'Dag van Woede' verloopt rustiger dan gevreesd
Hoewel de gevreesde 'Dag van Woede' uitbleef, liepen de spanningen op tijdens het vrijdaggebed op de Tempelberg in Jeruzalem. Al bleef het vooral bij verbaal geweld. De boosheid van de moslims is niet alleen gericht tegen Israëli's, de hele Arabische wereld moet het ontgelden.
"We verdedigen de Al Aqsa-moskee met ons bloed." Zo'n 2.000 moslims, met vuisten in de lucht, heffen een spreekkoor aan. Ze staan tegenover een haag van enkele tientallen zwaar bewapende politieagenten, die zichtbaar zenuwachtig zijn.
De menigte heeft kort tevoren gebeden op straat, noodgedwongen, want de Al Aqsa-moskee is slechts toegankelijk voor mannen boven de 50 en vrouwen. Het is een enorme domper voor de moslims, die een dag eerder van de Israëlische autoriteiten wel toestemming hadden gekregen om er te bidden.
"Donderdag mocht je met ons zingen en dansen, nu moet je ons condoleren", zegt de 28-jarige Zidan Abu-Sarah, die in een overbevolkt Palestijns vluchtelingenkamp in Jeruzalem woont. De imam van de lokale moskee had besloten dat het gebedshuis gisteren gesloten zou blijven, opdat alle gelovigen naar de Al Aqsa konden gaan. De politie van Jeruzalem stak er een stokje voor. Zo komt het dat jonge mannen als Abu-Sarah op straat hun gebedskleed moeten uitrollen, achter een checkpoint van de politie. Niet eens in Jeruzalems ommuurde Oude Stad, waar de Al Aqsa-moskee staat, maar honderden meters verderop. De Oude Stad is veranderd een vesting, waar de politie 's ochtends al in groteren getale aanwezig is dan middenstanders die vergeefs wachten op klandizie, ultra-orthodoxe joden die haastig gaan bidden aan de Klaagmuur, en Aziatische toeristen die normaliter in horden door de nauwe straten trekken.
Van euforie tot verbittering
Abu-Sarah en een 24-jarige vriend, Mutaz Shibat, voelen zich 'diep vernederd' dat ze op straat moeten bidden. "De Israëli's blijven ons gewoon controleren." De euforie die zich eerder deze week van Palestijnen meester maakte, is alweer omgeslagen in verbittering.
Die euforie, door een Israëlische kenner van Jeruzalem aangeduid als 'de verlate Arabische Lente van de Palestijnen', volgde op twee beslissingen van de Israëlische autoriteiten. In de nacht van woensdag op donderdag had Israël de veiligheidscamera's verwijderd die waren opgehangen rond de moskee, nadat op 14 juli bij een van de toegangspoorten twee politieagenten waren gedood door Arabische schutters. Eerder in de week ontmantelde Israël al de gehate detectiepoortjes die na de aanslag waren geplaatst bij de ingangen van de Tempelberg. Moslims zagen het als een groot succes; ze hadden geweigerd zich aan de veiligheidseisen te onderwerpen en gingen uit protest dag in, dag uit op straat bidden.
Donderdag konden zij zonder beperkingen in drommen de moskee betreden - zij het onder toeziend oog van een enorme politiemacht. Het draaide uit op onlusten, en zoals gebruikelijk lopen de lezingen van Palestijnse en Israëlische zijde uiteen. "De Israëli's gunden ons onze vreugde niet, en begonnen rubberen kogels af te vuren toen er een paar stenen door de lucht vlogen", zegt de 50-jarige Abed Ammori, die erbij was. "De vreugde mondde uit in grootschalig geweld tegen ons", aldus politiewoordvoerder Mickey Rosenfeld.
Hoe dan ook, het resultaat is dat de politie gisteren in alle vroegte besloten heeft zo min mogelijk moslims toe te laten. Door een leeftijdsgrens te trekken, waaraan strikt de hand wordt gehouden. Door bussen tegen te houden die met Israëlische Arabieren vanuit het noordwesten op weg zijn naar Jeruzalem. Door inwoners van de bezette Westelijke Jordaanoever een uitreisverbod op te leggen.
Het komt de politie op scheldpartijen en beschimpingen te staan. Abed Ammori, tegen een uit Ethiopië afkomstige politieagent: "In jouw land was je van de honger omgekomen geweest, hier denk je dat een held bent." Een andere moslim, tegen een agent van Arabische herkomst: "Je mag dan een Arabier zijn, voor mij ben je vuilnis." Maar het blijft in en om Jeruzalem vrijwel overal bij verbaal geweld; anders dan een week geleden toen bij botsingen tussen demonstranten en de politie vijf doden vielen. Wel wordt vrijdag in de buurt van Bethlehem een 16-jarige Palestijn doodgeschoten die geprobeerd zou hebben een Israëlische militair neer te steken.
Gratuite steun
De woede van menig moslim is niet alleen gericht tot Israëli's, maar ook tot de leiders van de Arabische wereld "die ons in de steek gelaten hebben", zoals de 62-jarige Palestijnse oud-journalist Hassan Dandiss het uitdrukt. "Het bleef vooral stil, enkele gratuite steunbetuigingen daargelaten." Landen als Turkije, Jordanië en Marokko veroordeelden weliswaar de Israëlische veiligheidsmaatregelen, maar verbonden er geen diplomatieke of andere consequenties aan. Dandiss: "Palestijnen, we zijn in Jeruzalem met ongeveer 100.000 man, hebben het werk opgeknapt voor 1,5 miljard moslims in de hele wereld." De moskee en de nabijgelegen Rotskoepel behoren tot de belangrijkste islamitische heiligdommen.
Over de Palestijnse president Mahmoud Abbas valt ook weinig goeds te horen. "Hij lift mee met het spontane protest", verduidelijkt de Palestijnse politiek analist Bassem Eid. "Abbas heeft 25 miljoen dollar beloofd voor noodlijdende bedrijven in Jeruzalem, de renovatie van vervallen panden, betere medische zorg, enzovoort. Hij zei dat hij 'de vastberadenheid van onze mensen in Jeruzalem' wil belonen en stimuleren. Maar het gaat hem er vooral om zijn eigen populariteit op te vijzelen."