Acht doden bij bomaanslag taliban in beveiligde regeringszone Afghanistan

Nu Amerikaanse troepen zich terugtrekken uit Afghanistan, zetten de taliban hun offensief tegen de Afghaanse regering voort. Dinsdagavond ging een bom af bij het huis van minister Bismillah Khan Mohammadi. Daarna trokken gewapende mannen het huis binnen. In een vijf uur durend vuurgevecht werden zij gedood door veiligheidstroepen. Volgens een woordvoerder van de taliban was de aanslag een wraakactie voor recente aanvallen van het Afghaanse leger.

Minister Mohammadi bracht na de aanval een video uit waarin hij zijn “geliefde landgenoten” verzekerde dat “zulke aanvallen geen enkele invloed hebben op mijn wil om mijn landgenoten en mijn land te verdedigen”.

De Verenigde Staten kondigden aan dat zij op 11 september het land verlaten, na twintig jaar strijd tegen de islamistische milities van de Taliban. Daarop vooruitlopend zijn de taliban bezig aan een offensief tegen het Afghaanse leger, met name in het zuiden en het westen van het land. Vooral rond Lashkar Gah, de hoofdstad van de provincie Helmand, wordt er zwaar gevochten. Volgens de Verenigde Naties werden dinsdag zeker veertig burgers gedood. De inname van de stad zou grote symbolische betekenis hebben, omdat Helmand een belangrijke rol speelde bij de militaire campagne van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië in Afghanistan. Ook de aanval op het huis van de defensieminister heeft een grote symbolische betekenis. Hiermee laten de taliban zien dat zij kunnen toeslaan in een van de best beveiligde wijken van de hoofdstad Kaboel.