Donderdag 23/03/2023

Blijven zoeken naar E.T. of toch beter niet?

Al meer dan 60 jaar speuren wetenschappers de kosmos af op zoek naar buitenaards leven. Het project Search for Extraterrestrial Intelligence wil nu krachtigere signalen uitzenden om die zoektocht te versnellen. Een slecht idee, menen critici. 'Dit zou weleens de grootste fout van de mensheid kunnen zijn.'

Wie dacht dat alleen nerds en sciencefictionfans zich druk kunnen maken over buitenaardse wezens, heeft het goed mis. Op de jaarlijkse bijeenkomst van de American Association for the Advancement of Science (AAAS) in Californië is het tot een heftige discussie gekomen tussen enkele Amerikaanse wetenschappers. Onderzoekers van het instituut Search for Extraterrestrial Intelligence (SETI) willen namelijk actiever op zoek gaan naar buitenaards leven.

Al sinds de jaren 60 speuren gerenommeerde wetenschappers van het instituut het heelal af, in de hoop radiosignalen van buitenaards leven op te vangen. Omdat de aanpak weinig resultaat oplevert, wil men een versnelling hoger schakelen. "Een deel van de mensen die bij SETI werken, wil dat we een meer actieve rol spelen", zegt SETI-directeur Seth Shostak aan BBC News. "Niet alleen luisteren, maar zelf ook signalen naar nabijgelegen sterren verzenden. Misschien bestaat de kans wel dat we een antwoord krijgen."

Daarom zal de werkgroep METI, Messages to Extraterrestrial Intelligence, binnenkort krachtige radioboodschappen versturen naar sterren die minder dan 20 lichtjaar van onze planeet verwijderd liggen. Concreet komen Kapteyn (op 13 lichtjaar), Kepler-298 (11,9 lichtjaar) en de dwergster Gliese 832 (16,1 lichtjaar) alvast in aanmerking. Het zijn stuk voor stuk aardachtige hemellichamen, waar leven eventueel mogelijk is.

Critici noemen het voorstel van Shostak levensgevaarlijk. De radiosignalen zouden immers de aandacht van kwaadwillige buitenaardse wezens kunnen trekken, met de ondergang van onze planeet tot gevolg. Professor David Brin, astrofysicus en ex-adviseur bij de NASA, gaf samen met enkele andere collega's meteen zijn ontslag in enkele SETI-commissies toen de plannen bekend raakten. "Bestaat de kans, hoe klein ook, dat de mensheid een kolossale vergissing maakt door zich aan aliens kenbaar te maken?", vroeg Brin zich af op de AAAS-conferentie. "De arrogantie van zomaar wat te roepen in de kosmos, zonder vooraf een risicoanalyse te doen, is te gek voor woorden. Dit voorstel brengt onze kleinkinderen in gevaar."

Om hun betoog kracht bij te zetten, zwaaiden de wetenschappers met een uitspraak die de bekende astrofysicus Stephen Hawking enkele jaren geleden al deed. Die waarschuwde toen al voor de gevaren van een mogelijke buitenlandse invasie. "Het resultaat zou vergelijkbaar zijn met wat er gebeurde toen Columbus Amerika ontdekte. Dat liep slecht af voor de inheemse Amerikanen."

Zorgen voor niets, pareert Shostak de kritiek. Volgens hem is er geen enkele reden om aan te nemen dat de planeet vernietigd zal worden. "Ik zie niet in waarom aliens dat zouden doen", aldus Shostak aan BBC. "We sturen al bijna 70 jaar signalen de ruimte in. Elke beschaving die naar hier zou willen komen en onze dag wil verpesten door de planeet in brand te steken, weet al lang dat we hier zijn."

Terwijl de Amerikanen zich druk maken over E.T. en co, reageren heel wat Europese wetenschappers meer gelaten. "Vanuit Amerikaanse hoek is er sneller meer steun voor zulke onzekere onderzoeken", zegt professor Sterrenkunde Leen Decin (KU Leuven). "In Europa is men minder happig, al heb je ook daar voor- en tegenstanders. Zelf ben ik eerder sceptisch. SETI gebruikt radiosignalen om naar buitenaards leven te zoeken. Die techniek bestaat nog maar zo'n 70 jaar, terwijl de aarde 4,5 miljard jaar oud is. De kans dat een andere beschaving op exact dezelfde manier via radiogolven communiceert, is heel klein." Als er bovendien leven zou zijn, dan geraken we daar toch niet, besluit Decin. "Wie naar de sterren wil, is jaren onderweg. Maar SETI redeneert: als we niet zoeken, kunnen we ook niets vinden."

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234