Vrijdag 24/03/2023

Arrest Flandria-ranch doet bouwcowboys in het zand bijten

Een arrest uit 1978 waarin de afbraak werd bevolen van de Flandria-ranch in Torhout lijkt na bijna 25 jaar eindelijk te kunnen worden uitgevoerd. Dat is het gevolg van een beslissing van het hof van beroep in Gent. Of het recreatieve complex ook daadwerkelijk verdwijnt onder de slopershamer, hangt af van een aantal zaken.

Torhout

Eigen berichtgeving

Caspar Naber

De Flandria-ranch heet het 'grootste bouwmisdrijf van Vlaanderen' te zijn. Het sportcomplex met manege, stallingen, een restaurant en een parking verrees in 1976 op acht hectare grond in Torhout. Een bouwvergunning had eigenaar Pol Claeys niet.

Niet dat hij zich daarover veel zorgen maakte. Claeys was in die dagen een hele meneer in West-Vlaanderen, bekend, zo niet populair, doordat hij sponsor was van de legendarische wielerploeg Flandria. In 1976 reed wereldkampioen Freddy Maertens voor de ploeg van Claeys, samen met zijn kompanen Michel Pollentier en Marc Demeyer. Herman Vanspringel, Walter Godefroot, Roger De Vlaeminck, Johan De Muynck, de jong verongelukte wereldkampioen Jempi Monseré, buitenlanders als Joop Zoetemelk, Cyrille Guimard of wijlen Joaquim Agostinho: allemaal stonden ze wel eens paar jaar bij Pol Claeys op de loonlijst.

Wie zou een man als Claeys dus iets doen? Die bouwvergunning zou er heus wel komen, zouden plaatselijke politici hem hebben toegezegd. Ze baseerden zich op het nieuwe gewestplan, dat ervoor zou zorgen dat het complex in een recreatiezone kwam te liggen. Dat werd echter een ontginningszone en uiteindelijk 'landbouwgrond'. Daardoor was de Flandria-ranch zonevreemd. De correctionele rechtbank in Brugge beval in juni 1978 dan ook het herstel in oude toestand, wat neerkwam op afbraak van de ranch. De eigenaar kreeg een jaar de tijd om het 'herstel' te verwezenlijken. Deed hij dat niet, dan mocht het college van burgemeester en schepenen de afbraak laten uitvoeren op zijn kosten. Claeys vocht die beslissing tevergeefs aan bij het hof van beroep en het Hof van Cassatie.

Het afbraakarrest, waarin het Gentse beroepshof de beslissing in eerste aanleg bevestigde, werd echter nooit uitgevoerd. De dienst Stedenbouw in Brugge liet het niet betekenen. Dat gebeurde pas eind december 1998, nadat toenmalig minister van Ruimtelijke Ordening Eddy Baldewijns alle bouwovertredingen had laten inventariseren en diens opvolger Steve Stevaert opdracht had gegeven tot betekening. Rancheigenaar Claeys sleepte het Vlaamse Gewest voor de burgerlijke rechter. De betekening van het afbraakarrest, ruim twintig jaar na het vellen ervan, was volgens hem gebeurd buiten de 'redelijke termijn' van het Europees Mensenrechtenverdrag (EVRM). De burgerlijke rechtbank in Brugge gaf de eigenaar van de Flandria-ranch gelijk. Volgens hem is de uitvoering van een vonnis een onderdeel van de eigenlijke uitspraak. Die laatste moet volgens het EVRM binnen een redelijke termijn worden gedaan.

De Vlaamse overheid tekende beroep aan tegen die beslissing. Met succes, zo wist de Juristenkrant gisteren te melden. Het Gentse beroepshof besliste eind oktober dat de redelijke termijn van het EVRM niet aan de orde is omdat de burgerlijke procedure geen betrekking meer heeft op de gegrondheid van de strafvordering (de eerste rechtszaak die volledig werd afgehandeld tot en met Cassatie aan toe).

In plaats van die redelijke termijn geldt volgens het Hof de wettelijke verjaringstermijn in burgerlijke procedures, bepaald op 30 jaar. Die termijn, waarop het Vlaamse Gewest zich beriep, betekent dat het afbraakarrest kan worden uitgevoerd tot uiterlijk 2008. Door jarenlang niets te doen, verspeelde het Vlaamse Gewest zijn recht op uitvoering van het arrest niet volgens het beroepshof. Het argument van de rancheigenaar dat de overheid hem met haar jarenlange nietsdoen misleidde, gaat volgens de beroepsrechter evenmin op. Claeys wist volgens hem goed waar hij aan toe was: hij moest de ranch afbreken en de plek herstellen in oude toestand.

Claeys geeft zich echter nog niet gewonnen. Hij trekt opnieuw naar Cassatie om het arrest aan te vechten. Dat belet de Vlaamse overheid geenszins om het tweede afbraakarrest te doen uitvoeren. "Cassatieberoep heeft immers geen schorsende werking", weet Veerle Tollenaere, de advocate van het Vlaamse Gewest. Toch betekent dat volgens haar niet dat de Flandria-ranch eerstdaags zal worden afgebroken. "Al kan het Vlaamse Gewest nu al opdracht geven tot betekening van het arrest, normaal gezien wordt er gewacht op de uitspraak van Cassatie."

Maar zelfs indien die het afbraakarrest bevestigt, dan nog is de sloop van de Flandria-ranch geen feit volgens Tollenaere. "In 1978 kon de rechter nog geen dwangsommen opleggen bij bouwovertredingen. Daardoor hebben we geen stok achter de deur om hem te dwingen. Bovendien worden met die dwangsommen vaak de kosten betaald voor de afbraak. Aangezien er geen dwangsom is, draait het Vlaamse Gewest op voor de sloopkosten. Die kunnen achteraf dan worden verhaald op de veroordeelde." Claeys zou zich echter onvermogend hebben laten verklaren. "In dat geval kan het Vlaamse Gewest een procedure starten om uit te zoeken of die onvermogendverklaring niet gebeurde onder valse voorwendselen", aldus Tollenaere.

Het merkwaardige is dat men is dat velen in Torhout en omstreken niet zitten te wachten op de afbraak. De Flandria-ranch is nog altijd populair, en het stadsbestuur van Torhout ziet de voormalige eigendom van Pol Claeys liever behouden, "omwille van de sociale functie de het vervult".

Burgemeester Norbert De Cuyper van Torhout liet aan het persagentschap Belga weten dat hij de kosten voor de afbraak van de Flandria Ranch op 870.000 euro schat. Hij volgt de redenering dat de Vlaamse overheid die op zich moeten nemen omdat Flandria failliet is. De Cuyper vindt dat weggegooid overheidsgeld, omdat Torhout met de afbraak ook een fuifzaal, een exporuimte en sportcentrum ziet verloren gaan. De stad zou dan elders alternatieven moeten bouwen voor de bestaande Flandria-ranch.

'Vlaams Gewest kan onvermogendverklaring laten onderzoeken'

Nu belangrijker dan ooit: steun kwaliteitsjournalistiek.

Neem een abonnement op De Morgen


Op alle artikelen, foto's en video's op demorgen.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar info@demorgen.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234