EssayPeter Pomerantsev
Wie in Poetins Rusland leeft, wordt dagelijks vernederd door een uitbuitende klasse
Peter Pomerantsev is een in Kiev geboren Brit en auteur van Dit is geen propaganda: Avonturen in de oorlog tegen de realiteit.
Valentyna vertelt me dat kort na de aankomst van de Russische troepen in Yahidne, haar dorp in het noorden van Oekraïne, een lange blonde soldaat haar toilet kwam gebruiken. Ze vroeg wat de Russen in Oekraïne deden. “Wij willen dat jullie bij ons zijn”, antwoordde hij. “Wij willen dat jullie bij Rusland zijn.”
‘Bij ons zijn’ betekende in de praktijk dat Russische soldaten ongeveer driehonderd burgers van het dorp samendreven in een kelder onder een school, naast hun artillerie, om hen als menselijk schild te gebruiken. De oudste dorpeling was 96 jaar. “Wij zijn hier om jullie te beschermen”, zeiden de Russen. Maar ze hielden de dorpelingen ongeveer een maand in de kelder gevangen. Tien mensen stierven bij gebrek aan medische zorgen. Anderen, onder wie Valentyna, die gepensioneerd is en alleen woont, bleven thuis. Russische soldaten plunderden hun huizen, op zoek naar geld en buit.
Ik heb het dorp midden april bezocht, niet lang nadat Oekraïense troepen het dorp hadden bevrijd. Yahidne is geen ongewoon voorbeeld van de brutaliteit die Rusland in Oekraïne als broederlijkheid tracht te verkopen. In heel deze oorlog is ‘bij ons’ synoniem met gruweldaden: massale bombardementen op scholen, woningen en ziekenhuizen, de verkrachting en terechtstelling van burgers.
Imperialistische oorlog
Het is ook synoniem met vernedering.
Je vernedert anderen door je macht te gebruiken om ze het gevoel te geven dat ze waardeloos zijn en afhankelijk van jou. Het is dan ook duidelijk dat het Russische leger de Oekraïners wil vernederen, ze hun onafhankelijkheid en zelfbeschikkingsrecht wil ontzeggen. Dit is een imperialistische, koloniale oorlog om een andere natie te onderwerpen en van de kaart te vegen. Het is de nieuwste manifestatie van Vladimir Poetins rijk van de vernedering.
De Russische president wil de wereld doen geloven dat zijn land trots is op zijn cultuur, zijn conservatieve waarden, zijn unieke karakter. Maar in werkelijkheid heeft Rusland geen coherente ideologie en is het een en al tegenstrijdigheden. Nostalgie naar de Sovjet-Unie botst met een culturele arrogantie die het Russische tsarenrijk verheerlijkt. De trots op een vermeende etnische en godsdienstige diversiteit rijmt niet met het superioriteitsgevoel van de etnische Russen en hun orthodoxe christendom. Het bastion van conservatieve waarden heeft ook een recordaantal echtscheidingen. Het Kremlin bejubelt het Russische isolationisme maar is ook verslaafd aan buitenlandse goedkeuring.
Poetin dankt zijn succes als president van Rusland sinds lang aan zijn vermogen om de Russen dagelijks te vernederen en dan te doen alsof hij even woedend is als zij – en als enige weet waarop de woede moet worden gericht. Op het Westen, op Oekraïne, nooit op het Kremlin.
Maar wanneer hij probeert uit te leggen waarom Rusland in Oekraïne is, kan het alle kanten uit. In juni vergeleek hij zich met Peter de Grote en wilde hij land veroveren voor Rusland. Een andere keer beweerde hij: “We hadden geen keuze.” Een boodschap die uitentreuren op de televisie werd herhaald.
In werkelijkheid profiteert Poetin van het diepgewortelde gevoel van wrok en vernedering – dat het werk is van het Kremlin – om het in agressie om te zetten. Oekraïne is het slachtoffer van een cyclus van vernedering en agressie die het leven in Rusland kenmerkt.
Kanonnenvoer
Toen Rusland zich in mei uit het westen van Oekraïne terugtrok om zich te hergroeperen en de tweede fase in het oosten te beginnen, had het meer dan 10.000 soldaten en enorme hoeveelheden materieel verloren. Voor zowat iedereen was het duidelijk dat het een zware nederlaag had geleden.
Sindsdien blijven Poetin en zijn generaals troepen als kanonnenvoer naar het front sturen. Het Kremlin heeft geen algemene mobilisatie uitgeroepen, wat een onpopulaire maatregel zou zijn, maar probeert vrijwilligers te ronselen. De hoge dodencijfers bij de soldaten uit etnische minderheden doen vermoeden dat zij onevenredig aan het front vertegenwoordigd zijn.
