Cecilia Bartoli
Maria
Rariteitenkabinet of ingenieuze vondsten?
Diva's onder elkaar
Cecilia Bartoli, diva van beroep, heeft er een gewoonte van gemaakt om de twee jaar uit te pakken met een cd-project van rariteiten of beter: ontdekkingen. De bedoeling is telkens er enkele honderdduizenden van te verkopen en meestal lukt dat nog ook. En terecht.
Deze keer kruipt la Bartoli in de huid van een van haar meest illustere voorgangsters, Maria Malibran. Het geeft haar enerzijds de gelegenheid een aantal rollen voor zich te claimen die tot nu toe tot het jachtgebied der sopranen behoorden, zoals Norma en Amina (uit La Sonnambula) van Bellini. Bartoli's versies van 'Casta Diva' en 'Ah! Non credea mirarti' behoren op slag tot de canon: ze zijn niet zo ijl als de interpretaties uit de vroege twintigste eeuw (bijvoorbeeld van Adelina Patti of Nellie Melba) en niet zo emotioneel gebeiteld als die van Callas maar halen alles uit de stukken wat er aan contrast, detail en nuance in zit. Vervolgens delft Bartoli enkele belangwekkende meesterwerken op, met name de scène 'Infelice' van Mendelssohn, een overdonderend concertstuk met een prachtige, lyrische vioolsolo (waarvoor eventjes Maxim Vengerov werd ingehuurd). In dat alles zorgt het voortreffelijke barokorkest van de opera van Zürich La Scintilla onder leiding van Adam Fischer voor fonkelende kleuren in de begeleiding. Tot slot grasduint Bartoli in de bibelots die eveneens tot het basisrepertoire van elke negentiende-eeuwse diva behoorden en krijgen we virtuoze onzin te horen zoals een jodelende 'Air à la Tirolienne' van Hummel, een castagnettenklepperende 'Yo que soy contrabandista' van Malibrans vader Manuel García of Malibrans eigen pseudomilitaire compositie 'Rataplan'.
Het zal niet verwonderen dat Bartoli een ijverig verzamelaarster is van Malibranmemorabilia. Daarmee reist ze in een 18 meter lange truck Europa rond. Van 27 tot 29 september staat de truck in Brussel, nabij Bozar. Hij is gratis toegankelijk. (Decca)
JJJJ