PortretBjörn Höcke
Björn Höcke, de man die de Duitse AfD nog radicaler naar extreemrechts trekt
Vanuit de Oost-Duitse deelstaat Thüringen probeert Björn Höcke de Alternative für Deutschland (AfD) nóg verder naar rechts te trekken. De partijleiding verbood zijn onderafdeling, de veiligheidsdienst bespioneert hem, maar toch groeit zijn invloed. Wie is hij?
Toen de lokale partijchef van Alternative für Deutschland (AfD) deze maand betogers toesprak in Gera, een stadje in de Oost-Duitse deelstaat Thüringen, deed hij dat in opvallend gezelschap. Op het podium die dag gingen verschillende bekende rechts-extremisten en hele of halve neonazi’s hem voor. Leiders van groepen als de Vrije Saksen en de Vrije Thüringers. De hoofdredacteur van het lijfblad van extreemrechts, Compact. Stuk voor stuk mensen die vanwege hun ideeën onder observatie van de veiligheidsdienst staan – net als Björn Höcke zelf.
Officieel is Höcke (50) slechts fractievoorzitter van de AfD in Thüringen. In de praktijk is hij de ongekroonde koning van de partij, met een landelijke aanhang en een netwerk dat de invloed van de partijleiders lijkt te overstijgen.
Neonazi-mars
Höcke is een AfD’er van het eerste uur. Hij werd geboren in het West-Duitse Noordrijn-Westfalen, en werkte onder meer als sport- en geschiedenisleraar. Vanaf 2003 schreef hij regelmatig brieven naar lokale kranten, waarin hij onder meer de Holocaust relativeerde. In 2008 verhuisde hij naar Thüringen, waar hij volgens weekkrant Die Zeit bevriend raakte met een lid van de min of meer openlijk neonazistische Nationaldemokratische Partei Deutschlands (NPD). In 2010 woonde Höcke een neonazi-mars bij. In 2013 hielp hij in Thüringen de AfD oprichten.
Sinds de vluchtelingencrisis van 2015 werpt Höcke zich op als vertegenwoordiger van de uiterst rechtse vleugel binnen de AfD, waar tot voor kort ook nog een gematigde stem klonk. Daartoe richtte hij zijn eigen afdeling op, simpelweg Flügel, vleugel. De afdeling werd een samenraapsel van iedereen binnen de AfD die vond dat de partij een nationalistischer koers moest varen, en bepleitte steeds meer een afkeer van de Duitse politiek als geheel. In 2020 bestempelde de Duitse binnenlandse veiligheidsdienst Flügel als “tegen de vrije democratische rechtsorde”, en plaatse haar leden onder observatie (inmiddels geldt dit voor de hele AfD).
Flügel is inmiddels formeel ontbonden, maar het netwerk, Höckes machtsbasis, is nog altijd springlevend. Hij timmert nu gestaag aan een route naar de macht. Die begint op de straten van Oost-Duitsland, maar politiek Berlijn komt nu duidelijk in zicht. Met dank aan de zoveelste crisis.
Höckes AfD
De afgelopen jaren is extreemrechts in Duitsland niet alleen enorm gegroeid qua aantallen en organisatiegraad, maar ook radicaler geworden. De coronaprotesten zorgden voor een nieuwe kans om op angsten in te spelen en mensen te mobiliseren. En nu drijven de hoge energieprijzen wekelijks tienduizenden de straat op in Oost-Duitse steden. Bij het kanaliseren van al die woede en onvrede in het oosten is de regie nu in handen van de AfD. In Thüringen is dat Höckes AfD.
Dat zegt de vermaarde rechts-extremisme-onderzoeker Matthias Quent van het Institut für Demokratie und Zivilgesellschaft. “De demonstraties van de afgelopen weken waren eigenlijk geen sociale protesten”, zegt Quent. “Die komen nu pas op gang, met bijvoorbeeld vakbonden. In Thüringen coördineerden de initiatiefnemers van de protesten tot nu toe hun tienpuntenplan met de lokale AfD. Met Höcke dus. Eén van de eisen gaat over energie, maar de rest gaat vooral over immigratie en coronapolitiek.”
Ook de AfD is de afgelopen jaren duidelijk geradicaliseerd, zegt Quent. “Steeds meer gematigde leden hebben de partij verlaten, terwijl de aanhang van Höckes extreemrechtse vleugel is gegroeid.”
Höckes strijd is tegen het systeem, en zijn methode is het discours naar rechts drijven door twijfel te zaaien: over de politiek, de wetenschap, de media, de rechtbanken. Een geliefd doelwit van zijn woede is wat hij “het regenboog-imperium” noemt. Volgens hem is er een liberale samenzwering die kinderen vanaf zeven jaar oud hun geslacht wil laten kiezen en abortus tot de negende maand wil toestaan. “Zij willen de zielen van onze kinderen, lieve vrienden”, aldus Höcke.
Hij ziet het als de uitwas van het liberalisme dat de VS en Duitsland hun bevolkingen willen opdringen. Landen als Rusland, Servië en Hongarije daarentegen hechten nog belang aan waarden als familie, de natie, en “de innerlijke gezondheid van het volk”. De oorlog in Oekraïne is volgens Höcke een strijd tussen het regenboogimperium onder leiding van de VS, en Rusland. “Als ik in deze situatie moest kiezen”, zei Höcke in Gera, “dan koos ik voor het Oosten.”
Eén partijleider
De maatschappij is kapot en het systeem moet omver. En alleen de AfD kan daarvoor zorgen.
Dat vindt niet alleen Höcke. Ondanks alle zorgen van de afgelopen crisisjaren lukte het de AfD tot voor kort nauwelijks om electoraal gewin te behalen. Bij de landelijke verkiezingen in 2021 kreeg de partij 10 procent van de stemmen, iets minder dan in 2017. Maar dat begint te veranderen. In de oostelijke deelstaten is de AfD sinds september de grootste in de peilingen, met 27 procent. Landelijk staat ze nu op 15 procent. Höcke ziet zijn moment dichterbij komen.
Tijdens het laatste partijcongres werden Tino Chrupalla en Alice Weidel gekozen tot partijleiders, een dubbele leiding is normaal bij Duitse politieke partijen. Höcke had zichzelf niet verkiesbaar gesteld. In plaats daarvan diende hij een motie in. Höcke wilde de statuten zodanig veranderen dat het partijleiderschap in de toekomst ook bij één persoon kan liggen. Hij kreeg zijn wens, met ruim tweederde van de stemmen.
In 2024 kiest de AfD een nieuwe leider.
3x Björn Höcke
In 2018 overleefde Höcke een royementsprocedure binnen de AfD na zijn kritiek op de Duitse omgang met de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust. “Deze stomme politiek van het verleden een plek geven, verlamt ons”, had Höcke gezegd. De herinneringspolitiek moet “180 graden gedraaid”.
Höcke lokt regelmatig kritiek uit met fascistisch taalgebruik, die hij doorgaans pareert door te stellen dat kwaadwillenden zijn woorden onbedoelde betekenis toedichten. Toen hij in 2015 onder vuur kwam nadat hij Duitsland “een toekomst van duizend jaar” toewenste, een uitspraak die associaties oproept met het door Hitler gewenste duizendjarige rijk, klaagde hij dat men in Duitsland niet eens het getal duizend meer kon gebruiken.
Höckes kernpunt blijft immigratie. “De zogenaamde immigratiepolitiek”, zei hij in 2019, “is niets anders dan een van bovenaf opgelegde revolutie om het Duitse volk af te schaffen”.