Donderdag 08/06/2023

NieuwsNederland

Bewijs dat voorganger ABN Amro spil in slavernij was: Nederlandse bank biedt ‘diepgevoelde excuses’ aan

Het hoofdkantoor van ABN Amro aan de Zuidas in Amsterdam. Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant
Het hoofdkantoor van ABN Amro aan de Zuidas in Amsterdam.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

Banken waaruit het Nederlandse ABN Amro is voortgekomen, waren veel vaker en directer betrokken bij de slavernij dan tot nu toe werd aangenomen. Zo werd er niet alleen stevig aan slavernij verdiend, maar bemoeiden bankiers zich ook nadrukkelijk met de bedrijfsvoering op plantages. Een van de banken bleek zelfs eigenaar van slaven.

Ashwant Nandram

ABN Amro ging gisteren, bij de presentatie van het rapport over het slavernijverleden, diep door het stof. Topman Robert Swaak bood namens de bank “diepgevoelde excuses” aan voor “onbeschrijfelijk veel leed”. “Mensenlevens waren onderpand en gebruiksobjecten. Dat drukt zwaar op ons.”

In het 122 pagina’s tellende onderzoeksrapport door het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) in opdracht van de bank wordt gekeken naar twee van de voorgangers van ABN Amro: de firma’s Hope & Co en R. Mees & Zonen. Hope & Co werd opgericht in 1762 en werd in korte tijd het grootste financiële bedrijf van Nederland en een van de grootste spelers op het wereldtoneel.

Die stormachtige groei kan volgens de onderzoekers niet los worden gezien van de “nauwe betrokkenheid” bij de slavernij. Vooral in het Caribisch gebied speelde de bank een “spilfunctie” in de slavernijeconomie. Hope & Co leende veel geld aan plantagehouders. Als onderpand kreeg de bank minstens vijftig plantages in de koloniën onder zich. Ook slaven belandden op de balans van de bank: tussen 1770 en 1780 waren zo’n 4.500 mensen gelijktijdig verpand aan Hope & Co.

CEO Robert Swaak van ABN AMRO reageert op het onderzoek naar de rol van rechtsvoorgangers van de bank in het Nederlandse slavernijverleden. Beeld ANP
CEO Robert Swaak van ABN AMRO reageert op het onderzoek naar de rol van rechtsvoorgangers van de bank in het Nederlandse slavernijverleden.Beeld ANP

De betrokkenheid ging bovendien veel verder dan het uitlenen van geld. De firma handelde op grote schaal in suiker en koffie, producten die door slaven werden geproduceerd. De bankiers wierpen zich ook op als consultants: ze bemoeiden zich actief met de bedrijfsvoering en organisatie op plantages. Zo gaven medewerkers opdracht tot aan- of verkoop van slaven, of drongen ze aan op het verplaatsen van groepen slaven naar andere plantages. Een aantal malen was de bank zelf ook eigenaar van plantages met slaven.

De historici schatten dat 25 tot 33 procent van de jaarlijkse opbrengsten van Hope & Co voortkwam uit slavernij. Het ging om jaarlijkse winsten van ruim 200.000 gulden; omgerekend naar huidige maatstaven leverde de slavernij jaarlijks honderden miljoenen euro’s op. Dat is opmerkelijk, zeggen de onderzoekers, omdat tot dusver vaak werd aangenomen dat ‘slavernijgerelateerde activiteiten’ voor grote firma’s slechts een bijzaak waren.

Significant onderdeel

Dat was ook de conclusie uit een eerder onderzoek naar het slavernijverleden van ABN Amro, waarin historici schreven dat er weliswaar aan slavernij werd verdiend, maar dat dit “nooit een significant onderdeel vormde”. Die bewering is niet langer houdbaar, zegt historicus Pepijn Brandon, universitair hoofddocent aan de Vrije Universiteit Amsterdam en hoofd van het onderzoeksteam. “In de geschiedschrijving is slavernij lang gepresenteerd als een tragisch zijspoor: een nevenactiviteit ver weg van Europa, waarin investeerders vaak zonder al te veel kennis belandden. Dit onderzoek dwingt ons dat beeld te herzien. Participatie in de slavernij was een kernactiviteit en bankiers waren goed op de hoogte van de dagelijkse praktijk op plantages.”

Ook het werk van het beduidend kleinere, in Rotterdam gevestigde R. Mees & Zonen “was diep verweven met slavernij”. Deze bank verzekerde niet alleen de handel in plantageproducten, maar bemiddelde ook voor slavenhandelaren die de gedwongen boottocht van Afrika naar Amerika wilden verzekeren. Mochten slaven onderweg overlijden of in opstand komen, dan werden slavenhandelaren gecompenseerd. “Financiële beslissingen genomen in kantoren in Amsterdam en Rotterdam hadden directe invloed op de levens van duizenden tot slaaf gemaakten”, aldus Brandon.

ABN Amro kan deze geschiedenis niet ongedaan maken, stelt topman Swaak, maar de bank wil zich nog sterker inzetten om “ongelijkheid te bestrijden en diversiteit en inclusie te bevorderen”. De bank zegt de afgelopen periode gesprekken te hebben gevoerd met de zwarte gemeenschap en de structurele achterstand te willen verbeteren “die nazaten kunnen ervaren”. Dat wil de bank doen door stage- en opleidingsplekken aan te bieden.

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234