ColumnDe gebeten hond
Zeventien is mijn zoon en hij weet al meer over de beurs dan ik toen ik 47 was
Mark Coenen gaat op wandel met de week.
Als mijn zoon mij enigszins plechtig met vader aanspreekt, dan weet ik dat er een mededeling van belang volgt: een gewiekste communicatie over een totaal onterechte buis op zijn rapport of de vraag of hij met zijn vrienden, rond een bak bier gezeten, het weekend op waardige wijze op het terras mag inpilsen. En of ik die bak dan nog wil gaan kopen ook.
Deze keer was het anders.
Hij drukte mij tersluiks een rol papiergeld in mijn hand, alsof hij iets deed dat niet mocht.
“Geachte vader en verwekker, waarvoor dank trouwens,” sprak hij bedaard, “wil je het geld dat ik in de vakantie verdiend heb investeren in aandelen van Beyond Meat? Die zijn flink gezakt, ik denk dat het een goed moment is om in te stappen.”
Zeventien is hij en hij weet al meer over de beurs dan ik toen ik 47 was.
Ik zat toen met een kater.
Net zoals bij menig West-Vlaamse beenhouwer was een paar jaar daarvoor mijn reuzenwinst, te danken aan de raketkoers van het magische spraaktechnologieaandeel Lernout & Hauspie, in een paar weken tijd tot nul herleid. Als een ijsberg die smelt dankzij de klimaatopwarming, waar toen – we schrijven 1999 – nog zo goed als geen openbare sprake van was, anders had ik daar al wel in geïnvesteerd.
Dan kon ik nu rentenieren.
Met L&H verdween ook mijn interesse voor de beurs, tot ik nog niet zo lang geleden merkte dat zelfs een bescheiden inzet kon leiden tot aangename winsten.
Voor wie beseft dat de gemiddelde winst van de beurs per jaar zeven procent is en dat afzet tegen het schamele bedrag dat hij krijgt op zijn spaarboekje, en wie daarenboven ook beschikt over redelijk sterke zenuwen, is de stap naar online beleggen niet groot.
Zelfs voor een teenager is dat verleidelijk, want mijn zoon had uitgerekend dat hij zijn 500 euro, dankzij de wonderen van de samengestelde interest, binnen de tien jaar zonder grote ongelukken ongeveer kon verdubbelen. Wie denkt dat de jeugd alleen maar met Instagram en Tinder bezig is: de slimsten onder hen zitten ook op apps als Fantasy Invest, waar je met monopoliegeld kan inzetten op echte aandelen.
De stiel leren zonder je broek te scheuren.
Jong geleerd, jong gedaan.
Dat mijn zoon wil inzetten op een bedrijf dat vleesloos vlees maakt, is omdat hij vegetariër is en niet van gisteren. De tijd is stilaan voorbij dat de grootste winsten worden geboekt door de grootste vervuilers. De energietransitie waarop de regeringen zich bij ons vastrijden, is op de beurs al volop aan de gang en wie van wanten weet kan daar nu al van profiteren.
De beurs is de politiek een paar lichtjaren voor en is volop aan het vergroenen.
Niet omdat men plots zo milieubewust is geworden, maar omdat er geld mee te verdienen is. En maar goed ook, anders zou het nooit gebeuren.
Voor niets gaat alleen de zon op. Voorlopig toch nog.