NieuwsBelastingen
‘Beloofde hervorming van fiscale regels in voetbal blijft uit’
‘Waar is de hervorming van de fiscale regels voor het voetbal gebleven?’, vraagt Kamerlid Joris Vandenbroucke (Vooruit) zich af. Want na de eerste aanzet in november moest een tweede ronde volgen in maart dit jaar.
Het was een zware rel, in november, toen minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) zijn taxshift rond de fiscaliteit in de profsport voorstelde – een onderdeel van het regeerakkoord, trouwens. De Hoge Raad van Financiën berekende dat het fiscale voordeel via de bedrijfsvoorheffing de staatskas 111 miljoen euro per jaar kostte, waarbij het voetbal zo’n 100 miljoen euro van het totaal op zich neemt. Van Peteghem wilde drastisch ingrijpen: voortaan zouden clubs de fiscale korting die ze uit de bedrijfsvoorheffing recupereerden enkel nog mogen gebruiken voor jeugdwerking en infrastructuur en niet meer om spelerslonen mee te betalen.
43 miljoen euro extra
Het voetbal steigerde, met Anderlecht-voorzitter Wouter Vandenhaute en Club Brugge-manager Vincent Mannaert op kop en gesteund door MR en Open Vld. “De maatregelen zijn de doodssteek voor het Belgisch voetbal”, reageerde Vandenhaute. Gevolg: het ambitieuze plan-Van Peteghem werd teruggeschroefd. Het voetbal zou wel de 43 miljoen euro extra ophoesten, verdeeld over 30 miljoen via de nieuwe RSZ-regeling die minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke (Vooruit) doordrukte, 3 miljoen via strengere regels omtrent makelaarsvergoedingen en 10 miljoen via de bedrijfsvoorheffing.
Maar vooral: er zou een nieuwe onderhandelingsronde komen tegen de begrotingscontrole in maart 2022, zo besliste de ministerraad. Van de taxshift in de profsport – lees: het topvoetbal – is geen sprake meer. “Het kan niet dat dit dossier stilzwijgend onder de mat wordt geveegd”, zegt Kamerlid Joris Vandenbroucke (Vooruit), die eerder al met een voorstel voor nieuwe fiscaliteit in het voetbal kwam.
