smartphone interview
Acteur Dominique Van Malder: “Met mijn Nokia was ik laatste der Mohikanen”
Is een smartphone een spiegel? Strookt het onlineleven nog met de werkelijkheid? Matthias M.R. Declercq gaat wekelijks face to face, over swipen, liken en liegen. Vandaag: Dominique Van Malder (42), acteur.
“Verwacht van mij geen hoogtechnologie”, zegt Dominique Van Malder (theater, film, Radio Gaga...), terwijl hij een Duvel uitschenkt. “Tot vorig jaar schikte ik mij in de rol van ‘laatste der Mohikanen’ met mijn oude Nokia, maar op den duur word je eigenlijk digitaal gepest. Dan kom je aan op de set, stel je een vraag en is het antwoord: ‘Ah, maar dat is al allemaal besproken Dominique.’ In whatsappgroepen dus. En dan sta je daar: ‘Ah, euh, oké.’
“Sinds een jaar heb ik dus een iPhone en natuurlijk heeft dat ding alles veranderd: het leven is nu handiger, maar tegelijk ook drukker. Ik kan me geen leven meer zonder iPhone inbeelden, terwijl ik het de jaren voordien wel zonder zo’n ding rooide. Maar nu kan ik wel mijn stappen tellen, zowaar, daar heeft een vriend me onlangs op gewezen.”
En je controleert het aantal op het einde van de dag?
“Eigenlijk wel. Onlangs, tussen het repeteren door, speelde ik een partijtje basketbal met Robrecht Vanden Thoren en Titus De Voogdt. Tijdens het basketballen dacht ik: ‘Had ik mijn gsm maar in mijn zak, dan had ik er een heleboel stappen bij.’ Zo sterk is dus de aantrekkingskracht van een smartphone.”
Je kunt je hele gezondheid zogenaamd managen. Je gewicht, je slaap, je voeding...
“Dat heb ik ook gezien, maar het is nu niet de bedoeling dat ik vermager. Integendeel, het kan geen kwaad nog wat aan te komen.” (lacht)
Waarom?
“Samen met Wannes Destoop werk ik aan Albatros, een nieuwe reeks op Canvas over elf obesitaspatiënten die op dieetkamp gaan in de Ardennen. Ik speel er zelf in mee en aangezien Wannes me graag ‘nog een beetje voller’ ziet om de reeks volgend voorjaar op te nemen, gooit hij ongevraagd Twixen op tafel: hier, eet maar. (lacht) Maar ik moet sowieso weinig doen om aan te komen, zo zit mijn systeem in elkaar.”
Welke app trekt je het meest aan?
“Shazam! Fantastisch is dat. Shazam was een app waar ik naar verlangde en die dat verlangen ook heeft bevestigd. Muziek is zeer belangrijk in mijn leven. Ik ben een muzikale veelvraat. In het arbeidersgezin waarin ik opgroeide, speelde áltijd muziek, en dat is in de rest van mijn leven nooit veranderd.”
Wat is het laatste nummer dat je via de app ontdekte?
“‘Geef me alles’ van André Hazes Junior. Ik ben altijd al een grote Hazes-fan geweest. En verder: ‘Promise’ van Warhola, ‘Slapeloze nachten’ van The Opposites en de soundtrack van series als Big Little Lies en This Is Us. De smartphone heeft mijn liefde voor muziek nieuw leven ingeblazen. Nu heb ik mijn oude iPod niet meer nodig, maar gebruik ik de afspeellijsten van Spotify om nieuwe muziek te leren kennen. ’s Morgens kan ik genieten van de stilte, maar zit ik ’s namiddags of ’s avonds op de trein, dan móét ik muziek hebben.”
Wat is de laatste foto die je nam?
“Een dood, piepjong vogeltje dat ik vond op straat. Het beeld was te krachtig om zomaar te laten passeren.”
Neem je ook lukraak foto’s van mensen op straat?
“Neen. Zie ik een oudere vrouw in een bushok, dan ga ik haar niet zomaar fotograferen, ook al is het een mooi beeld. Ik zou haar eerst om toestemming vragen, want ik weet hoe het voelt om ongevraagd en sneaky gefotografeerd te worden. En neen, dat is niet fijn.”
Er staat een rugbygame op je telefoon.
“Tetris heb ik ook, maar beide games speel ik zelden. Af en toe speelt mijn zoontje op de telefoon, maar vaker spelen we samen FIFA op de PlayStation.”
Jij bent een gamer?
“Dagelijks speel ik een partijtje voetbal, ja. Ik ben gescheiden, dus soms speel ik met mijn zoon, maar evengoed speel ik ’s avonds een enkele wedstrijd voor ik ga slapen.”
Met welk team speel je?
“Manchester City! Mijn zoon is een grote fan van Kevin De Bruyne en ik deel zijn enthousiasme. We hebben allebei een truitje van City.
“Onlangs was ik nog in Manchester voor een brainstorm- en repetitieweek met Studio Orka en toen ik op café over De Bruyne sprak, werd ik warm van de spontane reacties: ‘Keviiiin De Bruuuuuuyne!’”