In zijn toespraken verwijst Poetin vaak naar een ‘familie’, met Rusland als de grote broer van de andere volkeren. Oekraïne is dan de verloren zoon die naar de familie moet worden teruggebracht en weer ‘bij ons’ moet zijn.
Die grote en complexe familie heeft nog veel andere leden. Volgens de dorpeling met wie ik in Yahidne sprak waren de bezetters zowel etnische Russen als etnische Toevanen. Valentyna zegt dat het dronken, hongerige Toevanen waren die haar huis plunderden en de schilderijen aan haar muren stukscheurden. De Russen beweerden dat zij daar waren om de Oekraïners tegen de Aziatische soldaten te beschermen, ook al maakten ze deel uit van hetzelfde leger.
De Toevanen zijn een Aziatische minderheid uit de armste streek van Rusland. Ze waren boeddhistische nomaden, tot het Sovjet-regime in de jaren 1920-1930 het gebied in zijn greep kreeg en het in 1944 inlijfde. De nomaden werden gedwongen om op collectieve boerderijen te leven, hun boeddhistische geloof en tradities op te geven, hun voedsel en hun kleding te veranderen. Elk verzet werd de kop ingedrukt: 8 procent van de Toevanen werd gevangengezet, terechtgesteld of verbannen. Vandaag lijdt hun gemeenschap onder chronisch alcoholisme en gebroken gezinnen. Meer dan 68 procent van de kinderen wordt buiten het huwelijk geboren.
De Toevanen zijn niet het enige gekoloniseerde volk dat Rusland in Oekraïne inzet. Het leger gebruikt Tsjetsjenen, een etnische minderheid uit de Kaukasus, om razzia’s uit te voeren en de burgers af te schrikken. De Tsjetsjeense stoottroepen zijn berucht geworden in Oekraïne – en ze weten zelf wat het is om Rusland als vijand te hebben. In de opstanden van de jaren 1990 en het begin van deze eeuw werden hun steden en dorpen platgegooid door Boris Jeltsin en daarna Poetin.
Van eigen burgers stelen
In de ‘familie’ zijn de etnische Russen de grote broers. Maar dat betekent niet dat zij aan de vernedering ontsnappen. Corrupte bureaucraten en politie, vervalste verkiezingen, de angst om opgepakt te worden als je kritiek hebt op het Kremlin: wie in Poetins Rusland leeft, wordt dagelijks vernederd door een uitbuitende klasse die het geld en het leven van haar eigen burgers steelt.
In dat systeem leven zelfs de oligarchen in onzekerheid, want iemand die dichter bij Poetin staat, zou van de ene dag op de andere al hun rijkdom kunnen afnemen. De cultuur van vernedering is diep in de samenleving geworteld. Seksuele intimidatie is alledaags. Een wet van 2017 heeft bepaalde vormen van huiselijk geweld tegen kinderen en vrouwen uit het strafrecht gehaald. In het leger zijn extreem sadistische ontgroeningen dagelijkse kost.
De vaderfiguur in die familie is natuurlijk autoritair. Meer dan driekwart van de Russen gelooft dat er een ‘sterke hand’ nodig is om het land te regeren: een leider die het volk zowel beschermt als streng kastijdt. Wanneer hij het over Oekraïne heeft, gebruikt Poetin vaak dat soort taal. Hij praat over Kiev, de Oekraïense hoofdstad, als ‘de moeder van alle Russische steden’ en valt die ‘moeder’ dan aan wanneer zij niet doet wat hij wil.
Misschien kun je het Russische rijk inderdaad als een familie beschouwen. Een diep ongelukkige, gewelddadige familie vol trauma’s. Sommige familieleden krijgen het meer te verduren dan andere, maar lijden doen ze allemaal. En zij die zich niet in staat voelen om te vertrekken, beletten de anderen om te ontsnappen.
De propaganda van het Kremlin slaagt erin het Russische gevoel van vernedering aan het Westen te verwijten. Als Oekraïne er niet was, zou het Westen wel een ander excuus hebben gevonden om Rusland met sancties en andere maatregelen te vernederen. Volgens een recente peiling steunt 75 procent van de bevolking de oorlog. Praatprogramma’s met de gasten die de vernietiging van de Oekraïense onafhankelijkheid oproepen, hebben de hoogste kijkcijfers. Hoe komt dat?
