijst op complete koeienkarkassen die aan haken hangen: "We proberen hier het hele dier te gebruiken." Geserveerd met geroosterde spruiten uit de houtoven en pecorino uit Alberta.

Geen hockeyshirt te bekennen in cocktailbar Clementine. "Dit is onze manier om de stad te heroveren", zegt de 26-jarige eigenaar Evin (strikje, brillantine). Volgens hem was het centrum morsdood, totdat jonge ondernemers zaakjes openden waar ambachtelijkheid weer centraal staat. "Al kost het moeite, dat we iets goeds maken, het liefst met ingrediënten uit de omgeving, geeft voldoening." Van de zeven soorten absint op zijn kaart komt er ook eentje uit de Canadese Okanagan-vallei.

Bizons en kabouters

Buiten de stad ligt Elk Island National Park, waar je mooi kunt winterwandelen. Pas wel op voor de negenhonderd bizons die er wonen. "Eerst laten ze hun imposante zijkant zien", waarschuwt een boswachter. "Daarna sperren ze hun ogen open en steken hun staart omhoog als een vraagteken. Tot slot vallen ze aan. Of ze rennen weg."

Op knerpende sneeuwschoenen lopen we langs een bevroren meer. Nog maar net onderweg en we zien al twee grote, zwarte gedaanten in de bosrand liggen. Dat kunnen geen echte bizons zijn, flitst het hoopvol door ons brein, totdat de eerste stier briesend opstaat. Het beest kijkt met grote ogen op ons neer en blaast witte stoom uit zijn neusgaten. Als bange kaboutertjes lopen we achterwaarts terug.

Op vier uur rijden ligt het Jasper National Park. Ver weg? Geeft niks, de winterse prairie is prachtig en we luisteren onderweg naar de laatste cd van de band Scenic Route to Alaska.

Een vreemde naam, totdat je het verkeersbord met dezelfde tekst passeert. Dan begint het dagdromen: waarom slaan we niet rechtsaf bij deze verlaten viersprong en rijden we gewoon 3.000 kilometer door naar Fairbanks?

Onderdruk die neiging, de Rockies naderen. Links en rechts verschijnen steile wanden van graniet, dampende azuurblauwe rivieren en groepjes dikhoornschapen die pekel van het asfalt likken. Jasper is als een Canada-poster waar je kampeert aan een azuurblauw bergmeer, omgeven door naaldbomen en gletsjers, en uit het raam hangt op de hoge Icefields Parkway - volgens sommigen de mooiste autoroute van Noord-Amerika. Van de twee miljoen bezoekers die hier jaarlijks komen, arriveert maar een fractie in de winter. Terwijl bevroren meren ook mooi zijn en er kan worden geskied bij Marmot Basin, een stompe berg met zes liften. Doordeweeks is het lekker rustig, zeg maar: bijna uitgestorven. Het leukste is om zigzaggend tussen de bomen te skiën; Canadezen interpreteren een piste erg ruim.

De kou is een beleving op zich. Twee lange onderbroeken onder je skibroek, een muts onder je helm en een neopreenmasker op je neus: de vorst krijgt je toch te pakken. Je wangen trekken strak, je neusgaten plakken aan elkaar.

En dan begrijp je waarom er bijna niemand op straat loopt in Jasper. Het is maar twee blokken van de populaire wasserette-met-coffeeshop naar de buurtbioscoop, en toch pak je de auto.

Barista Byrd tekent een mooie grizzlybeer in het melkschuim. Vraag hem naar het verschil tussen zomer en winter. "Het leven is nu trager. En het publiek jonger." Trots: "Jasper is een local town, we hebben niet eens een Starbucks."

Jasper is het rustige zusje van het naastgelegen Banff National Park, aan de andere kant van de panoramische Parkway. Veel Canadezen slapen buiten het park in stadjes als Hinton en Valemount.

Sneeuwscooteren, heli-skiën en hondensleetochten maken mag daar ook. We volgen met plezier een azuurblauwe rivier die tussen witte dennenbomen kronkelt. Halverwege braden we worsten op een kampvuur en ontdooien onze vingers.

Natuurlijk kun je in Canada in een trailerhome langs de snelweg slapen. Maar na zo'n lange vlucht is het historische Fairmont Lodge een beter idee: een jacuzzi buiten biedt uitzicht op besneeuwde bergen en binnen drink je in een chesterfield warme appelcider bij de open haard. De Canadese Spoorwegen zetten de lodge er ooit neer om meer treinkaartjes te verkopen. Inmiddels is het een bestemming op zich. Kun je je geen kamer veroorloven? Eet er dan een bizonburger.

Praktisch

Brussel Airlines vliegt meerdere keren per week naar Edmonton, brusselsairlines.com

Cool hotel met cocktailbar en vintage speelhal: Crash Hotel, crashhotel.com

Eten kan bij RGE RD: rgerd.ca, Little Brick Cafe: littlebrick.ca, Elm café: elmcafe.ca, District Café: districtcafe.ca

Beste cocktails in Clementine: barclementine.ca

Er is een nieuw stadion, Rogers Place: rogersplace.com

Mountainbikeverhuur: revolutioncycle.com

Festivals en meer in Edmonton: exploreedmonton.com

Toegang tot Jasper National Park kost 7 euro per dag: pc.gc.ca. Dit jaar zijn alle parken gratis vanwege een jubileum.

Iconisch hotel: Fairmont Jasper Park Lodge, fairmont.com

Eenvoudiger hotel: The Crimson Jasper, mpljasper.com

Leukste café annex wasserette: Snowdome, 607patricia.com

Skipas: skimarmot.com

Huskytocht: Cold Fire Creek Hondenslee: dogsleddinginjasper.co