Column
Vooroordelen los je niet op met een wetje, je pakt er hoogstens de symptomen mee aan
Michael Van Peel is comedian en columnist. Zijn column verschijnt wekelijks op zaterdag.
Eindelijk is hij (/zij/het) er! De anti-seksisme-gebruiksaanwijzing! Andermaal wordt onze dag opgefleurd door de betere satire, ditmaal vanwege de minister van Gelijke Kansen Joëlle Milquet. Die had, bij toeval nét voor de verkiezingen, een wetje erdoor geduwd om eigenhandig het seksisme de wereld uit te helpen, met een verbod op "elke handeling die klaarblijkelijk bedoeld is om minachting uit te drukken jegens een persoon wegens zijn geslacht". Ziezo, discriminatie opgelost, volgend agendapunt: op welke zondagsmarkt gaan we folders uitdelen?
Omdat die wet zo allesomvattend en onpraktisch bleek als een oversized handbag, vond men het deze week nodig om een 'anti-seksisme-gebruiksaanwijzing' te verspreiden. Ik ben er nog steeds niet uit of het nu een kwinkslag is of niet. Het is alleszins weer een pareltje geworden.
Eerst een geruststelling: hoffelijkheid en grappen vallen niet onder het toepassingsgebied van de wet. Dat elke ongelikte beer zichzelf ter verdediging straks een jolige Frans gaat noemen, is een griezelig doembeeld. En hoffelijkheid "mag nog"? Oef! Bijna was een deur openhouden reden geweest tot vervolging. Laat staan "vrouwen en kinderen eerst" roepen op een zinkende Concordia (of hen als aparte slachtoffercategorie vermelden in oorlogsverslaggeving). Als hoffelijkheid minachting is, zijn minimumquota voor vrouwen dat dan ook?
Deze wet is ongeveer even onnozel als de Saoedische wet die vrouwen verbiedt om auto te rijden. En met haar celstraffen tot één jaar getuigt ze van een groteske overdrijving. "'t Was precies weer den tijd van de maand?", zou een jolige Frans zeggen.
Onbeleefdheid los je op met opvoeding en onderricht, niet met celstraffen. De wet stuurt geen gedrag bij, ze voorkomt niets, ze biedt hoogstens wat weerwraak voor slachtoffers.
De folder leest trouwens zelf als een seksistisch pamflet. Alle daders uit de voorbeelden zijn mannen. Krampachtig probeert men het genderneutraal te houden met één halfslachtig tegenvoorbeeld: "Wat een mietje!" roepen, mag ook niet. Een man als excuustruus. Is dat niet het toppunt van emancipatie?
Zoals Emma Watson het mooi formuleerde in haar recente speech voor de VN, wordt genderdiscriminatie al te vaak gekaapt door vrouwen. IJsland, kampioen in gendergelijkheid, wil daarom een VN-congres organiseren over vrouwenrechten waarop enkel mannen worden uitgenodigd. Dat klinkt logisch natuurlijk. Vrouwendiscriminatie is een mannenzaak. Want wie heeft er nu meer ervaring in het discrimineren van vrouwen dan mannen? Maar het is ook een geniale aanpak, want het verplicht mannen tot empathie en zelfreflectie. Het dwingt hen om het zelf actief over vrouwenrechten te hebben in plaats van zuchtend de zoveelste clichéspeech van een mannenhatende, harige feministe te negeren.
Seksisme of - laten we een kat een kat noemen - vrouwendiscrimatie is een langzaam afnemend maar nog steeds latent probleem, waarvan kwetsende opmerkingen slechts het zichtbare topje van de ijsberg zijn. We zouden kunnen kijken naar de seksistische manier waarop we onze begroting opstellen. Hoe we beleid voeren; enkel op basis van cijfers uit de harde ('mannelijke') economie. Hoe (fictieve) zuiver boekhoudkundige waarderingen van beleggingen wel meetellen, maar het (reële) onbetaalbare labeur van moeders, vaders en thuisverzorgers niet. Hoogstens in de vorm van een 'kost', als een duur tijdskrediet of loopbaanonderbreking. Maar dat bekt minder goed op de zondagsmarkt natuurlijk.
Holbewoners die een vrouwelijke raad van bestuur binnenwandelen met de opmerking "Een raad van bestuur is geen Tupperware-bijeenkomst", verdienen geen boete of gevangenisstraf, maar een vijg om de oren. Ministeriële werkgroepen die in folders schrijven dat dat een seksistische opmerking is, ervan uitgaande dat enkel vrouwen met Tupperware en ander keukengerei horen om te gaan, verdienen een blamage.
Niet elk laakbaar gedrag hoeft in een strafwet gegoten te worden. Vooroordelen los je niet op met een wetje, je pakt er hoogstens de symptomen mee aan. Dat weet de minister natuurlijk, maar dat vindt ze niet belangrijk. Wel belangrijk is net op tijd voor de verkiezingen de schijn wekken dat "er iets aan gedaan wordt". Ook al schend je daarmee de eerbaarheid van vrouwe Justitia.
Voor één keer wou ik dat ze het bij een GAS-boete had gelaten. Want daar hoort dit artikeltje 444 thuis: tussen de andere absurde regeltjes over duivenmelkers en waarzegsters. Sorry: duivenmelksters en waarzeggers.