Adam Phillips, een Britse psychoanalist die onderzoek doet naar vernedering, schrijft dat vernederde mensen de noodzaak voelen om “anderen te vernederen en ze hun eigen lijden te doen ondergaan”. Zij “transformeren het trauma van de kwetsbaarheid in de triomf van de almachtige controle”. De dader geniet van zijn sadisme. Om met de vernedering te kunnen leven, kan het slachtoffer ervan gaan genieten en masochistisch worden, om daarna zelf een sadist te worden.
Poetins manipulatie van de cyclus van vernedering en agressie vormt een integraal onderdeel van zijn psychologische greep op Rusland. Terwijl hij de oppositie tegen de oorlog criminaliseert, roept hij op tot solidariteit in de strijd tegen het Westen. Naarmate de impact van de economische sancties in Rusland voelbaar wordt, spoort de propaganda van het Kremlin de Russen aan om te tonen hoe taai ze wel zijn. Hebben ze immers in het verleden geen veel grotere beproevingen doorstaan?
Het Kremlin zal natuurlijk nooit toegeven dat het zelf de oorzaak van de beproevingen is, niet vandaag en niet in het verleden. Rusland heeft geen grote monumenten, geen musea of films of open archieven die herinneren aan het sadisme van de Sovjet-Unie, die haar burgers in de goelags vermoordde en andere volkeren onderdrukte. In sommige Russische schoolboeken wordt Stalin zelfs als een efficiënte bestuurder voorgesteld.
Rusland is niet het enige land met een geschiedenis van kolonialisme en binnenlandse onderdrukking. Maar andere landen stellen hun geschiedenis ter discussie. In Rusland lijkt bijna niemand het verleden te begrijpen, er verantwoordelijkheid voor op te nemen of zich een andere toekomst voor te stellen.
Om met zichzelf in het reine te komen, zal Rusland zijn geschiedenis onder ogen moeten zien. Maar net de cultuur van vernedering verhindert dat: een vernederd volk voelt zich machteloos, hoe zou het zich dan verantwoordelijk kunnen voelen?
Poetin heeft onlangs gezegd dat er slechts twee soorten landen zijn: een land is soeverein of het is een kolonie. Dat is de projectie van de logica van binnenlandse vernedering op de geopolitiek. In die logica kunnen kleine landen geen rechten hebben. De wereld is verdeeld in overheersers en overheersten.
Niet toegeven
Poetin probeert niet alleen Oekraïne te breken maar gebruikt ook het energiewapen om Europa voor de Russische eisen te doen knielen. Tot voor kort hield hij bovendien de wereld gegijzeld door meer dan 22 miljoen ton graan in Oekraïense havens te blokkeren.
Die dreigingen maken het verleidelijk om voor Rusland te buigen. The New York Times heeft geschreven dat Oekraïne waarschijnlijk grondgebied zal moeten afstaan. President Macron heeft gezegd dat het Westen Rusland niet mag vernederen. Die logica is fundamenteel fout. Het Russische gevoel van vernedering is intern. Toegeeflijk zijn voor het regime van Poetin is deelnemen aan de cyclus. Als je een duurzame veiligheid en vrijheid wenst, mag je niet toegeven aan de agressor. De enige optie is je afhankelijkheid beperken.
Voor Oekraïne betekent dat zijn soevereiniteit op het slagveld verdedigen en, als er onderhandeld wordt, ervoor zorgen dat het sterk staat. Daarom moeten de Verenigde Staten en de andere bondgenoten het land blijven bewapenen. Als ze daarmee ophouden of het tempo vertragen, vragen ze om meer geweld en wandaden.
Voor Europa betekent het een einde maken aan zijn afhankelijkheid van Russische energie. Op korte termijn kan dat veel kosten, op langere termijn zal het een echte economische zekerheid opleveren.
Voor de rest van de wereld betekent het dat we minder afhankelijk moeten worden van Russische voedselleveringen en dat Oekraïne weer zijn eigen graan en kunstmest moet kunnen uitvoeren. Het akkoord over de hervatting van de Oekraïense export is een positieve ontwikkeling. Maar het toonde de afhankelijkheid van de wereld van de Russische goede wil, zeker na de raketaanval op de haven van Odessa, een dag na de totstandkoming van het akkoord.
Elke vorm van afhankelijkheid maakt ons kwetsbaar voor de Russische cyclus van vernedering en agressie. “Wij willen dat jullie bij ons zijn”, zei de Russische soldaat tegen Valentyna. Maar we weten wat ‘bij ons’ zijn echt betekent.