InterviewKarine Van Doorsselaer
Als er in de verpakking meer lucht dan product zit: ‘We zijn makkelijk te misleiden door een grote doos’
In de helft van de verpakkingen zit meer lucht dan product, zo blijkt na een test van de Nederlandse Consumentenbond. Karine Van Doorsselaer, hoofddocent ecodesign aan de UAntwerpen, ziet die praktijken evengoed bij ons. ‘Voor veel producenten is het niet meer dan een truc.’
De Nederlandse Consumentenbond trof een literfles Ariël aan met maar 770 milliliter wasmiddel en een grote zak M&M’s die maar voor 64 procent gevuld is. Hoe kan dat?
“Het gebeurt helaas vaak dat de consument lucht wordt verkocht. Bij e-commerce komt dat door de standaardisatie van dozen: de producten zijn dikwijls kleiner dan de standaard verpakkingsdozen. Daarnaast is een grote doos natuurlijk voor veel producenten niet meer dan een truc om consumenten het gevoel te geven dat ze waar krijgen voor hun geld. Denk bijvoorbeeld aan koekjes. Die zitten in een plastic schaaltje met daaromheen plastic folie en dan nog eens een kartonnen doos. Uiteindelijk is die verpakking maar voor de helft gevuld.”
Zijn we dan zo makkelijk te misleiden? Hoe groter de zak of de doos, hoe groter de kans dat we iets uit de rekken halen?
“De drijfveer van de modale consument is nu eenmaal geld besparen, dus zo simpel is het helaas wel. Veel mensen kijken niet verder dan hun neus lang is en zijn gemakkelijk te foppen door zo’n grote verpakking.
“Niet alle producenten willen de consument echter misleiden met die luchtige verpakkingen. Soms is zogenaamde slack fill (losse vulling, SDW) nodig voor de bescherming van een product. Chips moeten bijvoorbeeld knapperig blijven en niet verbrokkelen. Daarom zijn ze verpakt in een beschermende atmosfeer. Als je een plofje hoort bij het openen van een zak, weet je dat ze perfect verpakt zijn en er geen lucht bijgekomen is.”
Als dat niet het geval is, is er wel een probleem. Zijn daar dan geen regels voor?
“Er zijn in principe geen regels over de toegestane hoeveelheid lucht in een verpakking, enkel over de kwaliteit van het verpakte product zelf. Als de genoteerde inhoud op het etiket klopt met de werkelijkheid is dat voldoende. Zelfs een fles van tien liter vullen met één liter water mag , zolang je dit eerlijk vermeldt.
“Bedrijven kunnen wel nog steeds op de vingers getikt worden door de consumentenvereniging Test-Aankoop voor misleidende praktijken. Denk aan yoghurt waar zogenaamd ‘vers fruit’ in zit of producten die ‘op grootmoeders wijze’ gemaakt zijn.”
Consumentenbeschermers kaartten die trucjes al langer aan, maar er lijkt weinig te veranderen. Waarom?
“Het is moeilijk om zulke regels in een wetgevende tekst te gieten, want dat zou op maat van miljoenen producten moeten gebeuren. Uiteindelijk komt het toch vooral neer op de eerlijkheid van de producent en de waakzaamheid van de consument.”
“Ik herinner mij een actie bij de Delhaize waarbij speelgoed weggegeven werd. Slechts 10 procent van de verpakkingsinhoud was effectief het speeltje. Toen consumenten verontwaardigd reageerden, heeft de Delhaize met schaamrood op de wangen de fout toegegeven. We mogen niet vergeten dat we met veel zijn. Als consumenten kunnen we druk uitoefenen en bij genoeg vraag volgt de markt.”