AnalyseKlimaattop Glasgow
Besluiteloze G20 weegt op klimaattop Glasgow: ‘Dat ze niet concreter konden zijn is toch zorgwekkend’
De top van de twintig machtigste industrielanden eindigde in Rome met weinig concrete klimaatactie. Is de VN-top in Glasgow dan al gedoemd om te mislukken? ‘Nee, landen als China en India voeren zo de druk op de westerse industrielanden op’, zegt professor internationale politiek Dries Lesage (UGent).
Zelfs de Britse premier Boris Johnson kon als gastheer van de VN-klimaattop in Glasgow zijn teleurstelling over de G20-bijeenkomst in Rome niet verbergen. De EU en 19 grootste economieën ter wereld, samen goed voor 80 procent van de uitstoot van broeikasgassen, zeggen de opwarming van de aarde wel te beperken tot 1,5 graad maar koppelen er geen concrete actie aan. “Een holle belofte”, noemde Johnson dat. Zelfs het streven om de broeikasuitstoot tot nul terug te brengen tegen 2050 werd in de slottekst afgezwakt naar ‘rond halverwege deze eeuw’.
“Wat de G20 verklaarden zijn zaken die ze op de klimaattop van 2015 in Parijs al overeenkwamen en nu zwak herformuleren”, zegt professor internationale politiek Dries Lesage (UGent). “In de slottekst staan vage toezeggingen zoals ‘we begrijpen dat er meer inspanningen moeten worden gedaan...’ in plaats van te stellen dat de opwarming onder 1,5 graad móét blijven. Dat ze niet concreter konden zijn is toch zorgwekkend.”
De G20 bereikte ook geen doorbraak over de financiering om het, door extreem weer zwaarder getroffen, armere Zuiden te helpen omgaan met en aanpassen aan klimaatverandering. Lesage wijst erop dat ook hier alleen een oude afspraak werd vermeld om daarin jaarlijks 100 miljard dollar te gaan investeren. “Maar dat streven had in 2020 al gehaald moeten zijn en komt zelfs nu nog 20 miljard dollar tekort”, zegt hij. “Ondanks verwachte nieuwe toezeggingen van de VS, Canada en Duitsland in Glasgow zal het totale bedrag sowieso te weinig zijn voor deze mitigatie van, en adaptatie, aan de klimaatverandering.”
De klimaattop in Glasgow begon maandag zo onder een slecht gesternte, al betekent dat vooralsnog niet dat hij gedoemd is te mislukken. Lesage: “Wat meespeelt is dat landen als China en India traditioneel niet willen dat er in de G20 klimaatonderhandelingen worden gehouden. Ze willen daar hun kruit niet verschieten. Ze zien het UNFCCC, de VN-organisatie die de COP26 in Glasgow organiseert, als enige forum voor klimaatakkoorden.”
Op de achtergrond laten ze zich volgens Lesage ook leiden door hun filosofie “dat de westerse industrielanden een grotere historische verantwoordelijkheid hebben voor de klimaatverandering”. Daarom vormen ze in Glasgow een opportunistisch front met de G77 van ontwikkelingslanden om van het westerse industrieblok, naast CO2-reductiedoelstellingen, ook meer technologische en financiële steun te proberen verkrijgen. Lesage: “De G20 gebruikten ze dus vooral om die druk te verhogen. Ik zie ze op het einde van de gesprekken in Glasgow flexibeler worden, als aan beide zijden van de Noord-Zuidbreuklijn stapjes naar elkaar worden gezet.”
Grote CO2-vervuilers als Rusland liggen naast hun eigen economische belangen ook dwars vanwege andere geopolitieke hangijzers. Lesage: “De geopolitieke spanningen helpen natuurlijk niet. Omdat de relatie met het Westen niet vriendschappelijk is zullen ze zich nog minder haasten.”
Minimumbelasting voor multinationals
Waar de G20 falen op domeinen waar solidariteit en hervorming voor nodig zijn, zoals decarbonisering, klimaatfinanciering en vaccins voor arme landen, slaagden ze er dit weekend wel in om hun eigen geldkoffers beter te gaan vullen. Zo komt er een internationale minimumbelastingsvoet van 15 procent voor multinationals en drukt het IMF vers geld voor de schatkisten.
Over de historische minimumbelasting was eerder deze zomer al een akkoord bereikt in de schoot van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Naast haar 38 leden engageerden zich in een gelegenheidsforum nog een honderdtal andere landen, waaronder belastingparadijzen zoals de Kaaiman-eilanden. De G20, nog altijd een informeel gremium, bewijst zich door deze maatregel hier volgens Lesage als “machtigste netwerk ter wereld”.
Keerzijde van de medaille is dat de uitvoering van haar streven door allerhande overgangsmaatregelen en -termijnen nog wel enkele jaren concreet op zich kan laten wachten. Een onbekende factor blijft ook de VS. Ondanks de steun van president Joe Biden moet het verkozen Congres nog zijn zegen geven voor de maatregel die het verdienmodel van de machtige Amerikaanse tech-industrie en beurzen ingrijpend zal gaan wijzigen. In aanloop naar de midtermverkiezingen van volgend jaar is groen licht nog niet gegarandeerd.
Ook het voornemen van de G20 om het Internationaal Muntfonds (IMF) voor 650 miljard dollar nieuwe valuta van haar korfmunt SDR bij te creëren was uitzonderlijk. De beslissing viel eerder dit jaar, maar werd dit weekend als pronkstuk in de verf gezet. Het geld zal verspreid worden over de leden van het IMF om zuurstof in de globale economie te pompen. Door een historische verdeelsleutel krijgen de rijkste landen wel de grootste hap uit het budget. Hun aanvankelijke bedoeling om veel van dit geld door te sluizen naar armere landen is intussen verwaterd. Door de economische impact van de covidpandemie dreigt volgens Lesage “een groot deel van de buit in de rijkste landen te blijven hangen” of alleen via leningen te worden toegekend, “wat arme landen weer in het sukkelstraatje van afbetalingen brengt”.