'Boeken lezen? Zonde van de tijd'
Ze werken in hun eerste baan, kinderen zijn nog niet in beeld maar ze hebben het razend druk. Ze willen 'goed geïnformeerd' blijven, maar het boek is daarvoor niet het meest geschikte medium. Wel internet, of de krant - in het weekend. Boeken lezen, dat komt er niet meer zo van bij jonge mannen die gestudeerd hebben aan de universiteit of hogeschool. Toch wel jammer, vinden sommigen. En vindt hun moeder, en vindt hun vriendin. Ontbreekt bij mannen een lees-gen? 'Er zijn efficiëntere manieren om je te ontwikkelen dan een boek te lezen.'
Amsterdam / de Volkskrant
Aleid Truijens
Tot zijn 25ste was Michael Thijssen (27), sinds twee jaar manager in de automatisering, een gretige lezer. Na de kinderboeken kwam het echte werk, de literatuur. Omdat hij van lezen hield, ging hij Engels studeren. Stapels boeken verslond hij, van Shakespeare tot Roth, veel meer dan de verplichte nummers. De voor de Booker Prize genomineerde boeken las hij, jaar in jaar uit, allemaal.
Twee jaar geleden was het ineens afgelopen. "Ik vind het jammer, maar ik moet bekennen dat ik zelden meer lees", zegt hij. Hij studeerde af, kon geen baan vinden op zijn vakgebied en kwam terecht in de automatisering. Minimaal vijftig uur in de week werken, plus vijftien uur reistijd. "Waar ik werk wordt van nieuwkomers verwacht dat ze zich bovenmatig inzetten. En dan is het 's avonds, nadat er de hele dag aan je is getrokken, wel op." In het weekend neemt hij de krant grondig door. En in de vakantie leest hij nog wel eens een boek. "Maar ik moet zeggen, het peil zakt. Vaak grijp ik dan naar iets ontspannends, een Grisham of Stephen King."
Thijssen is geen uitzondering. Lezen, het komt er gewoon niet meer van. Hij en zijn generatiegenoten doen de gemiddelde 'leestijd', die in het langlopende tijdbestedingsonderzoek van het Nederlandse Sociaal en Cultureel Planbureau wordt bijgehouden, gestaag dalen. Sinds 1975 is er in Nederland, zoals in alle westerse landen, sprake van 'ontlezing'. Het verschijnsel is virulent aanwezig in alle bevolkingsgroepen, behalve bij vrouwen geboren vóór 1950. Die zijn steeds meer gaan lezen, want ze beschikken over een schaars goed: tijd.
Hoeveel jonge, hoogopgeleide mannen precies lezen, is niet bekend, maar uit tendensen in het SCP-onderzoek is wel op te maken dat het er weinig zijn. Volgens de laatste metingen, over het jaar 1995, is iedereen in zijn vrije tijd minder gaan lezen: de totale tijd besteed aan kranten, tijdschriften en boeken daalde van 2,5 uur per week in 1975 naar 2 uur. Jongeren lezen minder dan ouderen, mannen minder dan vrouwen. Scholieren en studenten lezen het minst, een halfuurtje per week. En als ze lezen, is het voor school. Maar de daling was het scherpst bij werkende mannen: van 2,9 naar 2 uur.
Boeken lezen wordt meer en meer een vrouwenbezigheid. Huisvrouwen lezen veel boeken: 1,7 uur per week. Twee van de drie lezers van literatuur zijn vrouwen. Mannen én vrouwen met een hogere opleiding lezen nog altijd meer boeken dan anderen, maar niet zo gek veel meer: 1,8 uur per week. De leeftijdsgroep van 20 tot 34 jaar moet een schrikbeeld voor de boekhandelaar zijn: zij besteedden nu nog 0,7 uur aan het lezen van een boek, een halfuur onder het landelijk gemiddelde, precies even weinig als 'werkende mannen'. We zijn nu zes jaar verder, de cijfers voor 2000 die het SCP momenteel verzamelt, zullen een verdere daling te zien geven.
Niettemin vindt 74 procent volgens een onderzoek van de Koninklijke Vereniging van het Boekenvak in 1997 een boek lezen "in principe prettig om te doen". Maar tussen zeggen en doen staan praktische bezwaren. Een boek lezen kost tijd, en tijd is voor afgestudeerde twintigers kostbaar, ook al behoren ze nog niet tot de groep die volgens het SCP het allerdrukst bezet is: de dertigers en veertigers met kinderen én een baan. Het kan dus alleen nog maar minder worden.
Ook Peter van der Bloemen (29) kent het gevoel. "Telkens als ik weer een boek lees, denk ik: waarom doe ik dit toch niet vaker? Ik ben dol op lezen, maar aan meer dan vier à vijf boeken per jaar kom ik niet toe sinds ik een baan heb." Hij studeerde politicologie en werkt als projectmanager voor de Immigratie en Naturalisatiedienst. "Je moet er moeite voor doen, dat is het. Ik woon samen, werk, leid een gestructureerd leven. Toen ik studeerde, trok ik met gemak een paar dagen uit voor een boek. Zag ik in de boekhandel een boek over de KGB, dan dacht ik: ha! Ik kocht het en las het meteen. Zomaar privé eventjes iets lezen is er niet meer bij."
De angst om voor cultuurbarbaar versleten te worden omdat je geen boeken leest, is verdwenen. Iedereen kijkt veel tv, dat is vanzelfsprekend, en de sociale controle erop ontbreekt. Er zijn zoveel zenders dat de kans klein is dat twee mensen hetzelfde hebben gezien. En daarbij, zelfs de meest fijnbesnaarde persoon mag vinden dat hij na een dag hard buffelen op kantoor een lekkere foute knokfilm heeft verdiend. Bij sommigen bleef een vaag onbehagen: het zou anders moeten. Veel jonge hoogopgeleiden zijn die schaamte echter allang voorbij.
"Gêne? Omdat ik weinig lees?", ook Alexander Crena de Iongh (29, civiele techniek; bijna afgestudeerd in bedrijfskunde) moet erom lachen. "Het is bijna andersom, zou ik zeggen. Als iemand tegen mij zou zeggen: ik lees elke dag een boek, dan zou ik vragen: heb jij niets beters te doen? In ieder geval vind ík het zonde van mijn tijd." Hij is "behoorlijk geïnformeerd". Door zijn studie, vooral. En hij zit een klein uur per dag op internet. Als hij een dag vrij heeft, koopt hij een krant. Hij kijkt wel tv, af en toe voor de lol een serietje, maar zelden een film, "dat kost zoveel tijd." Dat boeken je kijk op de wereld kunnen vergroten, vindt hij een achterhaalde gedachte: "Er zijn efficiëntere manieren om jezelf te ontwikkelen."
Sociologie
'Als iemand tegen mij zou zeggen: 'Ik lees elke dag een boek', dan zou ik vragen: heb jij niets beters te doen?'
(Foto Dieter Telemans)